2-103

2-103

Belgische Senaat

Handelingen

DONDERDAG 22 MAART 2001 - NAMIDDAGVERGADERING

(Vervolg)

Bespreking van het enig artikel

(Voor de tekst aangenomen door de commissie voor de Institutionele Aangelegenheden, zie stuk 2-657/4.)

De voorzitter. - Het enig artikel luidt:

De heren Vandenberghe en Caluwé hebben amendement nr. 7 ingediend (zie stuk 2-657/5) dat luidt:

De heer Hugo Vandenberghe (CVP). - Dit amendement is reeds uitvoerig toegelicht; hopelijk zijn de leden van de Senaat van de juistheid ervan voldoende overtuigd.

De voorzitter. - De heer Vandenberghe, mevrouw Nyssens en de heer Caluwé hebben amendement nr. 14 ingediend (zie stuk 2-657/6) dat luidt:

De heer Hugo Vandenberghe (CVP). - Ik wil met alle plezier de competentie van de CVP-fractie ter beschikking stellen van de regering en erop wijzen dat de opdrachten van de Koning juridisch onnauwkeurig geformuleerd zijn. Het amendement brengt in feite een zuiver technische verbetering aan. Aangezien de regering snel en vooral efficiënt wil werken, leveren wij met dit amendement een bescheiden bijdrage aan die doelstelling. Dat kan namelijk verhinderen dat we achteraf worden geconfronteerd met procedures bij de Raad van State tegen besluiten van de Koning.

M. Antoine Duquesne, ministre de l'Intérieur. - Je remercie M. Vandenberghe de sa contribution mais nous avions déjà engagé le débat en commission et la formule qui a été retenue est celle qu'il avait proposée lui-même en commission. Je pense qu'elle offre toute garantie.

De heer Hugo Vandenberghe (CVP). - De minister heeft volkomen gelijk, maar de auteur van de tekst is toch de eerste die zijn vergissing inziet. Daarom heb ik het amendement ingediend.

-De stemming over de amendementen wordt aangehouden.

-De aangehouden stemmingen en de stemming over het enig artikel hebben later plaats.