2-479/2 | 2-479/2 |
24 OKTOBER 2000
I. Inleidende uiteenzetting door de vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken
De minister bezorgt de leden van de commissie een inleidende nota.
De uitwisseling van brieven houdt verband met de Europese Economische Ruimte (EER). Sinds de inwerkingtreding van de overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte op 1 januari 1994 wordt de coördinatie van de stelsels van sociale zekerheid van Noorwegen en België geregeld door verordening (EEG) nr. 1408/1 van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen en door verordening (EEG) nr. 574/72 van 21 maart 1972 tot vaststelling van de toepassingsmodaliteiten van verordening (EEG) nr. 1408/71 [verordening (EG) nr. 118/97 van de Raad van 2 december 1996 tot wijziging en aanpassing van voornoemde verordeningen (EG) nr. 1408/71 en nr. 574/72 (Publicatieblad nr. L 28 van 30 januari 1997), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1290/97 van de Raad van 27 juni 1997 (Publicatieblad nr. L 176 van 4 juli 1997)].
De rechtsgrond van dit akkoord is terug te vinden in de reeds genoemde verordeningen (EEG) nr. 1408/71 en nr. 574/72.
In juni 1992 stelden de Noorse autoriteiten de Belgische autoriteiten voor om per uitwisseling van brieven een akkoord te sluiten.
Het akkoord is via deze uitwisseling van brieven gesloten en door het koninkrijk Noorwegen en het koninkrijk België ondertekend, respectievelijk op 5 mei 1997 en op 25 juli 1997.
De doelstelling van dit akkoord bestaat erin de administratieve procedures in de betrekkingen tussen de beide landen en in hieronder beschreven domeinen te vereenvoudigen.
Het akkoord heeft drie doelstellingen :
De wederzijdse verzaking aan de terugbetaling van de kosten voor verstrekkingen van de zieke- en moederschapsverzekering en de arbeidsongevallen- en beroepsziekteverzekering;
De wederzijdse verzaking aan de terugbetaling van de kosten voor medische en administratieve controles;
De betaling van gezinsbijslag met een maandelijkse referentie (de lidstaat die in het begin van de maand bevoegd is, blijft dit tot het einde van de maand).
II. Bespreking en stemmingen
De artikelen 1 en 2, alsook het wetsontwerp in zijn geheel, worden zonder bespreking eenparig aangenomen door de 9 aanwezige leden.
Vertrouwen wordt geschonken aan de rapporteur voor het opstellen van dit verslag.
De rapporteur, | De voorzitter |
Erika THIJS. | Marcel COLLA. |