2-39 | 2-39 |
De heer Jacques Devolder (VLD). - De opeenvolgende ministeriële besluiten van 16 maart 2000 (Belgisch Staatsblad van 21 maart 2000) en van 21 februari 2000 (Belgisch Staatsblad van 26 februari 2000) ter vernietiging van het ministerieel besluit van 26 januari 2000, dat een gelijke prijsdaling bepaalde op basis van te moeilijk interpreteerbare criteria, hebben een chaotische toestand doen ontstaan. De speciale geneesmiddelen, waarvan de naam en de bijbehorende prijs in dit ministerieel besluit worden vermeld, werden achteraf soms gewijzigd. Hierdoor diende er ook nog eens een daling van 4,3% te worden toegepast op de kleine referentieverpakking.
Uiteindelijk werd de correcte prijs door Sociale Zaken gepubliceerd in het ministerieel besluit van 16 maart 2000 (Belgisch Staatsblad van 21 maart 2000). Diverse fabrikanten gingen hiermee niet akkoord en dreigden ermee de grote verpakkingen vanaf 15 maart 2000 niet meer aan te bieden. Sommige hielden het bij dit dreigement, andere voegden de daad bij het woord. De gesprekken die Minister Vandenbroucke in het kader van de pax farmaceutica met de fabrikanten voerde, mondden uit in een nieuw ministerieel besluit van Economische Zaken. Als aanvulling op het ministerieel besluit van 21 februari 2000 kunnen er krachtens dit nieuwe besluit van 22 maart 2000 (Belgisch Staatsblad van 25 maart 2000) uitzonderingen op de prijsverlaging worden aangevraagd.
Deze handelwijze druist in tegen het ministerieel besluit van17 december 1998 (Belgisch Staatsblad van 19.12.98), waarin wordt bepaald dat de lijst van dergelijke prijsdalingen minstens een maand vóór de toepassing ervan moet worden gepubliceerd. Welnu, het nieuwe besluit werd gepubliceerd op 21 maart 2000 en reeds een tiental dagen later, op 1 april 2000, werd het reeds toegepast.
Bovendien is het onduidelijk of het geneesmiddel Premarin al dan niet wordt terugbetaald en of de prijs ervan zal stijgen of niet.
Is het verantwoord dat een drietal ministeries afzonderlijke initiatieven moeten nemen vooraleer er een correcte lijst wordt gepubliceerd? Kunnen fabrikanten zomaar beslissen om geen grote verpakkingen meer aan te bieden, waardoor patiënten worden benadeeld en de tarifering wordt bemoeilijkt door de administratieve chaos ? Zullen de betrokken ministeries er voortaan rekening mee houden dat de lijst van de prijsdalingen minstens een maand vooraf in het Belgisch Staatsblad moet worden gepubliceerd?
De heer Frank Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken en Pensioenen. - Ik zou senator Devolder zeer kort kunnen antwoorden dat er vandaag geen chaotische toestand is. Voor producten waarvan het actieve bestanddeel al meer dan vijftien jaar wordt terugbetaald, hebben we de prijs verlaagd met 12%. Daarop kunnen uitzonderingen worden aangevraagd afhankelijk van de galenische vorm. Bovendien ondergaan producten in grote verpakkingen een prijsdaling met 20%. De minister van Economie heeft aangekondigd dat daarop uitzonderingen mogelijk zijn, maar tot op heden is er geen enkele toegestaan. Over eventuele uitzonderingen zullen de minister van Volksgezondheid, de minister van Economie en ikzelf overleggen en vóór 1 mei zal er in elk geval geen enkele uitzondering in de praktijk kunnen worden gebracht. Op dat vlak is er dus helemaal geen chaos.
Ik wil een paar precieze elementen in herinnering brengen die misschien nuttig zijn. De minister van Economie legt de maximumprijs van een terugbetaalbare farmaceutische specialiteit vast, volgens de bepalingen van het ministerieel besluit van 29 december 1989. De vermindering van de maximumprijs voor specialiteiten waarvan het werkzaam bestanddeel meer dan 15 jaar geleden voor het eerst werd terugbetaald, is eveneens gepubliceerd in een ministerieel besluit van de minister van Economie. Het RIZIV is dan verplicht de verlaagde maximumprijs als basis voor de tegemoetkoming te nemen. Een lijst van de gedaalde basissen voor tegemoetkoming is opgenomen in een ministerieel besluit dat de minister van Sociale Zaken in het Belgisch Staatsblad publiceert.
Elk farmaceutisch bedrijf dat een farmaceutische specialiteit in de handel brengt die wordt terugbetaald door de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, ondertekent een verbintenis die het bedrijf verplicht de specialiteiten aanvaard voor een tegemoetkoming effectief in de handel te brengen. Indien het bedrijf de specialiteit uit de handel wil nemen, moet het RIZIV daarvan onmiddellijk worden verwittigd. In de huidige stand van uitvoering van de wetgeving kan het bedrijf strikt gezien niet worden verplicht om een specialiteit op de markt te brengen of uit de handel te halen. Ik meen echter dat het in het belang van de patiënt primordiaal is te streven naar een zo groot mogelijke toegang tot alle farmaceutische specialiteiten. Pas wanneer in het Belgisch Staatsblad is gepubliceerd dat een farmaceutische specialiteit uit de markt wordt genomen, is er geen terugbetaling meer. Zolang die publicatie geen feit is, is er een tegemoetkoming en moet de specialiteit voor de patiënt beschikbaar zijn. Een bedrijf dat omgekeerd te werk gaat, handelt onethisch en ik ben niet van plan mij daardoor te laten imponeren.
Ik wil nog een kleine feitelijke correctie aanbrengen aan wat de heer Devolder heeft gezegd. Het is niet omdat verpakkingen van de markt werden gehaald, dat er een overleg is georganiseerd dat vervolgens heeft geleid tot de publicatie van een besluit. Zo is het absoluut niet gegaan. De minister van Economie had zich voorgenomen dat besluit te publiceren en het is ook gepubliceerd. De dag voordien was er inderdaad een contact met het bedrijf Merck, Sharp & Dohme, dat een zestal grote verpakkingen van de markt wilde halen. Ik heb het bedrijf eenvoudigweg duidelijk gemaakt dat dat onaanvaardbaar was en het heeft zijn standpunt gewijzigd.
Er is overigens een duidelijk akkoord tussen de ministers van Economie, van Volksgezondheid en mezelf dat we over elke mogelijke uitzondering met elkaar overleggen vóór we een beslissing nemen. Wel had de minister van Economie een leidend ambtenaar een machtiging gegeven om uitzonderingen toe te staan. Ik vind dat echter niet werkbaar en de minister van Economie heeft vervolgens beslist die machtiging in te trekken. Er zullen zonder overleg dus geen uitzonderingen worden toegestaan. Dat is inderdaad even verwarrend geweest, meer bepaald voor de apothekers.
Ik ben echter in nauw overleg met de apothekersbond en wil benadrukken dat ik besef dat dit allemaal niet gemakkelijk is. De APB heeft zich echter bereid verklaard de reeks prijsdalingen uit te voeren, doet dat ook stipt en treedt daarbij correct op. Ik neem me voor het de apothekers in de toekomst iets gemakkelijker te maken door vroeger te publiceren. In elk geval voert de APB vandaag uit wat we hebben beslist, en dat is ook perfect uitvoerbaar.
De heer Jacques Devolder (VLD). - U hebt inderdaad de volledige medewerking van de apothekers, maar de apothekers betreuren toch dat de patiënten het slachtoffer zijn.
Ik heb vele contacten op het terrein en ken de concrete situatie dus zeer goed. Grote verpakkingen van Lipitor of Zoroxin worden bijvoorbeeld nog altijd niet geleverd. Samen met de invoering van het SIS-kaartsysteem hebben vele apothekers de tarifering in de computer ingevoerd. Als de arts een grote verpakking voorschrijft, dan kan de apotheker alleen maar een grote verpakking geven. Aangezien de ambtenaren van het RIZIV geen noodsituatie erkennen en volgens het attest tariferen, is het nagenoeg onmogelijk de patiënt een kleine verpakking te geven. Hier heerst dus een chaotische toestand.
De heer Frank Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken en Pensioenen. - De fout ligt hier bij het bedrijf dat Lipitor niet op tijd levert. Dat is chantage op de kap van de patiënten. U zou uitleg moeten vragen aan het bedrijf in kwestie.
De heer Jacques Devolder (VLD). - Hoe zult u dat probleem aanpakken?
De heer Frank Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken en Pensioenen. - De firma's zijn wettelijk verplicht om de geneesmiddelen te leveren.
De heer Jacques Devolder (VLD). - Het geneesmiddel Premarin wordt door het RIZIV niet meer terugbetaald. De fabrikant kondigde nog voor de publicatie reeds een prijsverhoging aan en deelde mee dat het geneesmiddel niet meer zal worden terugbetaald. Sedert 1 april weten de apothekers niet meer wat ze moeten doen. Ze zitten tussen hamer en aambeeld. Moeten ze de prijsverhoging doorrekenen? Wettelijk niet, hoewel de prijsverhoging reeds is toegestaan. Maar de niet-terugbetaling is ook nog niet gepubliceerd!
Als er in de toekomst wijzigingen worden doorgevoerd, geef dan een maand respijt, zodat de softwarebedrijven de tijd hebben om in overleg met het RIZIV, de betrokken ministeries en eventueel met de producent, de programma's aan te passen.
De heer Frank Vandenbroucke, minister van Sociale Zaken en Pensioenen. - Het antwoord daarop is eenvoudig, maar wellicht niet bevredigend. De vorige minister van Economie stond een prijsverhoging toe voor Premarin, zonder de normale procedure te volgen. Het ministerie van Sociale Zaken werd immers niet op de hoogte gebracht en kon de terugbetaling dus niet zomaar aanpassen. Het toppunt is echter dat het bedrijf in kwestie, om de prijs van Premarin toch te kunnen verhogen, de Staat nu voor de rechtbank daagt omdat het geneesmiddel niet meer wordt terugbetaald. We moeten ons beter wapenen tegen dit soort van bedrijven.
(M. Guy Moens prend place au fauteuil présidentiel.)