Vragen en Antwoorden

Belgische Senaat


Bulletin 2-1

ZITTING 1999-2000

Vragen van de Senatoren en antwoorden van de Ministers

(N.): Vraag gesteld in 't Nederlands - (Fr.): Vraag gesteld in 't Frans


Vice-eerste minister en minister van Buitenlandse Zaken

Vraag nr. 12 van mevrouw de Bethune d.d. 2 september 1999 (N.) :
Positieve acties in de federale diensten. ­ Code van goede praktijk. ­ Actieplannen.

De tekst van deze vraag is dezelfde als van vraag nr. 16 aan de minister van Binnenlandse Zaken, die hiervoor werd gepubliceerd (blz. 11).

Antwoord : 1. Ik kan het geachte lid bevestigen dat zowel de interne begeleidingscommissie voor gelijke kansen voor mannen en vrouwen van het departement als de verantwoordelijke positieve acties met belangstelling kennis hebben genomen van de Code van goede praktijk inzake positieve acties, behandeld in de omzendbrief van 20 april 1999 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 15 mei 1999, en dat zij het grootste belang hechten aan zijn onmiddellijke uitvoering.

Het algemeen meerjarenplan voor gelijke kansen voor mannen en vrouwen van 15 december 1997 en de analytische en kwantitatieve verslagen betreffende mijn departement werden op 23 december 1997 toegestuurd aan de toenmalige minister van Tewerkstelling en Arbeid belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen.

Sindsdien vergadert de interne begeleidingscommissie op regelmatige tijdstippen, en heeft zij verschillende maatregelen genomen voor de uitvoering van voormeld plan. Uiteraard zal de door de Code van goede praktijk opgelegde nieuwe verplichting om voortaan een jaarplan op te stellen waarin de acties worden vermeld die in de loop van dat jaar zullen worden gevoerd, worden gerespecteerd.

2. De punten van dit jaarplan worden uitgewerkt en uitgevoerd door de verantwoordelijke positieve acties alsook de interne begeleidingscommissie, waarin onder andere vertegenwoordigers zetelen van de personeels- en vormingsdiensten.

3. Overeenkomstig de Code van goede praktijk, zal het jaarplan op het einde van het lopende jaar worden geëvalueerd. De verantwoordelijke positieve acties en de leden van de interne begeleidingscommissie zullen daarna een nieuw jaarplan opstellen met het oog op de verwezenlijking van het vijfjarenplan waarvan sprake in punt 1.

4. Overeenkomstig de reglementering zal de ambtenaar belast met zijn positieve acties tijdens de maand november een jaarverslag opstellen, dat zal worden toegestuurd aan de federale coördinator; het eerste deel van dit jaarverslag zal de resultaten bevatten van het afgelopen jaar, in het tweede deel zal een nieuw plan voor het komende jaar worden voorgesteld.

5. Bij deze gelegenheid zal tevens de lijst van de leden van de interne begeleidingscommissie voor gelijke kansen voor mannen en vrouwen worden toegestuurd aan de federale coördinator.