1-223/3 | 1-223/3 |
17 NOVEMBER 1998
Opschrift
In het opschrift van het wetsvoorstel het woord « liberalisering » vervangen door het woord « demilitarisering ».
Verantwoording
Een demilitarisering dringt zich op gezien de moderne technologie en het feit dat de toenmalige wetgeving met betrekking tot de demilitarisering niet meer relevant is. Bovendien beschikt de bond niet over een juridisch monopolie, enkel over een feitelijk monopolie. De oorzaak ligt in het besluit van de verschillende bonden over het hele land om samen te gaan en zich te laten vertegenwoordigen door één grote bond. Via amendering in de bestaande wet wenst men elke juridische discussie over het monopolie van één bond uit te sluiten.
Art. 2
Artikel 2 vervangen door :
« In § 2 van artikel 1 van de wet van 24 juli 1923 ter bescherming van de militaire duiven en ter beteugeling van het aanwenden van duiven voor bespieding wordt « aangesloten bij de nationale duivenliefhebbersbond, door de minister van Landsverdediging toegelaten » vervangen door « aangesloten bij een duivenliefhebbersbond, erkend door de minister van Landbouw na advies van de minister van Financiën ».
In artikel 2 van de wet van 24 juli 1923 ter bescherming van de militaire duiven en ter beteugeling van het aanwenden van duiven voor bespieding de zin : « Hij mag de regelmatig aangevraagde machtiging enkel weigeren aan de persoon wie het krachtens de bepalingen van deze wet, verboden is reisduiven te houden » doen vervallen.
Artikelen 3, 4, 9, 11 en 12 van de wet van 24 juli 1923 ter bescherming van de militaire duiven en ter beteugeling van het aanwenden van duiven voor bespieding doen vervallen.
In artikel 10 van dezelfde wet de zin « Echter worden de duiven die militaire merken of merken van buitenlandse eigenaars dragen, aan de militaire overheid bezorgd. » doen vervallen.
Verantwoording
Door het inschrijven van « een » vermijdt men elke mogelijke discussie over het monopolie van één bond. Zo laat men toe dat één ieder een bond kan oprichten conform de reglementering en erkend door de minister van Landbouw. Door de schrapping van de vermelding van de minister van Landsverdediging onttrekt men de duivensport tegelijkertijd aan de militaire controle wat heden ten dage gezien de technologische ontwikkeling achterhaald is.
De aanpassingen en schrappingen in de artikelen 2, 3, 4, 9, 10, 11 en 12 passen in het kader van de demilitarisering.
Art. 3
Artikel 3 van het wetsvoorstel vervangen door :
« De Koning wordt belast met de uitvoering van de wet. »
Verantwoording
Door dit amendement biedt men de bevoegde minister de mogelijkheid de bestaande koninklijke besluiten te actualiseren en aan te passen aan de nieuwe wet. Tegelijkertijd voorkomt men via dit amendement de schrapping van het koninklijk besluit van 6 juli 1927 houdende vaststelling van controlemogelijkheden. Hierdoor vermijdt men dat zowel de duivenliefhebbers als de staat met betrekking tot de inning van belastingen op de ringen in een juridisch vacuüm terechtkomen.
Art. 4bis (nieuw)
Een artikel 4bis (nieuw) invoegen, luidende :
« Deze wet treedt in werking op een door de Koning bepaalde datum en uiterlijk op 1 januari 2000. »
Verantwoording
Door deze bepaling biedt men de Koning de mogelijkheid om de nodige maatregelen te treffen ter uitvoering van de wet. Tegelijkertijd bouwt men een overgangsperiode in waardoor alle betrokkenen zich kunnen aanpassen aan de nieuwe wetgeving omtrent de duivensport.
Erika THIJS. André BOURGEOIS. |