1-180 | 1-180 |
Sénat de Belgique |
Belgische Senaat |
Annales parlementaires |
Parlementaire handelingen |
SÉANCES DU JEUDI 23 AVRIL 1998 |
VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 23 APRIL 1998 |
De voorzitter. Aan de orde is de mondelinge vraag van mevrouw Cantillon aan de vice-eerste minister en minister van Economie en Telecommunicatie.
Het woord is aan mevrouw Cantillon.
Mevrouw Cantillon (CVP). Mijnheer de voorzitter, de heer Claude Chéruy, directeur-generaal van het Nationaal Instituut voor de Statistiek, heeft in een toespraak op de studiedag « la Belgique en chiffres et en cartes » gesproken over de voor- en nadelen van de volkstelling. Deze levert om de tien jaar een exhaustieve steekproef. Voordeel van deze methode is dat op bepaalde tijdstippen een volledig en gedetailleerd beeld van de bevolking beschikbaar is. Nadelen zijn de hoge kost en het feit dat al bij al toch slechts om de tien jaar een momentopname wordt gemaakt. Hij heeft hierbij gewag gemaakt van een alternatief dat thans door het Nationaal Instituut voor de Statistiek wordt onderzocht, namelijk een continue enquêtering van individuën, via het systeem van de vernieuwing van de identiteitskaarten.
Deze methode wordt thans uitgetest in vijf proefgemeenten.
Wanneer zal de regering een beslissing nemen omtrent het al dan niet organiseren van een volkstelling in 2001 ?
Acht de regering dat het door het NIS georganiseerde proefproject een valabel alternatief voor de traditionele volkstelling ?
Is dit alternatief reeds voldoende methodologisch onderbouwd om reeds in 2001 de volkstelling te supprimeren ?
De voorzitter. Het woord is aan vice-eerste minister Di Rupo.
De heer Di Rupo, vice-eerste minister en minister van Economie en Telecommunicatie. Mijnheer de voorzitter, na de laatste volkstelling in 1991 werd een werkgroep Volkstelling 2001 opgericht binnen de Hoge Raad voor Statistiek.
Deze werkgroep had als opdracht de opportuniteit te onderzoeken van alternatieve methodologieën voor het realiseren van de volkstelling. Het was onder andere de bedoeling de kosten voor het NIS en voor de gemeenten te verlagen.
De werkgroep heeft zijn werkzaamheden niet beëindigd, maar heeft wel voorgesteld uit te testen of het niet mogelijk is om de vragenlijsten voor de volkstelling af te leveren telkens als de identiteitskaarten worden vernieuwd. Deze test loopt momenteel in vijf gemeenten. Het nadeel van dit systeem is dat men geen beeld meer heeft van de resultaten op één bepaald moment. De antwoorden op nieuwe vragen, die op verzoek van de wetenschappers aan de lijst zijn toegevoegd, worden bovendien pas na een tamelijk lange termijn significant.
Het advies van de Hoge Raad voor Statistiek op basis van de werkzaamheden van de werkgroep Volkstelling 2001 en van de lopende proefstudie, is nog niet beschikbaar. Ik zal dit advies nog dit jaar krijgen. Zodra ik erover beschik, zal ik een beslissing nemen over de methodologie die in de toekomst voor volkstellingen moet worden gevolgd. Ik zal dan vooral rekening houden met het wetenschappelijk belang van de gegevens die door de volkstelling kunnen worden verzameld.
De voorzitter. Het incident is gesloten.
L'incident est clos.