1-157

1-157

Sénat de Belgique

Belgische Senaat

Annales parlementaires

Parlementaire handelingen

SÉANCE DU JEUDI 15 JANVIER 1998

VERGADERING VAN DONDERDAG 15 JANUARI 1998

(Vervolg-Suite)

DEMANDE D'EXPLICATIONS DE M. MAHOUX AU MINISTRE DES AFFAIRES ÉTRANGÈRES ET AU MINISTRE DE LA DÉFENSE NATIONALE SUR « LA DEMANDE DE L'O.N.U. À LA BELGIQUE EN VUE DE PARTICIPER À UNE FORCE ARMÉE INTERNATIONALE »

DEMANDE D'EXPLICATIONS DE M. GORIS AU MINISTRE DES AFFAIRES ÉTRANGÈRES ET AU MINISTRE DE LA DÉFENSE NATIONALE SUR « LA DEMANDE DES NATIONS UNIES, ADRESSÉE À LA BELGIQUE, DE PRENDRE PART À UNE FORCE INTERNATIONALE DE PAIX AU SAHARA OCCIDENTAL »

VRAAG OM UITLEG VAN DE HEER MAHOUX AAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN AAN DE MINISTER VAN LANDSVERDEDIGING OVER « DE VRAAG VAN DE UNO AAN BELGIË OM AAN EEN INTERNATIONALE KRIJGSMACHT DEEL TE NEMEN »

VRAAG OM UITLEG VAN DE HEER GORIS AAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN AAN DE MINISTER VAN LANDSVERDEDIGING OVER « HET VERZOEK VAN DE VN AAN BELGIË OM DEEL TE NEMEN AAN EEN INTERNATIONALE VREDESMACHT IN DE WESTELIJKE SAHARA »

M. le président. ­ L'ordre du jour appelle la demande d'explications de M. Mahoux.

Je vous propose d'y joindre celle de M. Goris.

Ik stel voor de vraag om uitleg van de heer Goris eraan toe te voegen.

Le ministre des Affaires étrangères répondra en son nom et en celui du ministre de la Défense nationale.

La parole est à M. Mahoux.

M. Mahoux (PS). ­ Monsieur le président, j'avais souhaité en effet interroger tant le ministre de la Défense nationale que son collègue des Affaires étrangères au sujet de la demande qui aurait été formulée à la Belgique par l'O.N.U. de participer à une mission de maintien de la paix et d'observation, à l'occasion des élections au Sahara occidental.

J'aurais souhaité connaître la résolution sur laquelle se basait cette demande des Nations unies, quelle était la nature du mandat, quels pouvaient en être les guidelines , les règles d'engagement éventuelles. J'aurais voulu que le ministre de la Défense nous dise si l'on avait demandé à la Belgique de commander cette force des Nations unies. Je comptais lui soumettre toute une série de questions concernant la nature de la force, la manière dont on en sélectionnerait les responsables en Belgique ainsi que le type d'armement et d'équipement qui serait prévu.

Vous comprendrez qu'à la suite de la large discussion et du rapport de la commission d'enquête sur le Rwanda, et à la suite des informations publiées par la presse, il est assez normal que les parlementaires ­ particulièrement ceux qui ont participé aux travaux de la commission sur le Rwanda ­ posent des questions. Celles-ci peuvent être considérées par le gouvernement comme prématurées; j'estime pour ma part préférable qu'elles soient prématurées plutôt que tardives ou inexistantes.

M. Verhofstadt, vice-président,

prend la présidence de l'assemblée

Entre-temps, nous avons appris par la presse que le gouvernement avait préféré répondre négativement à la demande formulée par les Nations unies. Il en résulte qu'une partie de mes questions est devenue obsolète. Il n'empêche, je souhaiterais que le ministre des Affaires étrangères nous indique quelle procédure ont suivie les Nations unies dans leur demande de participation de la Belgique à cette force. Vous n'ignorez pas en effet que les travaux de la commission d'enquête sur le Rwanda ont mis en évidence certains dysfonctionnements lors de l'élaboration de mandats.

Outre la confirmation de la réponse négative du gouvernement et des précisions quant à la procédure suivie par les Nations unies, je souhaiterais obtenir du ministre des Affaires étrangères des informations sur le rôle joué par le gouvernement belge ou par notre délégation permanente à New York par rapport à l'élaboration du mandat et à son contenu.

De voorzitter. ­ Het woord is aan de heer Goris.

De heer Goris (VLD). ­ Mijnheer de voorzitter, mijn vraag om uitleg gaat meer specifiek over een eventuele deelname aan een internationale vredesmacht in de Westelijke Sahara. Ik vermoed dat deze vraag inmiddels door de feiten is achterhaald. Via de pers hebben we immers kunnen vernemen dat dit project niet doorgaat omdat België intussen is gevraagd om deel te nemen aan de vredesmacht die de huidige SFOR in ex-Joegoslavië opvolgt.

Toch wil ik de minister vragen hoe de regering een dergelijke beslissing neemt en hoe een dergelijke operatie door de generale staf van het leger wordt voorbereid. Volgens mijn informatie heeft de VN België verzocht om deel te nemen aan een opdracht in de Westelijke Sahara, waar op 7 december 1998 een referendum zal worden gehouden. De regering stelt dat zij dit verzoek nooit heeft ontvangen.

Niettemin vernam ik dat de generale staf berekeningen heeft gemaakt over de middelen en het personeel die nodig zijn om deze operatie te doen slagen. Er heerst dus onduidelijkheid op dit vlak. Als lid van de Rwanda-commissie heb ik vragen bij de samenwerking tussen de generale staf en de ministers van Landsverdediging en Buitenlandse Zaken.

Heeft de SGR ter voorbereiding van deze missie in de Westelijke Sahara inlichtingen ingewonnen over de situatie ter plaatse ? Kreeg de SGR hiervoor een prioritaire opdracht ? Meer in het algemeen, wil ik ook vragen of er reeds een aanzet is tot hervorming van deze dienst, conform het rapport van bijzondere onderzoekscommissie over de gebeurtenissen in Rwanda. Heeft men voor genoemde missie contact opgenomen met de ambassadeur van Marokko of met de Marokkaanse regering ? Hield men er rekening mee dat sommige bronnen in Marokko dit referendum als een formaliteit beschouwen ? Voor hen is de annexatie van de Westelijke Sahara eerder een kwestie van tijd; het referendum beschouwen ze als een « referendum de confirmation ». Werd met al deze elementen rekening gehouden zodat een escalatie van de toestand ter plaatse kan worden voorkomen ? Ook al gaat deze missie niet door, toch meen ik dat het belangrijk is dat de minister ons mededeelt in hoeverre en op welke manier zij werd voorbereid.

Tevens wil ik vernemen wat de juiste inhoud is van het verzoek dat de VN aan de Belgische regering heeft gericht met betrekking tot de operatie in ex-Joegoslavië. Welk mandaat en welke opdracht krijgen we ? Zullen de Belgische Blauwhelmen opnieuw in Oost-Slavonië of in Bosnië gelegerd zijn ? Om hoeveel manschappen gaat het ? Bij welke Belgische brigade zullen deze manschappen worden gerecruteerd ? Weet men al wie onze mogelijke partners zullen zijn ? Zo ja, om welke landen gaat het ? Zal de Belgische regering, conform de aanbevelingen van het Rwanda-rapport slechts deelnemen nadat ze garanties heeft gekregen over de modaliteiten en de geloofwaardigheid van de partners ?

Ik dring erop aan dat de minister op eigen initiatief het Parlement permanent op de hoogte houdt van de ontwikkelingen in deze aangelegenheid. We vernemen geregeld allerlei via de kranten en komen meestal na herhaald aandringen en laattijdig iets te weten van de regering.

De voorzitter . ­ Het woord is aan minister Derycke.

De heer Derycke, minister van Buitenlandse Zaken. ­ Mijnheer de voorzitter, ik kan de heren Mahoux en Goris mededelen dat België niet zal deelnemen aan een VN-opdracht in de Westelijke Sahara.

D'ailleurs, il a été décidé au Conseil des ministres du vendredi 9 janvier que la Belgique ne participerait pas à la mission internationale des Nations unies pour l'organisation d'un référendum au Sahara occidental, pour laquelle nous avons été pressentis par les Nations unies. Le secrétariat avait adressé une demande aux militaires mais le gouvernement a immédiatement pris une décision négative.

J'ajoute que la demande a été traitée non pas de manière officielle mais plutôt de façon informelle. Le gouvernement a préféré couper court pour les raisons que je vais exposer dans quelques instants.

De bekommering van de leden van de Senaat is natuurlijk terecht, vooral in het licht van de voorstellen die werden geformuleerd in het Rwanda-rapport.

De regering voert momenteel besprekingen over een document dat betrekking heeft of Buitenlandse Zaken en Landsverdediging teneinde een code of conduct op te stellen voor het geval onze troepen in de toekomst aan VN-operaties deelnemen. Deze code of conduct zal ook in de Kamer worden besproken. Dat hierbij de nodige voorzichtigheid aan de dag zal worden gelegd en dat rekening zal worden gehouden met de aanbevelingen van de Rwanda-commissie staat buiten kijf. Dit was ook het geval wat de operatie in Oost-Slavonië betreft, die overigens vandaag een einde neemt en zeer succesvol is geweest.

La raison de notre non-participation à la mission au Sahara occidental est d'ordre budgétaire. Il serait irresponsable d'hypothéquer davantage le budget disponible en 1998 pour les missions humanitaires et de maintien de la paix. En tant que membres de l'Alliance atlantique, notre éventuelle participation à la force post-S.F.O.R. en Bosnie est prioritaire et ne peut être mise en péril par des engagements budgétaires pour d'autres missions importantes. Il va de soi que le Parlement sera informé des pourparlers relatifs à l'après-S.F.O.R. en Bosnie-Herzégovine. Une décision devrait intervenir à ce sujet pour le début de l'été.

M. le président . ­ La parole est à M. Mahoux.

M. Mahoux (PS). ­ Monsieur le président, je remercie le ministre de sa réponse parfaitement claire. Je me réjouis des propositions que le gouvernement compte faire en termes de procédure, propositions qui sont liées aux recommandations de la commission Rwanda.

Vous avez, monsieur le ministre, mentionné l'intention du gouvernement de susciter un débat à la Chambre à l'occasion de décisions de cette nature. Je souhaite rappeler que dans le domaine des Affaires étrangères, le Sénat dispose d'une compétence spécifique. Aussi, je considère qu'à la fois le Sénat et la Chambre doivent être informés de ce type de problèmes et que, par souci de clarté et d'efficacité, les discussions doivent avoir lieu dans les deux assemblées.

De voorzitter . ­ Het woord is aan de heer Goris.

De heer Goris (VLD). ­ Mijnheer de voorzitter, ik dank de minister voor zijn antwoord. De beslissing om niet deel te nemen aan de zending in de Westelijke Sahara acht ik verstandig om budgettaire redenen, zoals de minister terecht heeft aangestipt, maar ook omwille van onze verplichtingen in de alliantie.

Ik herhaal mijn vraag of we reeds op de hoogte zijn van de inhoud van onze opdracht in de operatie in ex-Joegoslavië die zal volgen op de SFOR. Wat wordt van ons verwacht ? Werd daarover al met de UNO overlegd ? Onderzoekt de staf wat we kunnen aanbieden op het vlak van personeel en middelen ?

Het verheugt me dat de regering een code of conduct uitwerkt. Ik verzoek de minister echter dit document zo spoedig mogelijk aan het Parlement te bezorgen, niet alleen aan de Kamer, maar ook aan de Senaat, gezien onze ervaring met de Rwanda-commissie.

Ingevolge het Rwanda-rapport zouden hervormingen worden voorbereid in de SGR. Mijn vraag daaromtrent was heel precies. Ik kan begrijpen dat de minister van Buitenlandse Zaken daarvan niet tot in de details op de hoogte is, maar ik zou toch graag meer vernemen over de stand van zaken op het ogenblik en over de richting die men met deze hervormingen denkt uit te gaan.

M. le président. ­ L'incident est clos.

Het incident is gesloten.