1-127

1-127

Sénat de Belgique

Belgische Senaat

Annales parlementaires

Parlementaire handelingen

SÉANCES DU JEUDI 10 JUILLET 1997

VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 10 JULI 1997

(Vervolg-Suite)

PROPOSITION DE RÉSOLUTION RELATIVE À LA DÉTENTION IRREGULIÈRE DE CITOYENS KOWEITIENS ET NON KOWEITIENS EN IRAK

Discussion

VOORSTEL VAN RESOLUTIE MET BETREKKING TOT DE ONRECHTMATIGE GEVANGENSCHAP VAN KOEWEITSE EN NIET-KOEWEITSE BURGERS IN IRAK

Bespreking

Mme la présidente. ­ Mesdames et messieurs, le Sénat est appelé à se prononcer sur la proposition de résolution.

De Senaat moet zich uitspreken over het voorstel van resolutie.

La proposition de résolution est ainsi rédigée :

« Le Sénat,

Eu égard à la résolution 687 des Nations unies;

Eu égard au communiqué officiel de la Croix-Rouge internationale, qui fait mention de 625 Koweitiens disparus ou prisonniers de guerre, dont un grand nombre de femmes, de personnes âgées et de jeunes étudiants;

Étant donné la situation inhumaine dans laquelle se trouvent ces prisonniers et l'incertitude dans laquelle vivent leurs familles;

Étant donné la violation de la Convention de Genève relative au traitement des prisonniers de guerre;

Constatant que beaucoup doutent de la crédibilité des déclarations irakiennes selon lesquelles tous les détenus auraient été libérés;

Constatant que le Comité national pour les prisonniers de guerre et les détenus créé par le Koweit dispose d'informations qui prouvent de manière irréfutable que l'Irak détient toujours injustement des Koweitiens et des non-Koweitiens;

Demande au gouvernement fédéral :

­ de faire les démarches nécessaires auprès des autorités irakiennes pour que ce problème puisse être résolu le plus rapidement possible;

­ de mettre cette question à l'ordre du jour de la réunion du Conseil des ministres européens des Affaires étrangères, pour que l'on obtienne la libération desdits Koweitiens et non-Koweitiens détenus en Irak;

­ de remettre la présente résolution au secrétaire général des Nations unies et au Comité international de la Croix-Rouge. »

« De Senaat,

Gelet op de resolutie 687 van de VN-Veiligheidsraad;

Gelet op het officieel communiqué van het Internationale Rode Kruis waarin gewag wordt gemaakt van 625 Koeweitse vermisten en oorlogsgevangenen waarvan een belangrijk aantal vrouwen, bejaarden en jonge studenten;

Gelet op de mensonterende situatie waarin deze gevangenen zich bevinden en de onzekerheid waarin hun families vertoeven;

Gelet op de overtreding van de Conventie van Genève betreffende de behandeling van oorlogsgevangenen;

Vaststellende dat er in ruime kringen twijfels heersen over de door Irak gedane verklaringen met betrekking tot de vrijlating van alle gedetineerden;

Vaststellende dat het door Koeweit opgerichte Nationaal Comité voor Krijgsgevangenen en Gedetineerden over adequate informatie beschikt waaruit onomstotelijk blijkt dat Irak nog steeds Koeweiti en niet-Koeweiti op een onrechtmatige wijze gevangen houdt;

Verzoekt de federale regering :

­ de nodige stappen te zetten bij de Irakese overheid teneinde deze kwestieuze aangelegenheid zo spoedig mogelijk te beslechten;

­ deze problematiek op de agenda te plaatsen van de vergadering van de Europese Raad van ministers van Buitenlandse Zaken, teneinde de vrijlating van de in Irak gevangen gehouden Koeweiti en niet-Koeweiti te bekomen;

­ deze resolutie te bezorgen aan de secretaris-generaal van de Verenigde Naties en aan het Internationaal Comité van het Rode Kruis. »

Het woord is aan de rapporteur.

De heer Bourgeois (CVP), rapporteur. ­ Mevrouw de voorzitter, onderhavig ontwerp van resolutie werd door de commissie voor de Buitenlandse Aangelegenheden eenparig aangenomen. Een voorstel van mevrouw Nelis en de heren Devolder, Hatry en Vautmans ligt aan de oorsprong van de geamendeerde tekst.

In augustus 1990 viel Irak het kleine Koeweit binnen met de bedoeling dit rijke petroleumlandje te annexeren. Tijdens de bezetting, die duurde tot april 1991, werden duizenden Koeweitse, maar ook niet-Koeweitse burgers gevangen genomen en naar Irak ontvoerd. Daar werden ze meestal niet goed behandeld, noch geestelijk noch lichamelijk.

De resolutie 687 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties gaf Irak het bevel deze gevangenen vrij te laten. Geleidelijkaan gebeurde dit inderdaad en Irak beweert dat er in Irak op het ogenblik geen Koeweitse staatsburgers meer in gevangenschap worden gehouden. Dit wordt echter betwist. In Koeweit werd een Nationaal Comité voor Krijgsgevangenen en Gedetineerden opgericht. Dit comité stelde dossiers samen van wat zij noemen « missing persons ». Het houdt het erop dat nog meer dan 600 gevangenen in Irak worden vastgehouden. De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties stelde het Internationaal Comité van het Rode Kruis als bemiddelaar aan om de vermiste personen op te sporen en terug te brengen. Het Rode Kruis kan zijn opdracht echter slechts moeizaam vervullen door het gebrek aan medewerking van de Iraakse overheid.

Een Belgische parlementaire delegatie was in 1996 op bezoek in Koeweit en leerde daar de problematiek van nabij kennen. In mei 1996 was ook de voorzitter van het Nationaal Comité van Krijgsgevangenen en Gedetineerden van Koeweit op bezoek in ons Parlement. Toen is gebleken dat het probleem actueel blijft en dat er geen opheldering is over het lot van de gevangen of vermiste personen.

De ontwerpresolutie werd ingediend als gevolg van de bezoeken van de parlementaire delegatie. Zij heeft enkel een humanitaire doelstelling. Het is niet de bedoeling een oordeel uit te spreken over het politiek regime in Koeweit. Via de resolutie wordt de regering gevraagd bij de Iraakse overheid te bemiddelen om de vrijlating van de in Irak gevangen gehouden Koeweitse en andere burgers te bekomen en de Europese Ministerraad van de ministers van Buitenlandse Zaken ertoe aan te zetten in dezelfde zin bij de Iraakse regering te interveniëren. Deze resolutie werd in de commissie voor de Buitenlandse Aangelegenheden met eenparigheid aangenomen. (Applaus.)

De voorzitter. ­ Daar niemand meer het woord vraagt, is de bespreking, gesloten.

Plus personne ne demandant la parole, la discussion, est close.

De stemming over het voorstel van resolutie heeft later plaats.

Il sera procédé ultérieurement au vote sur la proposition de résolution.