1-75

1-75

Sénat de Belgique

Belgische Senaat

Annales parlementaires

Parlementaire handelingen

SÉANCE DU JEUDI 21 NOVEMBRE 1996

VERGADERING VAN DONDERDAG 21 NOVEMBER 1996

(Vervolg-Suite)

MONDELINGE VRAAG VAN MEVROUW CANTILLON AAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN OVER « DE UITVOERING VAN DE REGERINGSVERKLARING BETREFFENDE DE BESPARINGSMAATREGELEN IN DE KINDERBIJSLAGEN »

QUESTION ORALE DE MME CANTILLON AU MINISTRE DES AFFAIRES SOCIALES SUR « L'EXÉCUTION DE LA DÉCLARATION GOUVERNEMENTALE CONCERNANT LES MESURES D'ÉCONOMIE DANS LES ALLOCATIONS FAMILIALES »

De Voorzitter. ­ Aan de orde is de mondelinge vraag van mevrouw Cantillon aan de minister van Sociale Zaken over « de uitvoering van de regeringsverklaring betreffende de besparingsmaatregelen in de kinderbijslagen ».

Het woord is aan mevrouw Cantillon.

Mevrouw Cantillon (CVP). ­ Mijnheer de Voorzitter, de uitvoeringsbesluiten over de halvering van de kinderbijslag van het eerste kind wijken af van de aangekondigde besparingsmaatregelen. De geplande uitsluiting van gezinnen met een globaal belastbaar inkomen van minder dan 550 000 frank werd, om de hand liggende redenen van uitvoerbaarheid, vervangen door de vrijstelling van halvering voor de categorieën van langdurig werklozen, invaliden en gepensioneerden. Aldus wordt de aangekondigde sociale correctie voor lagere inkomens beperkt tot uitkeringstrekkers. Lage arbeidsinkomens, voornamelijk jonge éénverdieners en alleenstaande moeders, worden thans uitgesloten.

Overweegt de Regering fiscale maatregelen te nemen om voor de gezinnen die niet onder de genoemde categorieën vallen, maar toch de grens van 550 000 frank niet bereiken, vrij te stellen van de halvering van de leeftijdstoelagen ? Aan welke maatregelen wordt gedacht en wanneer mogen ze worden verwacht ?

De Voorzitter. ­ Het woord is aan de minister van Financiën die antwoordt namens de minister van Sociale Zaken.

De heer Maystadt, Vice-Eerste minister en minister van Financiën en Buitenlandse Handel. ­ Mijnheer de Voorzitter, volgens de goedgekeurde ontwerptekst van het desbetreffende uitvoeringsbesluit van de begrotingsmaatregelen 1997, die op de Ministerraad van 15 november jongstleden werd goedgekeurd, is het inderdaad zo dat gezinnen met een belastbaar inkomen van minder dan 550 000 frank niet als een aparte categorie uit de toepassing van de gehalveerde leeftijdstoelagen voor het eerste kind zijn uitgesloten.

Ik wil de aandacht erop vestigen dat de van de maatregel uitgesloten categorie van genieters van verhoogde kinderbijslagen gevoelig werd uitgebreid. Dit was in de originele tekst niet het geval. De huidige maatregel geldt noch voor genieters van gewaarborgde kinderbijslagen, noch voor genieters van verhoogde kinderbijslagen.

Het grootste deel van de gezinnen met een belastbaar inkomen van minder dan 550 000 frank vindt men in de twee genoemde categorieën. Dit heeft men tijdens de voorbereiding van de betrokken tekst kunnen afleiden uit de beschikbare statistieken. In die omstandigheden is het niet wenselijk om nog een aparte fiscale maatregel terzake te nemen.

De Voorzitter. ­ Het woord is aan mevrouw Cantillon voor een repliek.

Mevrouw Cantillon (CVP). ­ Mijnheer de Voorzitter, ik kan moeilijk genoegen nemen met het antwoord van de Vice-Eerste minister. Wanneer hij zegt dat de meerderheid van de gezinnen met een inkomen lager dan 550 000 frank wordt gedekt door de categoriale maatregelen, heeft hij gelijk. Toch worden meer dan 10 pct. van deze gezinnen uitgesloten. Het gaat om gezinnen met een laag arbeidsinkomen, met slechts één kostwinner. In veel gevallen gaat het om alleenstaande vrouwen. Het zijn precies deze gezinnen die de kinderbijslag niet kunnen missen en die daarom niet zouden moeten worden onderworpen aan de maatregelen. Indien de Regering vooraf een kader had geschapen om een sociale correctie mogelijk te maken via fiscale maatregelen, dan had deze categoriale selectiviteit niet hoeven te worden toegepast.

De Voorzitter. ­ Het incident is gesloten.

L'incident est clos.