1-54 | 1-54 |
Sénat de Belgique |
Belgische Senaat |
Annales parlementaires |
Parlementaire handelingen |
SÉANCES DU JEUDI 27 JUIN 1996 |
VERGADERINGEN VAN DONDERDAG 27 JUNI 1996 |
De Voorzitter. Aan de orde is de mondelinge vraag van de heer Bourgeois aan de minister van Buitenlandse Zaken over « de militaire aankopen van Botswana ».
Het woord is aan de heer Bourgeois.
De heer Bourgeois (CVP). Mijnheer de Voorzitter, mijn vraag wordt ingegeven door mijn bezorgdheid over de verspreiding van wapens vooral in Afrika in het algemeen en in zuidelijk Afrika meer in het bijzonder. Naast de proliferatie van wapens baart ook het imago van ons land in deze zaak mij zorgen.
In een recent artikel in De Standaard wordt gemeld dat Botswana, een land met amper 1,4 miljoen inwoners, recent tanks en bommenwerpers heeft gekocht voor minstens 3,1 miljard frank en zijn troepen van zeven- tot tienduizend man wenst uit te breiden.
Volgens waarnemers is daartoe geen directe reden. In het artikel is dan ook sprake van verbijstering en verbazing en is het blijkbaar een diplomatiek raadsel waarvoor Botswana al die wapens nodig heeft.
Bovendien zou de minister van Buitenlandse Zaken van Namibië, naar aanleiding van deze wapenaankopen, zijn vrees uitgesproken hebben voor een echte wapenwedloop in zuidelijk Afrika. Tussen Namibië en Botswana is namelijk sinds mei een conflict hangende voor het Internationaal Gerechtshof in Den Haag. Dergelijke conflicten kunnen makkelijk aanleiding geven tot zwaardere incidenten.
Derhalve wens ik aan de minister te vragen of hij weet heeft van de vermelde verontrustende ontwikkelingen in zuidelijk Afrika.
In de pers worden twee van de ons omringende buurlanden als wapenleveranciers genoemd, meer bepaald Duitsland en Nederland. Heeft de minister kennis van deze leveringen en weet de minister of ook ons land wapens levert aan Botswana of eventueel een transitland is voor deze leveringen ?
Uit de werkzaamheden van de vroegere Commissie voor de wapenhandel weten wij immers dat onze havens en luchthavens vaak een draaischijf zijn voor dit soort commercie.
Uit het verslag op de wapenhandel van 1993 leiden we af dat België in 1993 voor om en bij de 50 miljoen frank wapens leverde aan centraal en zuidelijk Afrika. Hebben deze cijfers ook betrekking op Botswana ? En kan u op basis van de verslagen van 1994 en 1995 meedelen of België toen wapens leverde aan Botswana of als transitland fungeerde ?
Ik weet dat de verslagen over de wapenhandel bij de griffie van de Kamer van volksvertegenwoordigers ter inzage, werden neergelegd, maar wij hebben er nog geen kennis van gekregen.
De Voorzitter. Het woord is aan minister Derycke.
De heer Derycke, minister van Buitenlandse Zaken. Mijnheer de Voorzitter, ik kan de heer Bourgeois mededelen dat onze ambassadeur te Harare, die ook bevoegd is voor Botswana, op de hoogte werd gebracht van pogingen tot wapenaankopen. De Regering apprecieert de situatie ter plaatse als volgt.
Voor de overgrote meerderheid van de landen van zuidelijk Afrika mag worden aangenomen dat daar een grote vredeswil bestaat. Daarop zijn nauwelijks uitzonderingen, tenzij dan het voor Zuid-Afrika interne incident rond het probleem van Kwazulu-Natal.
Voor het overige dreigt er geen gewapend conflict in zuidelijk Afrika. De kans bestaat zelfs dat de regio voor het eerst sinds generaties vrij van conflicten blijft. Ik verwijs hierbij uiteraard naar het einde van de apartheid en naar de bereikte akkoorden in Angola en Mozambique.
Botswana beschikt over een klein en voor zover wij weten efficiënt leger dat reeds vrij succesvol deelnam aan vredesoperaties in Somalië en Mozambique. Het land wordt trouwens vaak door de Verenigde Naties gevraagd voor deelname aan vredesacties in Afrika. Het is één van de landen die men op dit terrein wil responsabiliseren. Het heeft zich ook geëngageerd in de South African Development Council , met een werkzaam veiligheidsorgaan, en heeft herhaaldelijk bevestigd dat het ook in de toekomst bereid is aan vredesacties deel te nemen.
Wij zijn ons ervan bewust dat Botswana en Namibië een geschil hebben over Sidudu, een eilandje in de Choberivier. Beide landen zullen zich echter neerleggen bij de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof van Den Haag, waar het geschil wordt behandeld. Ook dat is een uitzondering voor het Afrikaans continent.
Onze ambassadeur zal het probleem deze week in Botswana bespreken met de bevoegde autoriteiten. Ik volg deze zaak van nabij, omdat Botswana belangrijk is voor de regionale stabiliteit in zuidelijk Afrika.
Ik kom nu tot de vraag over de uitwisseling van informatie over goedgekeurde vergunningen tussen de buurlanden. Nederland zal België alleen informeren indien het gaat over wapens van Belgische herkomst. Dat is de regel. In 1995 heeft de minister van Buitenlandse Zaken een doorvoervergunning met eindbestemming Botswana goedgekeurd voor elf gevechtswagens afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk. Volgens de documenten en de verklaring van de Britse autoriteiten waren deze wagens bestemd voor de peace-keeping- operaties van de Verenigde Naties.
Ik heb ook het NIS laten natrekken wat er aan militair materiaal werd geëxporteerd. In 1993 ging het om een bedrag van 49,4 miljoen Belgische frank. In 1995 zou het gaan om 32 miljoen. Voor de periode 1993-1995 gaat het in het totaal om 162 miljoen aan wapens afgeleverd onder het Waals label.
De Voorzitter. Het woord is aan de heer Bourgeois voor een repliek.
De heer Bourgeois (CVP). Mijnheer de Voorzitter, ik dank de minister voor zijn eerder geruststellend antwoord. Dat Botswana een land is dat zeer actief meewerkt in het kader van de Verenigde Naties is op zich ook al een geruststelling. Het is dan misschien wel begrijpelijk dat het bepaalde zwaardere wapens nodig heeft in het kader van deze acties en niet voor binnenlands gebruik.
Ik ben ook tevreden met de inlichtingen over Nederland. Het is natuurlijk eigenaardig dat Britse wapens door Nederland via België worden geleverd, maar in deze wereld is niets onmogelijk, zoals wij vroeger reeds hebben vastgesteld.
Ik zal ook het nodige doen om deze materie te volgen.
De Voorzitter. Het incident is gesloten.
L'incident est clos.