1-363/1 | 1-363/1 |
21 JUNI 1996
(Verklaring van de wetgevende macht zie « Belgisch Staatsblad » nr. 74 van 12 april 1995)
Enig artikel
Artikel 59 van de Grondwet wordt vervangen door wat volgt :
« Art. 59. Behalve bij ontdekking op heterdaad kan geen lid van een van beide Kamers, tijdens de zitting, in strafzaken worden vervolgd of van zijn vrijheid beroofd dan met verlof van de Kamer waarvan hij deel uitmaakt.
Voornoemd verlof is niet vereist voor de daden die ertoe strekken te verklaren dat er geen reden tot vervolging is, noch voor de ondervraging en de confrontatie met getuigen. Die daden mogen de vrije uitoefening van het mandaat evenwel niet hinderen.
De vrijheidsberoving of de vervolging van een lid van een van beide Kamers wordt tijdens de zitting en voor haar gehele duur geschorst indien de Kamer waarvan hij deel uitmaakt het vordert. »
Brussel, 20 juni 1996.
De Voorzitter van
de Kamer van volksvertegenwoordigers,
Raymond LANGENDRIES.
De Griffier van de
Kamer van volksvertegenwoordigers,
Francis GRAULICH.