Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-921

van Gaëtan Van Goidsenhoven (MR) d.d. 18 januari 2021

aan de minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing

Cel Kunst en Antiek - Versterking - Werking Resultaten - Kunstdiefstal - Bestrijding - Cijfers - Evolutie - Teruggave van gestolen werken - Procedure - Samenwerking met buitenlandse diensten - Opleiding van politieagenten

kunstvoorwerp
diefstal
cultureel erfgoed
politie
zwarte handel
handel in kunstvoorwerpen
cultuurgoed
douanesamenwerking
politiële samenwerking (EU)

Chronologie

18/1/2021Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 18/2/2021)
18/2/2021Antwoord

Vraag nr. 7-921 d.d. 18 januari 2021 : (Vraag gesteld in het Frans)

Deze vraag gaat over aspecten waarvoor zowel de federale staat als de Gemeenschappen bevoegd zijn. Cultuur is een gemeenschapsmaterie, maar de federale overheid heeft de mogelijkheid om op te treden inzake kunstroof. De Senaat is bijgevolg volledig bevoegd om zich te buigen over dit transversale thema.

Het cultuurpatrimonium is een belangrijk onderwerp dat al onze aandacht verdient.

Enkele maanden geleden werd aangekondigd dat de federale politie de gespecialiseerde cel Kunst en Antiek zou uitbouwen, aangezien deze afdeling in het verleden binnen de strijd tegen criminaliteit stiefmoederlijk werd behandeld.

Er was onder meer sprake van de oprichting van een geautomatiseerde databank om op meer dynamische wijze diefstallen van kunst en antiek te bestrijden.

Het lijkt echt wel nodig om de strijd tegen kunstdiefstallen beter aan te pakken, vooral gezien de centrale ligging van België in Europa.

Een goede samenwerking tussen de nationale en internationale spelers ter zake is daarvoor van essentieel belang. De politie moet haar rol spelen zoals hierboven al kort is uiteengezet, maar ook de Belgische douanediensten vervullen een strategische opdracht in dezen, aangezien de bestrijding van kunstdiefstal een internationale problematiek is.

Gelet op al die elementen wil ik u de volgende vragen stellen:

1) Hoe is de toestand geëvolueerd sinds de aankondiging van de versterking van de gespecialiseerde cel Kunst en Antiek van de federale politie en de oprichting van een nationale databank waarin alle gestolen voorwerpen zijn opgenomen? Kunt u beschrijven hoe deze cel vandaag te werk gaat en welke resultaten bereikt worden in het licht van de opdracht die ze voor ogen heeft?

2) Kan de cel Kunst en Antiek, zoals ze vandaag georganiseerd is, doeltreffend inspelen op de problematiek van kunstdiefstal? Welke pistes moeten bewandeld worden om de effectiviteit ervan nog te verhogen?

3) Kunt u de evolutie van de kunstdiefstal in België toelichten? Stelt u een stijging of een daling vast? Wordt een gedeelte van ons grondgebied meer getroffen dan een ander?

4) Waaraan denkt u om de strijd tegen de diefstal van erfgoed en kunst in België op te voeren?

5) Wanneer gestolen kunstvoorwerpen door de politiediensten of door de douane worden teruggevonden, op welke wijze worden ze dan aan de eigenaars teruggegeven? Wat is de gevolgde procedure, zowel voor de teruggave als voor de identificering van de rechtmatige eigenaars?

6) Wat die teruggave betreft, hoe werkt de Belgische politie of de douane samen met buitenlandse diensten? Zijn er vandaag goede praktijken inzake internationale samenwerking? Zijn er wat betreft die samenwerking procedurele hinderpalen?

7) Omvat de opleiding van politieagenten aspecten inzake kunstdiefstal? Zo niet, kan overwogen worden om dat aspect van de opleiding te versterken?

Antwoord ontvangen op 18 februari 2021 :

1) Wat de cel «Kunst» betreft, een team van twee voltijds equivalent (VTE) van de centrale directie van de Bestrijding van de zware en georganiseerde criminaliteit (DJSOC) is exclusief bezig met de coördinatie van de informatie en het voeden en exploiteren van de databank sinds 2018. Deze situatie is sindsdien niet gewijzigd.

Wat de informatie-uitwisseling betreft dit slaat onder andere op:

– de informatie-uitwisseling met buitenlandse homologen;

– de voeding van de INTERPOL-databank inzake gestolen kunst;

– de samenwerking met Douane en met de cel «Recuperatie geroofde goederen» binnen de federale overheidsdienst (FOD) Economie;

– de uitwisseling van informatie binnen de geïntegreerde politie.

Het team is een schakel in een keten. Het is de samenwerking van de diverse actoren die in het verleden resultaten opleverde en nu nog steeds resultaten oplevert.

Wat de expertendatabank «Kunst» betreft, diende deze databank in een eerste fase te worden aangepast aan de nieuwe information technology (IT)-infrastructuur. Deze oefening werd door de centrale directie van de Politionele Informatie en de ICT-middelen (DRI) begin 2021 gerealiseerd en is in testfase.

Daarnaast is een commissaris binnen DJSOC (naast de voornoemde twe VTE) belast geweest met het uitschrijven van een functionele analyse voor de ontwikkeling van een verbeterde databank «Kunst». Het programmeren van dergelijke nieuwe databanken wordt opgenomen op de lijst met opdrachten van de voornoemde directie DRI. Let wel: de meeste energie van deze directie gaat naar het grootste project sinds jaren, namelijk i-Police, dat voor de hele geïntegreerde politie een directe meerwaarde zal bieden.

2) De samenwerking van de lokale politie, de federale gerechtelijke politie, het team binnen DJSOC en de diverse partners, laat toe op een voldoende effectieve wijze de problemen aan te pakken.

Een correcte informatie-uitwisseling, zowel met het buitenland als met partnerdiensten, als binnen de geïntegreerde politie is cruciaal. Het blijvend in vraag stellen van het feit of er nu wel of niet een team «Kunst» bestaat binnen de federale politie, maakt dat sommige actoren op het verkeerde been worden gezet, wat nefast is voor de informatie-uitwisseling.

3) De Algemene Nationale Gegevensbank (ANG) laat toe om aan bepaalde feiten (bijvoorbeeld diefstal) een voorwerp (bijvoorbeeld een kunstvoorwerp) te koppelen. Een cijfermatig beeld begint dus met de correcte vatting. Bij een diefstal van een kunstvoorwerp zal eigenaar de vaststellende (lokale) politie op de hoogte brengen van het feit of een gestolen object een kunstvoorwerp is. Dergelijke voorwerpen worden gevat aan de hand van vooraf gedefinieerde keuzelijsten.

Indien een voorwerp (vrij) uniek is – en er bestaat een goede beschrijving of foto van – zal de informatie naar het team «Kunst» van DJSOC worden toegestuurd voor vatting in de databank «ARTIST», die een taxonomie heeft die aansluit bij deze die in expertkringen gebruikelijk is (wat niet mogelijk is voor de ANG die voor alle fenomenen wordt gebruikt.

Naast de taxonomie (die niet in de ANG voorkomt), de foto’s van de objecten (wat evenmin in de ANG voorkomt), heeft de expertendatabank «ARTIST» een bijkomend voordeel, dat de objecten niet door «cleaningregels» worden verwijderd. In de ANG worden diefstallen na een welbepaalde tijd gewist, waardoor ook de verdwenen objecten zouden verdwijnen. De diefstal van het Lam Gods (april 1934) zal dus niet in de ANG worden teruggevonden (dus ook niet het verdwenen paneel), terwijl het paneel van de Rechtvaardige Rechters in de databank «ARTIST» uiteraard wel voorkomt.

Uw vraag betrof ook de diefstallen. In de databank wordt een onderscheid gemaakt tussen zware diefstal (dat wil zeggen diefstal met geweld of bedreiging of verzwarende omstandigheid) en gewone diefstal (dat wil zeggen diefstal zonder geweld of bedreiging, zonder verzwarende omstandigheid). Braak is bijvoorbeeld een verzwarende omstandigheid.

In de als bijlage 1 gevoegde tabel wordt de evolutie voor de werkjaren 2016-2019 weergegeven voor beide diefstalvormen, waarbij aan het feit telkens minstens één kunstvoorwerp was gekoppeld (bij een diefstal kunnen meerdere voorwerpen worden gestolen). Grosso modo kan worden gesteld dat het fenomeen voor de zware diefstallen, lichtjes daalt en voor de gewone diefstallen stabiel blijft.

Hierna vergelijken we het deelfenomeen met de totaliteit van de diefstallen, waarvan de tabel als bijlage 2 werd gevoegd. Hieruit blijkt dat de totaliteit van de diefstallen met geweld of bedreiging of verzwarende omstandigheden een dalende trend kent, waarop de zware kunstdiefstallen geen uitzondering vormen en dat ook voor de gewone diefstallen de evolutie gelijklopend is.

Het aandeel van de zware kunstdiefstallen in de totaliteit van de diefstallen bedraagt voor 2019 dus 1,3 %. Dit lijkt veel, maar moet in de juiste context worden gezien. De categorie kunstvoorwerp wordt bij de politie immers vrij ruim gezien. Het voorwerp dat het vaakst voorkomt is bijvoorbeeld «kunst / antiek – sieraden». Dit zijn voorwerpen die bij particulieren kunnen worden gestolen bij een woninginbraak, maar kan eventueel ook betrekking hebben op een cultuurgoed dat uit een museum verdwijnt. Het eerste voorwerp zal niet noodzakelijk in de «ARTIST»-databank worden gecodeerd (hangt af van de eigenschappen die kunnen leiden tot identificatie), daar waar dit voor het tweede voorwerp wel het geval zal zijn.

Wat de spreiding per arrondissement van de zware diefstallen waaraan minstens één kunstvoorwerp werd gelinkt betreft, laat de tabel gevoegd als bijlage 3, zien dat de top 3 voor de periode 2016-2019 steeds werd gevormd door het arrondissement Brussel (Brussels Hoofdstedelijk Gewest), Luik en Antwerpen.

Bij de gewone diefstallen gaat het dan weer eerder om Brussel (Brussels Hoofdstedelijk Gewest), Antwerpen, West-Vlaanderen en Oost-Vlaanderen, zoals bijlage 4 weergeeft.

De voorwerpen die het vaakst worden gestolen, worden als bijlage 5 weergegeven. Let wel: aan één feit (bijvoorbeeld zware diefstal) kunnen meerdere objecten worden gelinkt. De top 3 wordt voor de onderzochte periode 2016-2019, gevormd door «sieraden», «beeldhouwwerk / beeld» en «vazen / lampen».

Het optreden van de geïntegreerde politie beperkt zich trouwens niet tot het registreren van incidenten (feiten / pogingen) van diefstallen. Jaarlijks werden er voor dezelfde periode ook ongeveer vijf honderd incidenten «opzettelijke vernielingen» geregistreerd en bijvoorbeeld ongeveer vijftig incidenten «oplichtingen» inzake kunstvoorwerpen.

Dit laatste maakt het vaak complex om te spreken over kunstcriminaliteit: er zijn vaak verschillende onderliggende fenomenen die al te vaak door elkaar worden gehaald (diefstal kunstvoorwerpen, diefstal van een cultuurgoed, restitutie van kunstroof tijdens Tweede Wereldoorlog, vernietiging of diefstal van cultuurgoederen in Palmyra, enz.).

4) Het spreekwoord zegt: «Beter voorkomen dan genezen». Dit geldt voor alle diefstallen maar in het bijzonder voor waardevolle kunstvoorwerpen. Naast techno-preventieve maatregelen, verhogen een goeie documentatie (beschrijving, foto’s, enz.) de kansen op het terugvinden van de voorwerpen.

Het samenwerken met de sector (door het uitsturen van «warnings» bij een diefstallenplaag) kunnen ook hun vruchten afwerpen. De betrokken handhavingsdiensten houden nauw contact met de sector van bijvoorbeeld musea en verantwoordelijken voor het religieus patrimonium, wat al bleek tijdens de Senaatscommissie.

Tot slot zou het de opsporing ten goede komen indien de antiquairs een digitaal register van de verkochte objecten zouden bijhouden.

5) & 6) Wanneer de Douane een kunstvoorwerp ontdekt, kunnen ze contact opnemen met een expert of met de cel «Kunst» van de politie. Wanneer het illegale import of export is, stellen zij een proces-verbaal op.

Indien het nationaal team «Kunst» een in België gestolen kunstvoorwerp identificeert, nemen ze contact op met de (lokale) politiedienst die de vaststellingen van diefstal deed. Deze laatsten nemen dan contact op met het slachtoffer voor de restitutie.

Indien het een in het buitenland gestolen kunstvoorwerp betreft, dat in België wordt ontdekt en geïdentificeerd, neemt het nationale team «Kunst» van DJSOC contact op met de homoloog van het land dat de seining deed (of de betrokken seinende politiedienst indien het geen gespecialiseerde cel betreft). Deze doen dan het nodige in hun land.

Dit toont aan wat ik reeds hoger stelde: een goede samenwerking en informatie-uitwisseling is en blijft cruciaal. Internationaal is er een zeer goede samenwerking tussen de verschillende centrale diensten en dit voornamelijk dankzij INTERPOL en EUROPOL die jaarlijks een internationale meeting organiseren. Hier worden zowel de «best practices» als bepaalde samenwerkingsproblemen besproken.

Voor de problematiek van cultuurgoederen werden binnen de EU de procedures op elkaar afgestemd door uniforme EU-regelgeving. Het wordt complexer wanneer het landen betreft die specifieke nationale wetten hebben of nog wanneer er geen stabiliteit of een gewapend conflict is in een land. Indien er echter goede wil is bij alle partijen, kan vaak veel bereikt worden, zeker dankzij het doorzettingsvermogen van de politiemensen werkzaam binnen dit domein.

7) De basisopleiding van inspecteur voorziet geen opleiding inzake diefstallen van kunstvoorwerpen, maar uiteraard wel van diefstallen en hoe feiten in de ANG dienen te worden gevat. Een goede klacht (vermelding van diefstal van kunstvoorwerpen) helpt dus zeker.

Wel wordt door DJSOC een handleiding (voor zelfstudie) opgesteld, welke kan dienen voor onderzoekers die zich willen specialiseren.

Bijlage 1


2016

2017

2018

2019

Vol.

Pog.


Vol.

Pog.


Vol.

Pog.


Vol.

Pog.


Zware diefstal

1 759

62

1 821

1 747

84

1 831

1 627

78

1 706

1 631

76

1 707

Gewone diefstal

823

14

837

797

19

816

782

11

793

811

7

818

TOTAAL

2 582

76

2 658

2 544

103

2 647

2 409

89

2 498

2 442

83

2 525

Voltooid feit: Vol.

Poging: Pog.

Bijlage 2


2016

2017

2018

2019

Vol.

Pog.


Vol.

Pog.


Vol.

Pog.


Vol.

Pog.


Zwarediefstal

110 420

40 509

150 929

101 625

39 451

141 076

94 846

36 802

131648

89 578

34 769

124 347

Gewone diefstal

173 436

3 649

177 085

169 041

4 187

173 228

171 787

3 880

175 667

173 859

3 943

177 802

TOTAAL

283 856

44 158

328 014

270 666

43 638

314 304

266 633

40 682

307 315

263 437

38 712

302 149

Bijlage 3

Zware diefstal


2016

2017

2018

2019

Brussel (Gewest)

305

291

324

354

Luik

191

224

216

206

Antwerpen

190

220

184

187

Henegouwen (Bergen)

188

176

147

153

Oost-Vlaanderen

120

122

126

126

Henegouwen (Charleroi)

151

170

155

116

Namen

119

139

73

110

West-Vlaanderen

116

93

96

106

Waals-Brabant

106

102

114

100

Brussel (Halle-Vilvoorde)

89

83

72

86

Limburg

117

100

65

62

Luxembourg

52

54

67

51

Leuven

69

49

60

46

Eupen

8

8

6

4


1 821

1 831

1 705

1 707

Bijlage 4

Gewone diefstal


2016

2017

2018

2019

Brussel (Gewest)

114

129

137

179

Antwerpen

147

129

113

108

West-Vlaanderen

100

109

79

107

Oost-Vlaanderen

117

105

111

104

Luik

72

54

59

61

Limburg

49

51

61

51

Henegouwen (Bergen)

50

61

47

47

Leuven

33

39

37

37

Waals-Brabant

26

25

33

33

Namen

35

41

36

26

Brussel (Halle-Vilvoorde)

33

18

32

25

Luxemburg

23

16

17

22

Henegouwen (Charleroi)

30

35

26

15

Eupen

8

4

5

3


837

816

793

818

Bijlage 5


2016

2017

2018

2019

Kunst/antiek – sieraden

993

1033

859

821

Kunst/antiek – beeldhouwwerk / beeld

956

945

813

755

Kunst/antiek – wizen / lampen

531

601

560

514

Kunst/antiek – schilderijen, etsen, tekeningen, ...

548

500

457

455

Kunst/antiek – meubels: stoelen / zetels

375

350

285

362

Kunst/antiek – andere

350

438

360

311

Kunst/antiek – meubels: andere

311

347

298

289

Kunst/antiek – boeken, documenten

102

95

118

140

Kunst/antiek – kledij

65

78

123

122

Kunst/antiek – niet bepaald

166

118

115

108

Kunst/antiek – spiegels

109

108

117

95

Kunst/antiek – vaatwerk

181

90

152

92

Kunst/antiek – tapijten / wandtapijten

124

80

91

91

Kunst/antiek – blank wapen

29

27

30

40

Kunst/antiek – poppen

27

25

25

19

Kunst/antiek – vuurwapen (voor jaartal 1886)

16

5

11