Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-807

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 9 november 2020

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, belast met de Nationale Loterij, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing

Buitenlanders - Aanvraag van een tijdelijk visum - Buitenlandse studenten - Gevolgen voor het onderwijsbeleid van de Gemeenschappen - Invloed op de uitstraling van de Vlaamse en Franstalige universiteiten - Overleg met de Gemeenschappen

buitenlandse student
universiteit
toelating van vreemdelingen

Chronologie

9/11/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 10/12/2020)
12/2/2021Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 7-57

Vraag nr. 7-807 d.d. 9 november 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De voormalige staatssecretaris voor Asiel en Migratie wenst voor buitenlanders die een tijdelijk visum aanvragen een administratieve taks op te leggen van 160 euro. Sinds 2 maart 2015 dient iedere vreemdeling namelijk bij te dragen in de administratieve kosten van een visumaanvraag. Ook buitenlandse studenten van buiten de Europese Unie dienen deze taks te betalen.

Uiteraard grijpt dit ernstig in op het beleid van de Gemeenschappen op het vlak van onderwijs. Zo dienen ook beursstudenten deze taks te betalen.

Het gevolg is dat de Gemeenschappen, via het betalen van de beurs, eigenlijk verantwoordelijk worden voor het betalen van deze federale nieuwkomerstaks. Er ontstaat zo een financiële transfer van de Gemeenschappen naar de Federale Staat.

1) Hoe kan de geachte minister verantwoorden dat er een transfer ontstaat van Vlaanderen naar de Federale Staat?

2) Werd er over het invoeren van de nieuwkomerstaks enig overleg gepleegd met de Gemeenschappen?

3) Is men zich bewust van de rechtstreeks ingrijpen in de onderwijsbevoegdheid van de Gemeenschappen?

4) Heeft men onderzocht welke gevolgen dit zal hebben voor de uitstraling van de Vlaamse en Franstalige universiteiten in het buitenland?

5) Is deze beslissing van de toenmalige staatssecretaris onderwerp geweest van de besprekingen binnen het Overlegcomité?

6) Hoe kan men zulke asociale maatregel nemen, die geen enkele rekening zal houden met de financiële draagkracht van de buitenlandse student?

7) Werd deze maatregel besproken op Europees vlak?

8) Wenst men een daling van het aantal buitenlandse studenten in onze universiteiten en zo ja, waarom?

Antwoord ontvangen op 12 februari 2021 :

Op 2 maart 2015 werd het betalen van een retributie voor bepaalde verblijfsaanvragen ingevoerd als gevolg van een beslissing van de toenmalige regering. Ik heb evenwel geen zicht op de eventuele contacten die hier voorafgaand met de deelstaten of met het Europese niveau hebben plaatsgevonden.

De retributie is een bijdrage in de administratieve kosten voor de Dienst vreemdelingenzaken voor de behandeling van de aanvraag. In die zin behoort deze materie tot de bevoegdheid van de federale overheid. Er is dan ook geen sprake van een transfer van de Gemeenschappen naar het federale beleidsniveau. Er wordt ook niet rechtstreeks ingegrepen in het onderwijsbeleid. Het betreft immers louter een federale administratieve aangelegenheid.

Ook buitenlandse studenten en onderzoekers dienen een retributie te betalen. Deze bedraagt momenteel 207 euro. Wel voorziet het koninklijk besluit van 8 juni 2016 in een vrijstelling voor studenten en onderzoekers met een bepaalde beurs.

Ik heb geen daling van het aantal buitenlandse studenten voor ogen. Een dergelijke daling is overigens niet merkbaar sinds de invoering van de retributie.