Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-45

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 19 september 2019

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken en Europese Zaken, en van Defensie, belast met Beliris en Federale Culturele Instellingen

Brussel - Nieuwe metrolijn - Akkoord met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest - Kostprijs - Aandeel van Beliris - Voorziene tijdpad - Overleg met de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS)

Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
Hoofdstedelijk Gewest Brussels
openbaar vervoer
metro
stadsvervoer

Chronologie

19/9/2019Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 24/10/2019)
27/11/2019Antwoord

Vraag nr. 7-45 d.d. 19 september 2019 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De Brusselse regering heeft op 26 maart 2015 het richtplan van Beliris goedgekeurd voor de aanleg van een nieuwe metrolijn tussen het station Bordet in Evere en het Noordstation.

De nieuwe metrolijn moet tegen 2024 volledig klaar zijn. Het bouwproject zelf valt uiteen in twee delen. Het traject tussen het Noordstation in Schaarbeek en het Bordetstation in Evere is in handen van Beliris, het federale investeringsfonds voor Brussel. Voor de ombouw van de tramlijn tussen het Noordstation, het Zuidstation en de halte Albert aan het park van Vorst tot een hoogwaardige metrolijn werkt het Gewest samen met de Maatschappij voor het intercommunaal vervoer te Brussel (MIVB).

Omdat het essentieel is dat de twee deelprojecten perfect op elkaar afgestemd worden, komt er één overkoepelend coördinatiecomité. De regering heeft op 26 maart 2015 de richtplannen van Beliris voor het traject Bordet-Noordstation definitief goedgekeurd. Dat betekent dat er een nieuwe tunnel zal worden geboord en dat er nieuwe metrostations worden gegraven ter hoogte van het Liedtsplein, het Colignonplein, het Verboekhovenplein, het Rigaplein, het kruispunt van de Verdonckstraat en de Van Hammestraat, het Vredesplein en het treinstation Bordet.

Het is verheugend dat de federale regering voor deze grote infrastructuurplannen de handen in elkaar slaat met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

1) Hoe zijn de plannen voor deze metrolijn ontstaan? Werd hierover grondig overleg gepleegd met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest?

2) Wat is de kostprijs van dit project?

3) Wat is het aandeel van Beliris in de financiële kost van dit project?

4) Wat is het voorziene tijdpad van dit project?

5) Werd er eveneens overleg gepleegd met de Brusselse minister bevoegd voor Mobiliteit en met de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS)?

Antwoord ontvangen op 27 november 2019 :

1) Over de inrichtingsplannen van de metrolijn tussen Noordstation en Bordet werd grondig overleg gepleegd met de MIVB en de regionale autoriteiten. Dit overleg vindt plaats op verschillende niveaus:

– een eerste technisch niveau is een overlegniveau tussen de administratie van Beliris en de technici van de MIVB en Brussel Mobiliteit. Dit niveau maakte het met name mogelijk een lijst op te stellen van alle functionele vereisten (referentiekader) voor de werking van de metro. De implementatie van deze vereisten wordt opgevolgd door experts van de MIVB, Beliris en Brussel Mobiliteit. Dit technische niveau wordt overkoepeld door een stuurgroep die op regelmatige basis samenkomt;

– een tweede niveau betrekt, binnen het strategisch comité, de vertegenwoordigers van de federale minister belast met Beliris, de minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de regionale minister belast met Mobiliteit en Openbare Werken, de regionale minister belast met Financiën, de MIVB en Beliris. Dit comité kwam regelmatig samen om de uitvoering van het project op te volgen;

– een laatste niveau bevindt zich op het niveau van de regionale regering die het project in de volgende fases formeel heeft goedgekeurd:

2) Het totale geraamde budget voor de werkzaamheden van de nieuwe metrolijn tussen het Noordstation en het metrostation Bordet, met inbegrip van de bouw van een stelplaats in Haren, dat door Beliris bij de aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning werd overgemaakt, bedraagt 1 120 196 910 euro, waarvan 170 000 000 euro voor rollend materieel. Een aantal wijzigingen werd door het strategisch comité op voorhand gevalideerd en aanvullende verzoeken worden onderzocht om een geactualiseerde begroting aan de regionale regering te verstrekken.

3) Een eerste subsidie van 20 miljoen werd besloten in de bijakten van 2009 en 2010, om de tot nu toe verrichte studies te betalen. Voor de verdere werkzaamheden, en op basis van de validatie van het richtplan door de gewestelijke regering, heeft het samenwerkingscomité van 26 februari 2016 het aandeel van de Federale Staat in de financiering van de uitbreiding van de metro vastgesteld op de budgetten die zijn bepaald in de bijakten van het samenwerkingsakkoord van 15 september 1993, tussen 2015 en 2019 op 50 miljoen euro per jaar, oftewel 250 miljoen euro. Volgens dit besluit zou Beliris vanaf 2020 tot 2023 nog eens 50 miljoen per jaar aan deze financiering besteden. De werkzaamheden zijn een ESR 2010-uitgave voor rekening van het Gewest. De volledige overschrijding wordt gedragen door de MIVB en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze budgettaire verdeling werd vastgelegd in een samenwerkingsprotocol tussen de MIVB, Beliris en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Het Gewest verbindt zich ertoe met eigen middelen of die van de MIVB enerzijds de studies, werkzaamheden en noodzakelijke leveringen voor de verwezenlijking van het project, met inbegrip van de bouw van een werkplaats en een stelplaats op de site van Haren en anderzijds de aankoop van rollend materieel dat noodzakelijk is voor de werking van deze nieuwe metroverbinding, die niet gedekt worden door de door Beliris toegekende budgetten, te financieren. Beliris heeft reeds meer dan 100 miljoen als voorafgaande financiering van het project aan de MIVB gestort, naast meer dan 20 miljoen voor de studies van het project.

4) De huidige planning van het project voorziet de indienststelling van de doorgang onder het Noordstation (die samenvalt en afhankelijk is van de indienststelling van de lijn tussen de stations «Albert» en «Noordstation» uitgevoerd door de MIVB alleen) in de eerste helft van 2024. Voor de rest van de lijn is de indienststelling gepland voor de tweede helft van 2030. Deze twee planningen zijn sterk afhankelijk van het verkrijgen van stedenbouwkundige vergunningen binnen de termijnen die in overleg met het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn vastgesteld, namelijk februari 2020 voor de doorgang onder het Noordstation en februari 2022 voor de uitbreiding van de lijn en de stelplaats.

5) Voor de verschillende punten waar het metrolijnproject de spoorweginfrastructuur kruist, namelijk de doorgang onder het rooster van de sporen van het Noordstation, de doorgang onder lijn 161 in Verboeckhoven en de aanleg van een multimodaal knooppunt in Bordet, vond nauw overleg plaats met de bevoegde INFRABEL-diensten.