Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-274

van Carina Van Cauter (Open Vld) d.d. 10 januari 2020

aan de vice-eersteminister en minister van Financiėn, belast met Bestrijding van de fiscale fraude, en Minister van Ontwikkelingssamenwerking

Verenigde Arabische Emiraten - Toevluchtsoord criminele landgenoten en hun crimineel vermogen - Transparantie - Uitleveringsverdrag - Europese zwarte lijst van belastingparadijzen - Overleg met Nederland

Verenigde Arabische Emiraten
uitlevering
criminaliteit
belastingvlucht
misdaadbestrijding

Chronologie

10/1/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 13/2/2020)
12/2/2020Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-273
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-275
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-276

Vraag nr. 7-274 d.d. 10 januari 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De recente uitlevering van de Nederlandse narcoterrorist Ridouan Taghi vanuit Dubai toont nogmaals aan dat de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) een toevluchtsoord geworden zijn voor criminelen van alle slag. Niet alleen zijzelf maar ook hun geld wordt naar daar overgeheveld. De Antwerpse procureur, Franky De Keyzer, gebruikte in een recent interview terecht de term «narcoterroristen». Het betreft criminelen die het samenlevingsmodel zeer zwaar onder druk zetten en die niet terugdeinzen voor het gebruik van geweld en intimidatie om hun doel te bereiken.

Het Antwerps Parket hoopt een samenwerkingsakkoord te kunnen afsluiten met Dubai. Federaal magistraat Eric Bisschops stelt net als volgt: «We merken dat high end criminelen organisaties, drugs maar ook witteboordcriminelen, zich verschuilen in de Verenigde Arabische Emiraten om daar hun geld te parkeren en te investeren. We willen met Dubai samenwerken, zodat het voor ons gemakkelijker wordt om criminelen daar te laten oppakken, uit te leveren en hun bezittingen in beslag te nemen.»

Diverse rapporten wijzen op het gemak waarmee internationale misdaad haar geld kan parkeren in Dubai. Zo bleek uit onderzoek van het Organised Crime and Corruption Reporting Project (OCCRP) en de anticorruptie organisatie Transparency International dat de Antwerpse crimineel Othman E.B. eigendommen bezit in Dubai ter waarde van 7,5 miljoen euro.

Desondanks hebben de ministers van Financiėn van de Europese Unie (EU) de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) in oktober 2019 van de zwarte lijst gehaald van belastingparadijzen. De criteria om een land al of niet op deze lijst te plaatsen zijn:

– transparantie: delen de landen bankgegevens van belastingplichtigen met andere landen?

– eerlijke belastingen: het beperken van oneerlijke fiscale concurrentie; en

– belastingontwijking tegengaan: worden de internationale afspraken onderschreven om belastingontwijking tegen te gaan.

Het lijdt weinig twijfel dat indien een land een aantrekkingspool is voor de georganiseerde misdaad en hun geld, dat er duidelijk niet voldaan is aan de criteria van transparantie. Overigens worden diverse EU landen geconfronteerd met de slechte samenwerking met de VEA wat betreft de uitlevering van voortvluchtige landgenoten alsook hun crimineel verworven vermogen.

Het lijkt me meer dan aangewezen om alvast samen met Nederland aan te dringen op een veel grotere transparantie wat betreft het melden van bankgegevens van landgenoten en voortvluchtige criminelen die hun hebben en houden hebben verplaatst naar de VEA om inbeslagname en arrestatie te ontvluchten.

Wat betreft het transversaal karakter van de vraag: de verschillende regeringen en schakels in de veiligheidsketen zijn het eens over de fenomenen die de komende vier jaar prioritair moeten worden aangepakt. Die staan gedefinieerd in de kadernota Integrale Veiligheid en het Nationaal Veiligheidsplan voor de periode 2016 2019, en werden besproken tijdens een Interministeriėle Conferentie, waarop ook de politionele en justitiėle spelers aanwezig waren. Het betreft aldus een transversale aangelegenheid met de Gewesten waarbij de rol van de Gewesten vooral ligt in het preventieve luik.

Graag had ik dan ook volgende vragen voorgelegd aan de geachte minister:

1) Welke stappen worden er ondernomen op bilateraal en multilateraal niveau om de criminele vrijhavens in het algemeen en de VAE in het bijzonder aan te zetten om volledige transparantie te bieden wat betreft de landgenoten die aldaar rekeningen of eigendommen aanhouden? Kan u gedetailleerd oplijsten, wat betreft de VAE, welke vooruitgang er werd geboekt?

2) Welke concrete pistes en inspanningen worden er bewandeld om te komen tot een memorandum of understanding met de VAE wat betreft het in beslag laten nemen van vermogens van criminele oorsprong en gelden die voortvloeien uit belastingontduiking, alsook wat betreft de uitlevering van personen die het voorwerp uitmaken van een gerechtelijk onderzoek in ons land? Kan u dit gedetailleerd toelichten?

3) Op welke gronden werden de VAE in oktober 2019 door de EU ministers van Financiėn van de zwarte lijst van belastingparadijzen gehaald? Kan u zeer concreet meedelen welke vooruitgang in de transparantie werd geboekt wat betreft de houders van eigendommen en rekeningen van EU ingezetenen in de VAE? Komt er een concrete uitwisseling van informatie? Zo ja, op welke basis?

4) In hoeverre zijn de resultaten van Transparency International wat betreft de VAE bepalend voor het al dan niet op de zwarte lijst plaatsen van belastings (en criminele) paradijzen? Kan u dit gedetailleerd toelichten?

5) Hoeveel voorvluchtige landgenoten bevinden zich momenteel in de VAE? In Nederland betreft het tientallen met naam en toenaam bekende Nederlandse criminelen en verdachten.

6) Bent u bereid om samen met uw Nederlandse evenknie aan te dringen op een uitleveringsverdrag en volledige transparantie vanuit de VAE over aldaar verblijvende criminelen en hun vermogen? Bent u bereid hierbij het drukkingsmiddel van de zwarte lijst van belastingparadijzen aan te wenden? Kan u dit zeer concreet toelichten?

7) Bent u het eens met de stelling van de Antwerpse procureur, Franky De Keyzer, dat de drugscriminelen in het bijzonder gelijk te stellen zijn met narcoterroristen gezien zij het samenlevingsmodel zeer zwaar onder druk zetten? Zo neen, waarom niet? Zo ja, welke inspanningen gaat u concreet leveren om deze narcoterroristen en hun gelden wereldwijd te traceren en hen te laten uitleveren?

8) Kan u gedetailleerd meedelen hoeveel geld van criminele oorsprong en hoeveel landgenoten die verdacht worden van criminele feiten respectievelijk in beslag werd genomen en werden uitgeleverd aan ons land en dit op jaarbasis de jongste drie jaar? Hoe beoordeelt u dit resultaat?

Antwoord ontvangen op 12 februari 2020 :

Niet al uw vragen vallen onder mijn bevoegdheid, maar hierna kan u alvast mijn antwoorden vinden die relevant zijn voor de fiscale administratie:

Op fiscaal vlak zijn er een aantal internationale initiatieven die een goede samenwerking tussen landen beogen in de strijd tegen fiscale fraude. Ik stel vast dat de Verenigde Arabische Emiraten (VAE) betrokken zijn in verschillende belangrijke initiatieven. Zo is het land bijvoorbeeld lid van het Mondiaal Forum van de OESO inzake transparantie en uitwisseling van inlichtingen. Het is ook één van de 90 landen wereldwijd die deelnemen aan de Country by Country Reporting (CbCR). Verder wisselt het land sinds 2018 informatie uit onder het regime van de Common Reporting Standard (CRS). Ik kan bevestigen dat ook België op dat vlak informatie ontvangen heeft van de VAE, zowel in 2018 als in 2019.

Er is dus weldegelijk concrete uitwisseling van informatie.

–  Financiële inlichtingen worden met VAE automatisch uitgewisseld overeenkomstig:

–  De inlichtingen inzake onroerende goederen kunnen op verzoek en mits naleving van de voorwaarden verkregen worden overeenkomstig het multilaterale Verdrag inzake wederzijdse administratieve bijstand in fiscale aangelegenheden van 25 januari 1988 zoals gewijzigd door het Protocol van 27 mei 2010. Dit is mogelijk voor inlichtingen die betrekking hebben op belastbare tijdperken vanaf 1 januari 2019.

Ik verduidelijk wel dat de op deze manier verkregen inlichtingen (zowel automatisch als op verzoek) enkel voor fiscale doeleinden kunnen gebruikt worden.

Op dit ogenblik maakt de VAE voorwerp uit van een peer review met betrekking tot de informatie die uitgewisseld wordt onder de CRS. De resultaten daarvan zullen binnenkort bekend gemaakt worden.

Eerdere peer reviews op het vlak van de naleving van de regels inzake transparantie en uitwisseling van gegevens op verzoek hebben geen noemenswaardige tekortkomingen vastgesteld.

Voor de peer review inzake automatische gegevensuitwisseling zullen alle landen tegelijk geëvalueerd worden. In de loop van dit jaar komt er een evaluatie van het wetgevend kader, en in 2021 wordt dit aangevuld met een evaluatie over de omzetting van deze regels in de praktijk.

Op de meest recente ranglijst van Transparency International, waarbij 180 landen werden beoordeeld, bekleedt de VAE de 23e plaats. In de regio “Midden-Oosten en Noord-Afrika” staat geen enkel ander land hoger gerangschikt.

De ECOFIN raad hanteert echter eigen criteria. Deze steunen op drie pijlers: transparantie, een eerlijk belastingstelsel, en de vereiste van een werkelijke economische activiteit. In de loop van 2019 hebben de VAE twee wetswijzigingen doorgevoerd teneinde eerder gesignaleerde problemen betreffende het laatste criterium aan te pakken. Hierdoor voldoet het land nu aan alle vooropgestelde criteria. Daarom werd op 10 oktober vorig jaar in de ECOFIN-raad beslist om de VAE te schrappen van de Europese zwarte lijst van belastingparadijzen.

In de Belgische vennootschapsbelasting geldt dat betalingen naar belastingparadijzen, waarvan het totaal 100.000 euro per belastbaar tijdperk te boven gaat, opgelijst dienen te worden op het aangifteformulier. Om te bepalen of een land al dan niet een belastingparadijs is, wordt onder meer de lijst gehanteerd die opgenomen is in art. 179 KB/WIB 92. Op die lijst komen de VAE wel nog voor, en ten aanzien van betalingen naar de VAE gelden dus ook nog steeds de strengere voorwaarden inzake aftrekbaarheid.