Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-263

van Peter Van Rompuy (CD&V) d.d. 7 januari 2020

aan de minister van Digitale Agenda, Telecommunicatie en Post, belast met Administratieve Vereenvoudiging, Bestrijding van de sociale fraude, Privacy en Noordzee

Sociale fraude - Strijd - Gebruik van data uit de kilometerheffing - Samenwerkingsakkoord - Overleg met de Gewesten

wegvervoer
zwartwerk
arbeidsinspectie
samenwerkingsakkoord (Belgisch institutioneel kader)
sociale dumping
uitwisseling van informatie
snelheidsvoorschriften
big data

Chronologie

7/1/2020Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 6/2/2020)
4/2/2020Antwoord

Vraag nr. 7-263 d.d. 7 januari 2020 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: persoonsgegevens waarover ViaPass beschikt doorgeven aan de sociale inspectie zal via een aangepaste samenwerkingsakkoord moeten gebeuren.

In april 2018 kondigde de geachte minister aan dat hij de data uit de kilometerheffing zou willen gebruiken in de strijd tegen de sociale fraude. Gezien dit een gedeelde bevoegdheid betreft dient ook Vlaanderen (samen met de andere Gewesten) stappen te zetten. Hiertoe vonden in oktober en november 2018 reeds enkele overlegmomenten plaats.

Daarom volgende vragen:

1) Werden er sinds de aangehaalde overlegmomenten stappen gezet om data uit de kilometerheffing te gebruiken in de strijd tegen de sociale fraude? Zo ja, welke?

2) Welke stappen zal de geachte minister nog zetten om in de toekomst data uit de kilometerheffing te gebruiken in de strijd tegen de sociale fraude?

Antwoord ontvangen op 4 februari 2020 :

1) Tussen april en eind 2018 heeft er overleg plaatsgevonden met diverse stakeholders, zoals de federale inspectiediensten, Viapass, federale en Gewestelijke kabinetten en de sociale partners. Hoewel er qua principe, het maximaal aanwenden van bestaande mobiliteitsgegevens in de strijd tegen de sociale fraude en sociale dumping, eensgezindheid bestond bij de diverse partners, bleken er een aantal juridische en praktische bezwaren.

Zo voorziet de Europese regelgeving over de kilometerheffing dat de verkregen gegevens enkel en alleen voor het innen van de kilometerheffing aangewend mogen worden en niet voor andere doeleinden, zoals bijvoorbeeld fraudebestrijding. In een Vlaams decreet kilometerheffing kan ook geen federale finaliteit fraudebestrijding toegevoegd worden. Er zou dus een samenwerkingsakkoord vereist zijn.

Daarnaast is een systematische gegevensuitwisseling met buitenlandse nummerplaatgegevens niet mogelijk. De Europese Eucaris-databank van voertuiggegevens vereist bilaterale akkoorden met alle betrokken landen, zodat er vandaag enkel ad hoc gegevens opgevraagd worden. Dit gebeurt voor individuele dossiers, in het kader van gerechtelijke onderzoeken.

Op die gronden werd het project eind 2018 stopgezet.

2) Een big data project in de strijd tegen de sociale dumping in de transportsector heeft maar zin als op zijn minst de mobiliteitsdata van alle Europese lidstaten in dit project betrokken kunnen worden. Dit is op vandaag niet het geval. Verder zijn de data van de kilometerheffing niet uitgewerkt met het oogpunt fraudebestrijding.

Op korte termijn zou het wenselijk zijn dat de Gewestelijke en federale inspectiediensten nog beter gegevens met elkaar uitwisselen, bijvoorbeeld inbreuken door transportbedrijven die een indicatie kunnen zijn voor andere overheden om ook controles uit te voeren. De samenwerking tussen de federale FOD Mobiliteit en de Gewestelijke overheden werd de voorbije jaren geïntensifieerd, met ook gemeenschappelijke controles op het terrein.

Op middellange termijn (de komende jaren) zal de Europese verplichting van een tachograaf met GPS (cf. Europees Mobility Package eind 2019 goedgekeurd) toelaten om de rij- en rusttijden en de cabotageregels beter te kunnen controleren.