Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-2274

van Latifa Gahouchi (PS) d.d. 25 april 2024

aan de staatssecretaris voor Begroting en Consumentenbescherming, toegevoegd aan de Minister van Justitie en Noordzee

Zonnecentra - Veiligheid - Controle - Cijfers - Personeel van de centra - Opleiding - Overleg met de deelstaten - Naleving van de reglementering - Verstrenging - Eventuele sluiting van centra

haar- en schoonheidsverzorging
gezondheidsbeleid
volksgezondheid
huidziekte
kanker
praktijkopleiding

Chronologie

25/4/2024Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 30/5/2024)

Vraag nr. 7-2274 d.d. 25 april 2024 : (Vraag gesteld in het Frans)

Wanneer het mooi weer wordt en de zomerreizen in aantocht zijn, neemt het aantal bezoeken aan de zonnecentra in ons land toe.

Volgens de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie gaat 8% van de Belgen soms of vaak naar een zonnecentrum.

In 2002 heeft België de Europese regelgeving over de zonnecentra omgezet in Belgische wetgeving.

Zo mag in België een zonnecentrum enkel uitgebaat worden als het voldoet aan de algemene veiligheidsvoorschriften bepaald in boek IX van het Wetboek economisch recht betreffende de veiligheid van producten en diensten. Naast de vereisten van dat Wetboek zijn er de specifieke voorschriften van het koninklijk besluit van 20 juni 2002 houdende voorwaarden betreffende de exploitatie van zonnecentra. Zo is de toegang tot zonnebanken verboden voor consumenten die medicijnen nemen die de gevoeligheid voor ultraviolette straling verhogen, voor consumenten onder de achttien jaar, voor consumenten met huidtype 1, voor consumenten die huidkanker hebben of gehad hebben en voor zwangere vrouwen.

Eind 2017 werden nieuwe regels over de zonnecentra van kracht. De zonnecentra mogen geen weldadige effecten van een zonnebank vermelden in hun communicatie. Bovendien moet elke communicatie de volgende waarschuwing bevatten: «Ultravioletstralen kunnen huidkanker veroorzaken».

De bevoegdheden voor zonnecentra vallen zowel onder het federale niveau, voor wat betreft de consumentenbescherming via de veiligheid van producten en diensten en de voorwaarden voor de uitbating van een zonnecentrum, als van de deelstaten, in het bijzonder voor het aspect opleiding van onthaalverantwoordelijken in de zonnecentra. Volksgezondheid valt zowel onder het federaal niveau als de deelstaten. Deze vraag is dus duidelijk transversaal.

Op basis van wetenschappelijk onderzoek heeft het Internationaal Agentschap voor kankeronderzoek (IARC) zonnebanken in de categorie met het hoogste risico ondergebracht, dezelfde categorie als tabak en asbest. Voorheen werden zonnestralen als een gewone risicoverhogende factor voor huidkanker beschouwd. Bovendien heeft het Australia Radiation Protection and Nuclear Safety Agency (ARPANSA) aangetoond dat zonnebankgebruikers aan een ultraviolette (UV) straling worden blootgesteld die tenminste zes keer zo sterk is als die van de zon op het middaguur. Er moet ook worden verwezen naar een enquête van het British Medical Journal waarin wordt geconcludeerd dat het risico op melanoom met 20% toeneemt bij personen die minstens één keer in hun leven naar een zonnebank zijn geweest, en dat dat risico zelfs verdubbelt als ze dat deden voor de leeftijd van 35 jaar.

Veilig gebruik van een zonnebank bestaat dus niet, zelfs niet als de zonnecentra de wettelijk opgelegde regels volgen. De reglementering kan enkel de risico's beperken, maar op voorwaarde dat die controletaak goed wordt opgevolgd door de zonnecentra. Echter, zoals de consumentenorganisatie Testaankoop in 2019 onderstreepte, wordt die informatie- en controleplicht verre van nageleefd. Veel zonnecentra zouden die reglementering niet ernstig nemen. Zo stelt Testaankoop vast dat volgens de cijfers van 2019 89% van de door de FOD Economie gecontroleerde zonnecentra de wettelijke voorschriften niet naleefden.

Bovendien beveelt Testaankoop bijkomende maatregelen aan om de consument beter te informeren, naast een betere toepassing van de wet:

- alle zonnecentra zouden regelmatig moeten worden gecontroleerd door de overheid. Strenge sancties moeten worden ingevoerd bij het niet voldoen aan de wet. De inspectieresultaten moeten openbaar worden gemaakt zodat de consument weet of een zonnecentrum de wet al dan niet naleeft ;

- automatische zonnecentra moeten worden verboden. Begeleiding en toezicht zijn er nog minder gegarandeerd ;

- de kwaliteit van de opleiding van de zonnebankconsulenten moet worden verbeterd zodat ze hun taak beter kunnen uitvoeren ;

- de verkoop van apparaten met sterke straling moet worden verboden.

1) Beschikt u over recentere cijfers over de controles?

2) Hoeveel procent van de zonnecentra wordt jaarlijks gecontroleerd?

3) Hoeveel van de gecontroleerde centra zijn niet in orde met de reglementering?

4) Werd er contact opgenomen met uw collega's van de deelstaten, in het bijzonder over de opleiding van het personeel van de zonnecentra?

5) Staat een diepgaande reflectie over een verstrenging van de reglementering in de zin van de hierboven vermelde aanbevelingen of zelfs een sluiting van zonnecentra omwille van de volksgezondheid op de agenda, of zou dat niet aan de orde moeten zijn, in het licht van die gegevens, van de recentste wetenschappelijke studies en van de voortdurende toename van het aantal gevallen van huidkanker? Staat u daarover in contact met de minister van Volksgezondheid?