Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-1688

van Maud Vanwalleghem (CD&V) d.d. 11 juli 2022

aan de staatssecretaris voor Digitalisering, belast met Administratieve Vereenvoudiging, Privacy en de Regie der gebouwen, de Federale Culturele Instellingen, toegevoegd aan de Eerste minister

Gevangenissen van Vorst en Sint-Gillis - Nieuw gevangeniscomplex in Haren - Overplaatsing - Herbestemming - Haalbaarheidsstudie van perspective.brussels - Buurtbewoners

strafgevangenis
Hoofdstedelijk Gewest Brussels
openbaar gebouw
architecturaal erfgoed
Regie der Gebouwen

Chronologie

11/7/2022Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 11/8/2022)
11/8/2022Antwoord

Vraag nr. 7-1688 d.d. 11 juli 2022 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: de gebouwen van de gevangenis van Vorst worden beheerd door de Regie der Gebouwen en bevinden zich op het grondgebied van het Brusselse Gewest.

In oktober 2022 zal het nieuwe gevangeniscomplex in Haren geopend worden. De gedetineerden van de gevangenis van Vorst worden naar dit nieuwe gevangeniscomplex overgeplaatst, waardoor de site in Vorst op termijn leeg komt te staan. De aanpalende gevangenis van Sint-Gillis zou drie jaar langer operationeel blijven dan eerst afgesproken.

De site van de gevangenis van Vorst dateert uit 1910 en de Brusselse regering voegde delen ervan toe aan de monumentenlijst, wat indicatief is voor de historische waarde ervan. De herbestemming van de sites vraagt dan ook om bijzondere aandacht, iets wat tot nu toe weerspiegeld werd in het publieke en politieke debat. Daarnaast is de impact van een herbestemming van de sites aanzienlijk voor de buurtbewoners en voor het sociale weefsel in Sint-Gillis, Vorst en de aanpalende gemeentes.

Reeds toen er voor het eerst sprake was van een mogelijke herbestemming van de site voerde perspective.brussels een haalbaarheidsstudie uit. Hieruit bleek dat er zo'n duizend nieuwe woningen en scholen voorzien konden worden op de site. Ook de Liga voor mensenrechten, het Internationaal Observatorium voor gevangenissen en het Toezichtcomité voor de gevangenis van Vorst spraken zich uit over een mogelijke herbestemming. Zij merkten op dat er sinds 2005 geen educatief gevangeniscentrum meer is.

Hierover volgende vragen:

1) Vanaf wanneer zullen de gebouwen van de gevangenis van Vorst en van Sint-Gillis leeg zijn? Kunt u een tijdschema meedelen?

2) Werd er al een overeenkomst bereikt met het Brusselse Gewest over het gebruik van het terrein? Welke zaken dienen nog uitgeklaard te worden?

3) Zullen de huidige gebouwen verkocht of verhuurd worden, of zal er sprake zijn van een herbestemming?

4) Welke pistes zijn er op het vlak van (tijdelijke) herbestemming voor de sites in Vorst en Sint-Gillis?

5) In welke mate zal bij de herbestemming rekening gehouden worden met de haalbaarheidsstudie die uitgevoerd werd door perspective.brussels?

6) Op welke manier zullen buurtbewoners betrokken worden bij het uitwerken van de (tijdelijke) herbestemming?

Antwoord ontvangen op 11 augustus 2022 :

Hieronder vindt u de elementen van het antwoord die door de Regie der Gebouwen werden meegedeeld.

1) De intentie om de gevangenis van Sint-Gillis en de gevangenis van Vorst te sluiten is niet veranderd.

De vleugels A, B en C van de gevangenis van Sint-Gillis worden operationeel gehouden tot in 2025 door de overbevolking in de gevangenissen.

De federale overheidsdienst (FOD) Justitie organiseert de verhuis van de gevangenissen van Vorst en van Sint-Gillis volgens een bepaalde planning die van start moet gaan op 1 oktober 2022.

2, 3), 4), 5) & 6) Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is momenteel onze bevoorrechte partner bij de verkoop van de gevangenissen van Vorst en Sint-Gillis.

Volgens het laatste Meerjarenplan van de Regie der Gebouwen, is de verkoop van de gevangenis van Vorst gepland in 2023 en de verkoop van de gevangenis van Sint-Gillis in 2025.

De Regie der Gebouwen wenst de leegstand van de twee sites tussen de verhuis georganiseerd door de FOD Justitie en de verkoop van de gebouwen aan het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zo veel mogelijk te beperken.

De herbestemming van de site dient bepaald te worden door de aankoper.