Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 7-1079

van Peter Van Rompuy (CD&V) d.d. 2 maart 2021

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën, belast met de Coördinatie van de fraudebestrijding

Covid-19 - Impact - Buitenlandse werknemers in België - Belgen die in het buitenland werken - Personenbelastingen - Bijdrage aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid - Betaling - Verplichtingen - Noodzakelijke aanpassingen

epidemie
migrerende werknemer
Belgen in het buitenland
inkomstenbelasting
belasting van natuurlijke personen
sociale bijdrage
Rijksdienst voor Sociale Zekerheid
fiscaliteit

Chronologie

2/3/2021Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 1/4/2021)
24/3/2021Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 7-1078

Vraag nr. 7-1079 d.d. 2 maart 2021 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Motivering van het transversale karakter van de schriftelijke vraag: het beleidsdomein werk is een gedeelde bevoegdheid.

Eén van de maatregelen ter bestrijding van Covid-19 is de verplichting om thuis te werken. Gezien het internationale imago van ons land werken er in België veel verschillende nationaliteiten. Vaak zal men er nu voor kiezen om de werkzaamheden vanuit het thuisland op te volgen. Het omgekeerde waarbij Belgen die in het buitenland werken nu vanuit België (digitaal) actief zijn, is ook een feit. De kans is daarenboven groot dat men ook in de toekomst op dezelfde manier verder werkt.

Daarom volgende vragen:

1) a) Wat zijn de verplichtingen inzake het betalen van personenbelastingen en bijdragen aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid (RSZ) voor buitenlandse werknemers in België?

b) Wat is de impact op de verplichtingen wanneer die buitenlandse werknemers op een structurele(re) basis vanuit het thuisland werken?

2) a) Wat zijn de verplichtingen betreffende het betalen van personenbelastingen en bijdragen aan RSZ voor Belgen die in het buitenland werken?

b) Wat is de impact op de verplichtingen wanneer die Belgen op een structurele(re) basis vanuit het thuisland werken?

3) Bent u zich bewust van deze wijzigende tendens naar aanleiding van Covid-19?

4) Is hierdoor een aanpassing inzake het betalen van personenbelastingen en bijdragen aan RSZ voor buitenlandse werknemers noodzakelijk volgens u? Waarom wel? Waarom niet?

Antwoord ontvangen op 24 maart 2021 :

Een niet-rijksinwoner van wie de tijdens het belastbaar tijdperk in België behaalde of verkregen inkomsten volgens het Belgische intern recht belastbaar en regulariseerbaar zijn, is gehouden een aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) in te dienen, waarin hij dat inkomen of deze inkomsten vermeldt.

Wat de bezoldigingen van werknemers betreft, gaat het in principe om bezoldigingen die rechtstreeks of onrechtstreeks ten laste zijn van een rijksinwoner, van een Belgische publiekrechtelijke instelling of van een vennootschap of enig ander lichaam dat in België is gevestigd of van een Belgische inrichting van een niet-inwoner. De bezoldigingen die ten laste zijn van een niet-inwoner uit hoofde van een in België uitgeoefende werkzaamheid door een verkrijger die er voor die werkzaamheid tijdens enig tijdperk van twaalf maanden gedurende meer dan 183 dagen heeft verbleven maken in België belastbare en regulariseerbare inkomsten uit.

De belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) is echter niet verschuldigd op de inkomsten die in België zijn vrijgesteld op basis van een overeenkomst ter voorkoming van dubbele belasting.

Een Belgisch rijksinwoner is aan de personenbelasting onderworpen op grond van al zijn in het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 als belastbaar vermelde inkomsten, zelfs indien sommige daarvan in het buitenland zijn behaald of verkregen.

Hij moet dus zijn belastbare bezoldigingen, ook de bezoldigingen van buitenlandse oorsprong, aangeven in de aangifte in de personenbelasting.

Indien het inkomen dat hij heeft verworven ingevolge zijn prestaties in het buitenland op basis van de van toepassing zijnde overeenkomst ter voorkoming van dubbele belasting belastbaar is in dat werkland, dan kan hij voor dit inkomen een vrijstelling van inkomstenbelasting vragen in zijn aangifte in de personenbelasting.

Bij de berekening van de personenbelasting worden die vrijgestelde inkomsten bij de in België belastbare inkomsten geteld om zo de aanslagvoet te bepalen die op de in België belastbare inkomsten toepasselijk is (vrijstelling met progressievoorbehoud).

Wanneer er geen overeenkomst ter voorkoming van dubbele belasting van toepassing is, kan de belastingplichtige een belastingvermindering vragen tot de helft van het deel van de belasting dat evenredig betrekking heeft op de inkomsten van buitenlandse oorsprong (land zonder verdrag). Wat de beroepsinkomsten betreft, moet het gaan over inkomsten die in het buitenland zijn behaald en belast.

Voormelde wettelijke bepalingen en daaruit voortvloeiende verplichtingen gelden ongeacht de Covid-19-pandemie.

Wat betreft uw vragen met betrekking tot de sociale zekerheid, verwijs ik u naar de ter zake bevoegde vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid.