Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-676

van François Desquesnes (cdH) d.d. 18 juni 2015

aan de minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie

Zaad - Besmetting met genetisch gemodificeerde organismen (GGO) - Recent geval in Frankrijk - Eventuele invoer in België - Controle van het zaad

zaad
genetisch gemodificeerd organisme
verontreiniging
Frankrijk

Chronologie

18/6/2015Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 23/7/2015)
13/7/2015Antwoord

Vraag nr. 6-676 d.d. 18 juni 2015 : (Vraag gesteld in het Frans)

De controle van de zaadloten is een federale bevoegdheid. Tussen de federale overheid (de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu) en de Gewesten is een protocol gesloten voor de concrete uitvoering van die controles op het terrein. Als gevolg van dat protocol van 27 november 2014 betreffende de controle en de analyse van zaad en ander vermeerderingsmateriaal met het oog op het opsporen van de aanwezigheid van genetisch gemodificeerde organismen, verlenen de Gewesten hulp bij de controle van de loten.

In Frankrijk is op 8 juni aan het licht gekomen dat er in zaadloten genetisch gemodificeerde organismen (GGO's) aanwezig waren die niet toegestaan zijn voor de landbouw in de Europese Unie (EU). De direction générale de la Concurrence, de la Consommation et de la Répression des fraudes (DGCCRF) heeft zesentachtig zaadloten gecontroleerd op besmetting met GGO's, en vijf loten waren effectief besmet.

De DGCCRF preciseert dat van die zesentachtig loten er achtenzeventig geproduceerd waren in Frankrijk en vijf loten afkomstig waren uit landen die als doelgroep worden bestempeld (Noord- en Zuid-Amerika, Oost-Europa) ofwel omdat de teelt van GGO-variëteiten er toegestaan is, ofwel omdat bij vorige controles besmettingen werden vastgesteld. Twee van de gewraakte loten komen uit maïszaadloten die op de markt gebracht worden door een bedrijf dat ook GGO-zaadloten verpakt die bestemd zijn voor Spanje; twee maïszaadloten die uit Spanje werden ingevoerd met bestemming voor de Franse markt en één zaadlot van klassiek koolzaad.

De geïdentificeerde loten zijn uit de handel genomen en in de gevallen dat de zaden gezaaid waren, zijn de percelen vernietigd in samenwerking met de diensten van het ministerie van Landbouw. De zaadfabrikant heeft de benadeelde landbouwers vergoed.

Ik heb volgende vragen:

1) Bent u door de Franse overheid op de hoogte gebracht van deze besmettingen?

2) Zijn er gewraakte zaadloten België binnengekomen? Zo ja, welke maatregelen zijn getroffen?

3) Zijn er gelijkaardige analyses uitgevoerd op de ingevoerde zaden? Wat zijn daarvan de resultaten?

Antwoord ontvangen op 13 juli 2015 :

1) Het jaarlijks onderzoeksrapport van het directoraat-generaal Concurrentie, Consumentenzaken en Fraudebestrijding (DGCCRF) in Frankrijk, dat op 8 juni 2015 werd gepubliceerd, maakt inderdaad gewag van vijf partijen zaaizaden die gecontamineerd zijn door een onvoorziene aanwezigheid van minstens 0,1 % genetisch gemodificeerde organisment (GGO), en dit op in totaal zesentachtig analyses. Momenteel is er voor dergelijke besmettingen geen tolerantiedrempel vastgelegd in de Europese wetgeving. Frankrijk heeft deze gevallen niet aan België gemeld.

2) Volgens het rapport van het DGCCRF waren de vijf betrokken partijen bestemd voor de Franse of Spaanse markt, wat verklaart waarom deze gevallen niet aan België werden gemeld.

3) Er werden vroeger gelijkaardige analyses gerealiseerd door de Gewesten, die bevoegd zijn voor de kwaliteit van de zaaizaden, vooral gericht op de zaaizaden geïmporteerd uit derde landen die GGO’s produceren. Daarbij werd de aandacht gevestigd op enkele geïsoleerde gevallen van de aanwezigheid van sporen van GGO’s die niet toegelaten zijn voor teelt in de Europese Unie. De Gewesten hebben vervolgens deze controles stopgezet en het federale niveau gevraagd ter zake tussen te komen, omdat het op de markt brengen van GGO’s een federale bevoegdheid is. Eind 2014 werd er dus een protocol ontwikkeld en ondertekend tussen de federale overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu en de Gewesten teneinde een uniform en doeltreffend controlebeleid toe te passen met betrekking tot de aanwezigheid van GGO’s in zaaizaden en ander voortplantingsmateriaal dat in België op de markt wordt gebracht. Dat protocol voorziet in een jaarlijks overlegd controleplan dat momenteel wordt uitgewerkt en dat analyses moet plannen in functie van de potentiële risico’s. Dit controleplan vergt overleg tussen het federale niveau en de Gewesten zowel over de inhoud als over de toepassing ervan teneinde zo veel mogelijk het principe van het uniek loket te respecteren. Het controleplan 2016 zal, zoals in het protocol is bepaald, uiterlijk op 30 november 2015 beschikbaar zijn.

Momenteel is het risico in België relatief laag om loten van zaaizaden te hebben die GGO’s bevatten die niet toegelaten zijn voor teelt, omdat de invoer van zaaizaden bijna uitsluitend afkomstig is van andere landen van de Europese Unie, die onderworpen zijn aan de verplichting om zaaizaden te certificeren.