Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-424

van Lode Vereeck (Open Vld) d.d. 28 januari 2015

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel

Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (SWT) - Hervorming - Werknemers Ford Genk - Uitstapregeling

vervroegd pensioen
oudere werknemer
industriële herstructurering
automobielindustrie

Chronologie

28/1/2015Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 26/2/2015)
19/6/2015Rappel
12/8/2015Antwoord

Vraag nr. 6-424 d.d. 28 januari 2015 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het federaal regeerakkoord van 9 oktober 2014 stelt dat "bijkomende maatregelen worden genomen om het verlaten van de arbeidsmarkt te vertragen". Zo wordt van 1 januari 2015 af de leeftijdsvoorwaarde voor alle nieuwe algemene cao's betreffende SWT en cao 17 verhoogd van 60 naar 62 jaar voor de nieuwe instromers. "Werknemers die reeds in opzeg geplaatst zijn uiterlijk op datum van (31/10/2014) kunnen nog een beroep doen op de huidige voorwaarden, aldus het regeerakkoord.

Op 31 december 2014 werden de drie koninklijke besluiten tot hervorming van de werkloosheid, het SWT, het tijdskrediet en de landingsbanen gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Hiermee heeft de regering-Michel uitvoering gegeven aan een eerste reeks arbeidsmarkthervormingen.

De hervorming van het SWT-stelsel heeft een enorme impact en gevolgen voor de ex-werknemers van Ford Genk die per 1 januari 2015 werden ontslagen. In het sociaal plan dat met de werknemers van Ford Genk werd gesloten, werd onder meer het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag opgenomen, overeenkomstig de toen geldende regeling. Werknemers die de leeftijd van 58 jaar hadden bereikt, een loopbaan van minimum 38 jaar hadden en voor het SWT kozen, dienden niet langer beschikbaar te zijn voor de arbeidsmarkt. Op grond van de hervormde SWT-regeling, die ook op de ontslagen Ford-werknemers van toepassing blijkt te zijn indien ze na 31 december 2014 werden ontslagen, dient die werknemers wel voor de arbeidsmarkt beschikbaar te blijven en dit tot de leeftijd van 65 jaar.

Ford-werknemers die na 31 december 2014 werden ontslagen, moeten zich verplicht inschrijven als werkzoekenden en moeten actief op zoek gaan naar werk. Enkel de Ford-werknemers die zijn ontslagen vóór 1 januari 2015 en die uiterlijk aan het einde van de opzeggingstermijn of aan het einde van de periode die wordt gedekt door de beëindigingsvergoeding, 58 jaar zijn of 38 jaar beroepsverleden aantonen, zullen nog worden vrijgesteld van de verplichting om beschikbaar te blijven op de arbeidsmarkt. Dit staat in tegenstelling tot wat oorspronkelijk was overeengekomen met de Ford-werknemers.

Vermits de leeftijdsgrens tot wanneer werkzoekenden in een SWT-stelsel beschikbaar dienen te blijven voor de arbeidsmarkt, van belang is voor het activerings- en controlebeleid van de regionale overheden, heeft onderhavig onderwerp een duidelijk transversaal karakter.

1. De minister verklaarde op 11 december laatstleden dat hij zich bewust was van onderhavig probleem en beloofde om de daaropvolgende dagen overleg te plegen met de RVA en de regionale ministers van Werk, teneinde de nodige aanpassingen voor de Ford-werknemers te onderzoeken en door te voeren.

Heeft het overleg met de RVA en met de regionale ministers van Werk effectief plaatsgevonden?

Zo ja, wanneer vond dit overleg plaats en wat zijn de uitkomsten van dit overleg? Werd er voor de Ford-werknemers een uitzondering op het hervormde SWT-stelsel onderhandeld en goedgekeurd? Graag meer toelichting.

Zo nee, waarom heeft er geen onderhoud plaatsgevonden en welke inspanningen tot overleg zullen er desgevallend nog ondernomen worden? Is de minister bereid om alsnog de toepassing van de oude SWT-regeling voor de Ford-werknemers te onderzoeken?

2. Kan de minister de geldende SWT-regeling voor de Ford-werknemers toelichten en verduidelijken?

3. Hoe rijmt de minister het feit dat de Ford-werknemers die de leeftijd van 58 jaar bereikt hebben, een loopbaan van 38 jaar hebben, per 1 januari 2015 werden ontslagen en waarvoor een sociaal plan werd gesloten vóór de hervorming van het SWT-stelsel, thans toch onder het hervormde SWT-stelsel blijken te vallen en bijgevolg tot 65 jaar voor de arbeidsmarkt beschikbaar dienen te blijven?

Geldt die beschikbaarheid tot 65 jaar ook voor werknemers die op 62 jaar een 45-jarige loopbaan hebben, d.w.z. personen die zijn beginnen werken toen ze zeventien jaar oud waren?

4. Op welke manier zal de RVA de beschikbaarheidsvereiste concreet toepassen? Wordt hierover overleg gepleegd met de regionale diensten voor arbeidsbemiddeling in België, namelijk VDAB, Actiris, Forem en ADG? Graag kreeg ik meer toelichting ter zake.

Antwoord ontvangen op 12 augustus 2015 :

In antwoord op zijn vraag, kan ik het geachte lid het volgende meedelen :

Ik heb inderdaad ruim overleg gepleegd met zowel de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA) als met de regionale ministers van werk over de aanpassingen van SWT.

Tijdens deze overlegmomenten werd steeds uitgegaan van het regeerakkoord en van het antwoord van de regering op het voorstel van de Groep van 10.

Voor wat de beschikbaarheid betreft voor personen met SWT, geldt het volgende :

– iedereen die in SWT is gegaan vóór 1 januari 2015 moet niet actief of passief beschikbaar zijn ;

– alle personen ontslagen (dus in kennis gesteld van het ontslag) op uiterlijk 31 december 2014 moeten niet actief of passief beschikbaar zijn ;

– alle personen die ontslagen zijn in het kader van een herstructurering aangekondigd voor 9 oktober 2014 blijven vallen onder de oude regels inzake beschikbaarheid ;

– alle personen die genieten van een medisch SWT worden vrijgesteld van beschikbaarheid ;

– voor oudere werklozen die op 31 december 2014 genoten van een maxivrijstelling, behouden deze vrijstelling van beschikbaarheid.

Door deze bepalingen is een concreet antwoord gegeven op de vraag van vele SWTers en oudere werklozen (onder andere uit de herstructureringen niet alleen van Ford Genk, maar ook van Arcelor en Delhaize) om te voorzien in een langere overgangsfase en de nieuwe beschikbaarheidsregels op hen niet toe te passen.

Het betreffende koninklijk besluit werd gepubliceerd op 11 juni 2015.

Ook voor de nieuwe instroom van SWTers en oudere werklozen is voorzien in overgangsmaatregelen waarbij de beschikbaardheidsleeftijd werd gespecifieerd en waarbij personen met lange loopbanen zijn vrijgesteld van die beschikbaarheid. Dit geldt zowel voor het algemeen stelsel, voor de specifiek stelsel van nacht, zwaar beroep, lange loopbanen als bouw evenals voor ondernemingen in moeilijkheden en oudere werklozen.

Dit koninklijk besluit is gepubliceerd op 3 juli 2015.

Algemeen kan ik stellen dat – conform het regeerakkoord en het antwoord van de regering op het akkoord van de Groep van 10 – geen enkele SWTer actief beschikbaar moet zijn.

De ex-Ford-werknemers die ontslagen werden vóór 9 oktober 2014 vallen onder de oude regels: met name geen beschikbaarheid, en slechts in bepaalde gevallen (bijvoorbeeld geen achtendertig jaar beroepsverleden) enkel passieve beschikbaarheid.

Voor de nieuwe intreders in het stelsel van SWT is ook geen actieve beschikbaarheid voorzien, maar een « aangepaste » beschikbaarheid: de betrokken SWTer zal moeten ingaan op een aangeboden traject en op passende jobaanbiedingen, maar zal zelf niet actief op zoek moeten gaan naar een job.

Deze « aangepaste » beschikbaarheid is van toepassing voor zover de betrokken nieuwe SWTer niet in aanmerking komt voor de vrijstelling als oudere werkloze of op basis van een lange loopbaan.

Ook dit koninklijk besluit werd gepubliceerd op 3 juli 2015.

Wat betreft de toepassing van het concept beschikbaarheid en aangepaste beschikbaarheid, heb ik als minister van Werk overleg gepleegd met mijn regionale collega’s van Werk, in functie van een dynamische en gepersonaliseerde begeleiding van SWTers en oudere werklozen door de gewestelijke diensten voor arbeidsbemiddeling en in uitvoering van het federale normatieve kader.