Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 6-1397

van Guy D'haeseleer (Vlaams Belang) d.d. 24 april 2017

aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

Federale overheidsdiensten - Gehandicapten - Tewerkstelling

ministerie
overheidsadministratie
overheidsapparaat
integratie van gehandicapten
gehandicapte
werknemer met een beperking
officiële statistiek

Chronologie

24/4/2017Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 25/5/2017)
25/9/2017Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1391
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1392
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1393
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1394
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1395
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1396
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1398
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1399
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1400
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1401
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1402
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1403
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1404
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1405
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1406
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1407
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1408

Vraag nr. 6-1397 d.d. 24 april 2017 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De beleidsdomeinen welzijn, volksgezondheid en gezin zijn Vlaamse gemeenschapsbevoegdheden ; daarin kadert ook het beleid ten aanzien van gehandicapten. Dit betreft dus een transversale aangelegenheid.

Reeds jaren wordt er aandacht gevraagd voor de tewerkstelling van gehandicapten, zowel in de openbare sector als in de privésector. Een aangepaste tewerkstelling is immers de beste garantie op integratie in de maatschappij van deze zeer kwetsbare groep. Er werden ook al vele initiatieven aangekondigd om het aantal gehandicapten dat wordt tewerkgesteld in de openbare diensten te verhogen. De resultaten blijven echter steevast uit.

1) Hoeveel personen met een handicap waren er in 2014, 2015 en 2016 werkzaam op uw departement, opgesplitst per taalrol ?

2) Wat is hun aandeel in de totale tewerkstelling, opgesplitst per overheidsdienst ?

3) Welke inspanningen werden er geleverd om hun aantal op te trekken ?

Antwoord ontvangen op 25 september 2017 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

A. Wat de federale overheidsdienst (FOD) Sociale Zekerheid betreft

1) Aantal personen met een handicap in 2014, 2015 en 2016 bij de FOD Sociale Zekerheid :

Jaar

NL

FR

2014

5

7

2015

5

6

2016

5

6

Tot op heden is er geen wettelijk kader waardoor het mogelijk is om personen met een handicap te registreren zonder hun medeweten en goedkeuring.

De FOD Sociale Zekerheid beschikt enkel over cijfers van de personen die tewerkgesteld zijn ter uitvoering van het koninklijk besluit van 11 augustus 1972 ter bevordering van de tewerkstelling van mindervaliden in de rijksbesturen en over de cijfers naar aanleiding van de enquête in 2009 van de Begeleidingscommissie voor de aanwerving van personen met een handicap in het federaal openbaar ambt (BCAPH) die op deze wijze de tewerkstellingsgraad van personen met een handicap bij de federale overheid voor de eerste maal wou evalueren.

Gezien de enquête vrijblijvend was en sommige arbeidshandicaps niet in het koninklijk besluit van 5 maart 2007 tot organisatie van de werving van personen met een handicap in sommige federale overheidsdiensten zijn opgenomen, valt evenwel op te merken dat er bij de FOD Sociale Zekerheid een aantal personen met een handicap werken die niet geregistreerd werden en / of niet wensen geregistreerd te worden als personen met een handicap.

2)

Jaar

% van totaal personeelsbestand

2014

1,04

2015

0,99

2016

1,13

3) Enkele jaren geleden werd een project opgestart met als doel de bestaande P&O-processen te analyseren met het oog op het aantrekken en integreren van personen met een handicap binnen de FOD Sociale Zekerheid organisatie. Hierbij werd de focus gelegd worden op werving en selectie, de integratie en onthaal van personen met een handicap en de creatie van een organisatiecultuur die open staat voor personen met een handicap.

Dankzij deze analyse en de formulering van concrete actiepunten ter optimalisatie van de bestaande processen, wordt de tewerkstelling en de integratie van personen met een handicap binnen onze organisatie bevordert.

B. Voor wat de openbare instellingen van sociale zekerheid betreft

I. Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen

1) Het personeelsbestand van de Controledienst telde in 2014, 2015 en 2016, het volgende aantal personen met een handicap :

2014 : 0 ;

– 2015 : 1 persoon van de Nederlandse taalrol ;

– 2016 : 1 persoon van de Nederlandse taalrol.

2) Het aandeel van de personen met een handicap in de totale tewerkstelling is de volgende :

in 2014 : 0 % ;

– in 2015 : 2,43 % ;

in 2016 : 2,17 %.

3) Voor elke aanwerving worden de bijzondere lijsten van personen met een handicap die laureaat zijn en die beantwoorden aan het gezochte profiel, opgesteld door Selor voor iedere vergelijkende aanwervingsselectie, door de Controledienst systematisch en bij voorrang geraadpleegd.

II. Federaal Agentschap voor de kinderbijslag

1) In 2014 en 2015 waren er 11 personen met een handicap tewerkgesteld bij het Agentschap : 6 Franstalige medewerkers en 5 Nederlandstalige.

In 2016 waren er 10 personen met een handicap tewerkgesteld : 5 Franstaligen en 5 Nederlandstaligen.

Het gaat om medewerkers met een handicap die dit op vrijwillige basis aan de personeelsdienst gesignaleerd hebben. De personeelsleden zijn namelijk niet verplicht om hun handicap te melden. Er bestaan dan ook geen exacte cijfers over het aantal personeelsleden met een handicap die bij FAMIFED werken.

2) In 2014 bedroeg het aantal personeelsleden met een handicap 1,08 % van het totale personeelsbestand, in 2015 bedroeg dit 1,14 % en in 2016 was dit nog 0,93 %.

De regionalisering van de kinderbijslag, als gevolg van de zesde Staatshervorming, waardoor het Agentschap uiterlijk op 1 januari 2020 ophoudt te bestaan, is voor meer en meer medewerkers (ook medewerkers met een handicap) een reden om FAMIFED te verlaten. Dit is één van de reden voor het dalend aandeel personen met een handicap in het totale personeelsbestand.

3) FAMIFED heeft verscheidene initiatieven genomen om dat aandeel te verhogen en de reglementaire norm van 3 % van het personeelsbestand te benaderen :

– raadpleging van verschillende specifieke reserves van kandidaten met een handicap ;

– de selectiegesprekken worden voorgezeten door gecertificeerde medewerkers van het Agentschap. In het certificeringstraject wordt in een module « diversiteit » voorzien die onder andere de kwestie behandelt van de handicap en de bijzondere en gepaste aandacht die aan kandidaten met een handicap moet worden besteed ;

– tijdens de selectietesten die afgenomen worden van kandidaten met een visuele handicap wordt, in samenwerking met de Brailleliga, aangepast materieel (bijvoorbeeld aangepast scherm, …) ter beschikking gesteld ;

– tijdens de gesprekken die afgenomen worden van kandidaten met een audiovisuele handicap wordt een doventolk ingeschakeld ;

– alle gebouwen van het Agentschap zijn toegankelijk voor personen met een handicap. Zo beschikt het Agentschap over aangepaste toegangen voor personen in een rolstoel, over aangepaste toiletten, ...

III. Federaal agentschap voor beroepsrisico’s (Fedris)

Op 1 januari 2017 fusioneerden het Fonds voor de beroepsziekten (FBZ) en het Fonds voor arbeidsongevallen (FAO). Beide instellingen werden Fedris, het Federaal agentschap voor beroepsrisico’s. Fedris neemt alle opdrachten over van het FBZ en van het FAO.

a) Voor het Fonds voor de beroepsziekten (FBZ)

1)

– 2014 : 3 (2F-1N) ;

– 2015 : 2 (2F) ;

– 2016 : 2 (2F).

2)

– 2014 : 1,10 % ;

– 2015 : 0,77 % ;

– 2016 : 0,78 %.

b) Voor het Fonds voor arbeidsongevallen (FAO)

1)

– 2014 : 4 (3N-1F) ;

– 2015 : 3 (1N-1F) ;

– 2016 : 4 (3N-1F).

2)

– 2014 : 1,74 % ;

– 2015 : 1,31 % ;

– 2016 : 1,91 %.

3) Voor het Federaal agentschap voor beroepsrisico’s (Fedris)

De wervingsreserves specifiek voor gehandicapte personen worden systematisch geraadpleegd, maar het aantal aanwezige kandidaten in deze reserves is zeer beperkt. Het is zeer moeilijk om een kandidaat te vinden met het gezochte profiel.

Om dit tekort te verhelpen – op het moment dat we een selectie organiseren voor onze instelling – maken we steeds een opmerking ter attentie van de gehandicapte personen die wensen voor een vacante job te solliciteren, om hen te signaleren dat ze redelijke aanpassingen kunnen aanvragen om de wervingstesten mee te doen.

Fedris is zeer bezorgd voor de inrichting van haar lokalen, zodat deze toegankelijk zijn voor personen met een beperkte mobiliteit.

IV. Hulp- en Voorzorgskas voor zeevarenden

1) In 2014, 2015 en 2016 werden er geen personen met een handicap tewerkgesteld bij de HVKZ.

2) Hun aandeel bij de HVKZ is 0 %.

3) De HVKZ is een kleine OISZ met een twintig personeelsleden. Indien er een arbeidsplaats vacant wordt zal de HVKZ nagaan of er bij Selor geschikte kandidaten met een handicap beschikbaar zijn.

V. Hulpkas voor ziekte- en invaliditeitsverzekering

1)

Aantal medewerkers met een handicap

NL

F

2014

2

1

2015

3

1

2016

3

1

2)

% VTE

NL

F

2014

0,69

0,34

2015

1,06

0,35

2016

1,08

0,36

3) Bij het openstellen van betrekkingen en het opstarten van selectieprocedures wordt ervoor gezorgd dat de beschrijving duidelijk maakt dat ook personen met een handicap kunnen solliciteren. Wanneer deze medewerkers specifieke noden hebben, wordt alles in het werk gesteld om hieraan tegemoet te komen (bijvoorbeeld sirene bij brand wordt in het bureau van de slechthorende versterkt door een lichtsignaal).

VI. Kruispuntbank van de sociale zekerheid & eHealth-platform

a) Aantal personen met een handicap werkzaam bij de KSZ


NL

FR

2014

0

1

2015

0

1

2016

0

1

Aandeel in de totale tewerkstelling van de KSZ

2014

3,42 %

2015

3,34 %

2016

3,54 %

Aantal personen met een handicap werkzaam bij het EHP


NL

FR

2014

0

0

2015

0

0

2016

0

0

Aandeel in de totale tewerkstelling van het EHP

2014

0 %

2015

0 %

2016

0 %

Momenteel voldoet de KSZ aan de op haar van toepassing zijnde regelgeving over de aanwerving van personen met een handicap. Niettemin zal zij, voor haar toekomstige aanwervingen, van zodra de 3 %-norm van het personeelsbestand resulteert in een bijkomende eenheid en in de betrekkingen die dit toelaten, voorrang geven aan de op dat ogenblik in de databank van Selor beschikbare wervingsreserves van personen met een handicap.

Het EHP streeft ernaar om de toepasselijke regelgeving strikt na te leven maar beschikt op dit ogenblik niet over statutaire en contractuele personeelsleden. Niettemin zal ook het EHP voor de toekomstige aanwervingen, van zodra de 3 %-norm van het personeelsbestand resulteert in ten minste één eenheid en in de betrekkingen die dit toelaten, voorrang geven aan de op dat ogenblik in de databank van Selor beschikbare wervingsreserves van personen met een handicap.

VII. Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering

1)

Jaar

Aantal Franstalig

Aantal Nederlanstalig

2014

11

13

2015

9

11

2016

8

11

2)

Jaar

Aandeel

2014

2,02 %

2015

1,77 %

2016

1,69 %

3) De huidige bestuursovereenkomst (2016/2018) van het RIZIV bepaalt in artikel 61 dat « de OISZ een inclusief diversiteitsbeleid moeten voeren om ervoor te zorgen dat de maatschappij in hun personeel wordt vertegenwoordigd », onder andere, « door positieve acties door te voeren voor gehandicapte personen door ervoor te zorgen dat ze toegang tot de gebouwen hebben, door de werkposten aan te passen en door de specifieke lijst van de aparte wervingsreserve van Selor te raadplegen. »

Daartoe verbinden de OISZ zich meer bepaald « tot het voortzetten van de al eerder ondernomen acties om te streven naar een tewerkstellingsgraad van 3 % personen die erkend zijn als personen met een handicap, door het systematisch raadplegen van de specifieke lijst van de aparte wervingsreserve van Selor. Daarbij kan ook rekening gehouden worden met de overheidsopdrachten die aan instellingen worden gegund die met gehandicapte personen werken.

Het College verbindt zich ook tot het deelnemen aan de werkgroepen die door de federale stuurgroep inzake diversiteit werden opgericht.

De OISZ verbinden zich ten slotte tot het deelnemen aan de sensibiliseringsacties in het kader van de Federale Dag van de diversiteit. »

Het RIZIV heeft op dit artikel 61 niet gewacht om zijn deuren voor gehandicapten te openen : de HR-directie die verantwoordelijk is voor de wervingen, consulteert al jaren systematisch de specifieke reserves van gehandicapte laureaten : er moet echter op worden gewezen dat deze reserves aan de behoeften van de ganse overheid niet kunnen voldoen en dat weinig gehandicapte laureaten opteren om bij het RIZIV in dienst te treden, misschien wegens de geografische locatie van het RIZIV en de moeilijkheid voor sommigen om de gebouwen van het RIZIV met het openbaar vervoer te bereiken.

VIII. Rijksdienst voor sociale zekerheid

1)


2014

2015

2016

NL

6

6

6

FR

4

4

4

Total

10

10

10

Situatie op 31 december 2016.

Te noteren : een gehandicapt persoon is niet verplicht zich als dusdanig aan te geven. Vandaar dat de Rijksdienst voor sociale zekerheid niet het reële aantal gehandicapten dat wordt tewerkgesteld kent.

2)


2014

2015

2016

Personen met een handicap

10

10

10

Totaal

1 396

1 350

1 329

%

0,72 %

0,74 %

0,75 %

Situatie op 31 december 2016.

3) Bij elke rekrutering nodigt de Rijksdienst voor sociale zekerheid automatisch zowel de kandidaten van de algemene lijst (die alle laureaten bevat) uit als deze van de specifieke lijst (uitsluitend laureaten met een handicap) met de wettelijke verplichting prioriteit te geven aan de kandidaten opgenomen in deze specifieke lijst. Rekening houdend met de budgettaire beperkingen blijven de rekruteringsacties bij RSZ beperkt en zal RSZ de bedoelde doelstelling van 3 % niet behalen in de komende jaren.

C. Wat de FOD volksgezondheid betreft

1)


2014

2015

2016

NL

11

10

8

FR

11

11

11

Totaal

22

21

19

2)

2014

2015

2016

2,18 %

2,28 %

2,30 %

De reden dat het percentage min of meer stabiel blijft ondanks het feit dat het aantal personen met een handicap is verminderd is te wijten aan :

– een daling van het totaal aantal FTE binnen de FOD VVVL ;

– het feit dat de personen die de FOD VVVL verlaten hebben niet voltijds werkten ;

3) Hieronder vindt u een overzicht van de acties die de FOD VVVL voor deze thematiek voor de voormelde periode heeft ondernomen :

2014 :

- stage van studenten met autismespectrumstoornis bij de dienst absenteïsme ;

- abonnement bij wheelit voor de publicatie van vacatures ;

- tussenkomst in de aanpassing van de wagen voor een manager in een rolstoel ;

- actieve deelname aan het federale netwerk Diversiteit (werkgroep & dag van de diversiteit).

2015 :

- abonnement wheelit ;

- actieve deelname aan het federale netwerk Diversiteit (werkgroep & dag van de diversiteit).

2016 :

- deelname aan de Duoday ;

- studie met het oog op de geplande verhuis op vlak van de noodzakelijke aanpassingen voor personen met beperkte mobiliteit ;

- actieve deelname aan het federale netwerk Diversiteit (werkgroep & dag van de diversiteit).