Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9997

van Louis Ide (N-VA) d.d. 3 oktober 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Ziekenfondsen - Aanvullende verzekering - Verplichte aansluiting - Inkomsten en uitgaven

ziekteverzekering
zachte geneeskunde
moederschap
verplichte verzekering
gezondheidsstatistiek

Chronologie

3/10/2013Verzending vraag
11/2/2014Herkwalificatie
17/2/2014Antwoord

Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-4768

Vraag nr. 5-9997 d.d. 3 oktober 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Leden van de ziekenfondsen zijn sinds enige tijd ook verplicht zich aan te sluiten bij de aanvullende verzekering die de ziekenfondsen aanbieden. Via deze aanvullende verzekering bieden de ziekenfondsen allerhande bijkomende dekkingen aan aan hun leden.

Ik veronderstel dat sinds de inwerkingtreding van de verplichte aansluiting de premie-inkomsten voor de ziekenfondsen, en naar alle waarschijnlijkheid ook hun uitgaven, zijn toegenomen.

Gelet op het feit de aanvullende ziekteverzekering verplicht is en dus eigenlijk de facto onder de verplichte ziekteverzekering valt ga ik ervan uit dat de regering zicht heeft (eventueel via de dienst controle op de ziekenfondsen) op inkomsten en uitgaven.

Daarom had ik graag een antwoord gekregen op volgende vragen om zo een inzicht te krijgen in de geldstromen die circuleren binnen deze aanvullende verzekering:

1) Wat waren de premie-inkomsten in 2012 voor de aanvullende verzekering uitgesplitst per landsbond?

2) Wat waren de uitgaven van de landsbonden in het kader van de aanvullende verzekering in 2012 uitgesplitst per landsbond?

3) Hoeveel werd in 2012 in het kader van de aanvullende verzekering uitgegeven voor: homeopathie, chiropraxie en orthopedie, vakantieverblijven, niet-vergoedbare geneesmiddelen en diverse premies bij geboorten? Met andere woorden, waar gaan de uitgaven naartoe per categorie, globaal gesproken?

Antwoord ontvangen op 17 februari 2014 :

In bijlage 1 wordt per landsbond een overzicht gegeven van de bijdragen en de uitgaven inzake prestaties (exclusief de werkingskosten) van het boekjaar 2012 naast, ter vergelijking, de gegevens voor de boekjaren 2010 en 2011 die reeds eerder werden overgemaakt in antwoord op uw parlementaire vraag nr. 5-7938. Voor de boekjaren 2010 en 2011 wordt tevens een uitsplitsing gemaakt tussen, enerzijds, de diensten waarbij de leden verplicht dienden aan te sluiten en, anderzijds, de belangrijkste diensten waarbij de leden optioneel konden aansluiten (diensten dagvergoedingen bij arbeidsongeschiktheid langer dan 1 jaar en hospitalisatiediensten met facultatieve aansluiting). Vanaf het boekjaar 2012 is de aansluiting voor de leden verplicht voor alle diensten van de aanvullende verzekering ingevolge de wet van 26 april 2010 houdende diverse bepalingen inzake de organisatie van de aanvullende ziekteverzekering (I).

In bijlage 2 worden de uitgaven inzake prestaties (exclusief de werkingskosten) van het boekjaar 2012 naast de reeds overgemaakte gegevens van de boekjaren 2010 en 2011 uitgesplitst overeenkomstig de classificatiecodes voor de diensten van de aanvullende verzekering opgelegd door de Controledienst voor de ziekenfondsen. Deze tabel omvat voor wat betreft de boekjaren 2010 en 2011 zowel de verplichte diensten als de facultatieve diensten.



Bijlage 1 Overzicht van de bijdragen en de uitgaven inzake prestaties voor de boekjaren 2010, 2011 en 2012, uitgesplitst per landsbond (in duizend EUR)




Landsbond

Bijdragen







Prestaties









Boekjaar 2010



Boekjaar 2011

Boekjaar 2012 (*)

Boekjaar 2010



Boekjaar 2011



Boekjaar 2012 (*)



Verplichte diensten

Facultatieve diensten

Totaal

Verplichte diensten

Facultatieve diensten

Totaal


Verplichte diensten

Facultatieve diensten

Totaal

Verplichte diensten

Facultatieve diensten

Totaal


100

Landsbond der Christelijke Mutualiteiten

231 295,1

152 816,8

384 111,9

239 297,4

168 231,1

407 528,5

246 383,8

189 226,5

96 128,8

285 355,3

194 732,6

108 662,1

303 394,7

208 201,6

200

Landsbond van de Neutrale Ziekenfondsen

26 230,3

18 120,5

44 350,8

25 070,9

20 106,9

45 177,8

29 875,6

17 930,0

11 583,2

29 513,2

18 795,3

14 481,5

33 276,8

21 203,4

300

Nationaal Verbond van Socialistische Mutualiteiten

154 858,8

80 053,0

234 911,8

160 972,8

86 658,7

247 631,5

171 681,2

121 451,6

48 480,1

169 931,7

129 559,5

51 108,5

180 668,0

134 947,2

400

Landsbond van Liberale Mutualiteiten

29 884,2

11 326,2

41 210,4

31 162,6

12 470,9

43 633,5

31 578,5

20 618,6

6 892,9

27 511,5

20 899,5

9 237,9

30 137,4

21 991,3

500

Landsbond van de Onafhankelijke Ziekenfondsen

121 744,1

8 298,6

130 042,7

132 739,2

8 220,9

140 960,1

115 561,7

83 242,6

5 685,3

88 927,9

91 887,9

5 735,4

97 623,3

86 541,1


Totaal

564 012,5

270 615,1

834 627,6

589 242,9

295 688,5

884 931,4

595 080,7

432 469,3

168 770,3

601 239,6

455 874,8

189 225,4

645 100,2

472 884,6


Bijlage 2 bij het antwoord op de vraag om uitleg nr. 5-9997: detail van de uitgaven inzake prestaties per classificatiecode van de diensten van de aanvullende verzekering (in duizend EUR)

Code (*)

Benaming

Uitgaven inzake prestaties boekjaar 2010

Uitgaven inzake prestaties boekjaar 2011

Uitgaven inzake prestaties boekjaar 2012

01

Verzorging in het buitenland

25 341,5

25 353,6

27 015,4

02

Logopedie

4 602,4

4 527,5

5 209,8

03

Pedicure

5 251,6

5 620,3

5 593,9

04

Verzorgingsmateriaal

6 753,0

7 738,4

9 098,4

05

Orthodontie

24 908,4

29 403,9

20 962,6

06

Brillen en prothesen

17 278,3

18 955,6

25 956,9

07

Alternatieve geneeswijzen

14 896,0

15 958,7

16 609,4

09

Diverse medische verstrekkingen

38 239,6

48 000,0

56 948,6

Groep 0

Medische en paramedische verzorging

6 132,9

6 458,9

6 081,1

10

Dagvergoedingen langer dan 1 jaar

7 289,2

6 302,3

21,8

11

Dagvergoedingen met een duurtijd van maximum 1 jaar (andere dan deze beperkt tot 3 maanden)

86,4

29,2


12

Dagvergoedingen met een duurtijd van ten hoogste 3 maanden

858,5

505,1

187,5

200

Hospitalisatie: forfaitaire uitkering - facultatieve aansluiting

19 463,3

22 633,9


201

Hospitalisatie: variabele uitkering - facultatieve aansluiting

142 047,5

160 306,3


210

Hospitalisatie: forfaitaire uitkering - verplichte aansluiting

3 962,3

2 915,4

1 356,7

211

Hospitalisatie: variabele uitkering - verplichte aansluiting

17 038,9

19 995,9

21 946,2

23

Herstelkuren

8 941,2

8 832,8

8 363,5

24

Kortverblijf

3 954,8

4 243,0

4 644,6

25

Hospitalisatie - begeleidende personen

131,8

124,5

137,6

Groep 2

Intramurale verzorging

166,7

164,1

133,7

30

Verzorging aan huis (verpleging)

13 882,2

13 808,5

13 717,4

31

Gezins- en bejaardenhulp

8 567,0

8 264,5

8 691,1

32

Uitleendienst

5 602,1

6 219,1

5 733,4

33

Alarmsysteem

1 589,2

1 397,4

1 769,9

34

Woningadvies

91,1

88,9

815,2

Groep 3

Thuiszorg

448,0

425,8

527,0

40

Ziekenvervoer

36 548,5

37 480,7

39 779,7

41

Verplaatsingskosten

1 617,0

1 570,2

1 608,4

49

Diverse vervoerkosten

292,5

105,6

114,2

Groep 4

Vervoer en verplaatsingskosten

458,7

465,8

479,5

50

Geboorte - adoptie

39 920,0

39 329,0

37 964,9

52

Overlijden - weduwschap

1 413,1

417,3

258,6

59

Andere éénmalige uitkeringen

1 311,5

1 377,2

1 451,4

Groep 5

Eénmalige uitkeringen

2 350,5

2 268,9

2 112,5

60

Sociaal fonds

1 458,8

1 414,3

1 356,1

61

Vakantievergoeding voor invaliden

5 975,3

3 261,6

3 785,2

Groep 6

Diverse uitkeringen en tegemoetkomingen

208,2

215,4

0,4

70

Jeugd - individuele tegemoetkomingen en collectieve diensten

27 433,7

31 657,2

35 739,9

71

Zieken - individuele tegemoetkomingen en collectieve diensten

9 655,5

10 218,1

10 573,6

72

Gehandicapten – individuele tegemoetkomingen en collectieve tegemoetkomingen

769,0

759,4

790,6

73

Gepensioneerden – individuele tegemoetkomingen en collectieve tegemoetkomingen

2 635,7

2 633,2

3 045,0

74

Gezondheidsopvoeding – collectieve diensten

13 552,6

14 637,8

18 821,8

75

Slachtofferhulp

7,5

3,9

813,1

Groep 7

Welzijn

5 416,5

6 472,2

5 025,5

80

Rechtsbijstand

403,8

294,8

285,3

81

Periodieke informatie aan de leden

3 657,5

3 654,0

3 179,6

88

Sociale bijstand

91,8

94,8

169,6

89

Diverse thema-gerichte informatie

1 517,8

899,4

1 707,8

93

Patrimonium (uitgaven bestemd voor het beheer van de gebouwen van de mutualistische entiteit)

24 251,7

24 631,7

26 974,5

95

Niet uitgesplitste samenwerkingsakkoorden (uitgaven voor diverse diensten waarvoor een samenwerkingsakkoord met een derde is afgesloten waarbij deze uitgaven niet kunnen worden opgesplitst per classificatiecode)

42 768,5

42 964,1

35 325,7


Totaal

601 239,6

645 100,2

472 884,6

(*) De mutualistische entiteiten hebben de mogelijkheid om in hun jaarrekening de uitgaven inzake prestaties per groep van classificatiecodes in te boeken. Deze mogelijkheid bestaat echter niet voor de codes 01, 10, 11, 12, 200, 201, 210, 211, 39, 93 en 95.