Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9935

van Fabienne Winckel (PS) d.d. 25 september 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

De shisha-pen of kindersigaret - Hoge Gezondheidsraad - Door de minister geplande maatregelen

Hoge Gezondheidsraad
bewustmaking van de burgers
tabaksindustrie
tabak
nicotineverslaving
kind
commercialisering
speelgoedindustrie

Chronologie

25/9/2013Verzending vraag
5/12/2013Antwoord

Vraag nr. 5-9935 d.d. 25 september 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Het OIVO, het Onderzoeks- en Informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties, heeft de bevolking gewaarschuwd voor een nieuw product, de zogenaamde shisha-pen.

De shisha-pen is een elektronische namaaksigaret voor kinderen. Ze is beschikbaar in verschillende kleuren en met verschillende smaken. Een kind dat een shisha-pen gebruikt, inhaleert in feite gearomatiseerde waterdamp. Wanneer het inhaleert, gloeit het uiteinde van de pen, net zoals bij een echte sigaret. Door het gebruik van de shisha-pen worden kinderen dus vertrouwd met roken en worden ze uiteindelijk aangemoedigd om al zeer vroeg te beginnen met het roken van echte tabak.

Het OIVO vestigt de aandacht op het potentiële gevaar van deze sigaret voor kinderen. Ze is uiteraard minder schadelijk voor de gezondheid dan een normale sigaret omdat ze nicotine noch teer bevat. Ze bevat echter wel propyleenglycol, een product dat gebruikt wordt om een rookeffect te creëren en dat kankerverwekkend kan zijn.

Mevrouw de minister,

1) Werd aan de Hoge Gezondheidsraad een advies gevraagd over dit nieuwe product? Hoe luidde het verslag?

2) Kan worden overwogen om de verkoop van deze namaaksigaret te verbieden?

3) Als dat niet het geval is, denkt u dan dat het nodig is een harde informatiecampagne te organiseren in samenwerking met de Federatie Wallonië-Brussel om erop te wijzen dat het gebruik van dit product gezondheidsrisico's inhoudt en tot verslaving kan leiden bij kinderen?

Antwoord ontvangen op 5 december 2013 :

Er werd aan de HGR om een advies gevraagd over elektronische sigaretten en “shisha pennen”. De publicatie van het advies wordt tegen eind december verwacht. Het advies zou een antwoord moeten bieden op verschillende belangrijke vragen, met name over de toxiciteit, het vertrouwd raken met tabaksproducten en het mogelijke verslavende effect van die nieuwe producten.

Momenteel worden elektronische sigaretten in drie verschillende categorieën ingedeeld.

Producten die tabak of tabaksextracten bevatten, moeten voldoen aan de eisen die vastgelegd zijn in het koninklijk besluit van 13 augustus 1990 betreffende het fabriceren en het in de handel brengen van producten op basis van tabak en soortgelijke producten, alsook aan alle regels inzake tabaksproducten (reclameverbod, kennisgeving, …). In deze categorie is momenteel enkel de sigaret E-jin wettelijk op de markt te verkrijgen.

Producten die nicotine – een farmacologische werkzame stof – bevatten, zijn geneesmiddelen naar werking in de zin van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen. Die producten mogen pas verhandeld worden nadat men een toelating heeft gekregen om ze op de markt te brengen. Voor de procedure met het oog op de registratie als geneesmiddel moet men gegevens verschaffen die de kwaliteit, de veiligheid en de doeltreffendheid van die producten aantonen. Producten met aanduidingen in verband met rookstophulp worden beschouwd als geneesmiddelen naar presentatie en moeten aan dezelfde eisen voldoen. In de praktijk mag geen enkele E-sigaret van dat type in België verkocht worden want er werd geen enkele vergunning voor het in de handel brengen aangevraagd en dus toegekend.

Indien de elektronische sigaret andere stoffen dan tabak en nicotine bevat, is in de wet van 21 december 1998 betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid bepaald dat de producten die op de markt worden gebracht, zodanig ontworpen moeten zijn dat hun fabricage, voorziene gebruik en verwijdering de volksgezondheid niet aantasten. Onder deze voorwaarden mag dat soort product verkocht worden.

Bovendien is het gebruik van alle elektronische sigaretten (de drie types, zonder uitzonderingen) niet toegestaan in gesloten openbare plaatsen, en dus ook niet in bars en restaurants.

Op dit ogenblik is het grootste probleem dat illegale producten die nicotine bevatten, via verschillende kanalen verkocht worden. De verschillende inspectiediensten werken eraan om dit probleem in te perken. Er zijn momenteel weinig jongeren die deze producten consumeren, maar het is vanzelfsprekend dat als de gezondheid van de jongeren door het gebruik van die producten in gevaar zou komen, een dergelijke verbodsmaatregel genomen zou kunnen worden. Evenwel moeten op zijn minst de resultaten afgewacht worden van de besprekingen die daarover plaatsvinden op Europees niveau in het kader van de voorbereiding van een nieuwe richtlijn over tabaksproducten.

De diensten van de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid en het Geneesmiddelenagentschap communiceren regelmatig over de risico’s die gepaard gaan met het gebruik van dergelijke producten. Zodra de HGR haar rapport gepubliceerd heeft, zal het ook op grote schaal verspreid worden onder het publiek en de betrokken partijen. Het is aan de Federatie Wallonië-Brussel om de nodige informatiecampagnes op te zetten in het kader van haar bevoegdheden op het vlak van preventie.