Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9835

van Bart De Nijn (N-VA) d.d. 3 september 2013

aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister

Ingevoerde wagens uit landen van de Europese Unie - Inschrijvingsbewijs - Toekenning - Termijnen

registratie van een voertuig
invoer (EU)

Chronologie

3/9/2013Verzending vraag
13/11/2013Antwoord

Vraag nr. 5-9835 d.d. 3 september 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Graag had ik de geachte staatssecretaris volgende vragen gesteld omtrent de snelheid van het toekennen van een inschrijvingsbewijs aan ingevoerde wagens uit landen van de Europese Unie (EU). Berichten komen mij immers toe dat de termijnen waarbinnen inschrijvingsbewijzen toegekend worden buitensporig lang kunnen duren.

1) Wat is de gemiddelde na te streven termijn voor het toekennen van een inschrijvingsbewijs aan voertuigen die in België worden ingevoerd vanuit EU-landen? Wat vindt de geachte staatssecretaris van die na te streven inschrijvingstermijn met betrekking tot snelheid en efficiëntie? Kan hij cijfers geven waaruit blijkt dat de gemiddelde na te streven termijn (meestal) behaald wordt of net niet?

2) Wat veroorzaakt de lange wachttijd om de ingevoerde wagen te kunnen inschrijven? Zijn er criteria of factoren die ervoor zorgen dat de termijn langer of juist korter wordt?

3) Zal hij maatregelen nemen om de inschrijvingstermijn in te korten?

Antwoord ontvangen op 13 november 2013 :

1) De Directie Inschrijvingen en Homologaties Voertuigen heeft met betrekking tot de inschrijving van voertuigen twee duidelijk omschreven operationele doelstellingen: D+ 2 voor inschrijvingen die niet via internet (WebDIV) kunnen uitgevoerd worden en D + 5 voor inschrijvingen die perfect via de makelaar / verzekeraar met WebDIV kunnen uitgevoerd worden maar toch naar voormelde directie opgestuurd worden.

Uit de boordtabellen waarover de Federale Overheidsdienst (FOD) Mobiliteit en Vervoer beschikt blijkt dat over het algemeen deze doelstellingen gehaald worden. 

2) De problematiek van de inschrijving van ingevoerde voertuigen is me niet ontgaan. De boordtabellen van de Dienst Inschrijvingen tonen aan dat er een achterstand is in de verwerking van de aanvragen tot inschrijving van ingevoerde voertuigen. Vandaar ook dat ik samen met de administratie beslist heb om de validatieprocedure van homologatiegegevens te versoepelen. Concreet komt het er op neer dat de administratie de buitenlandse homologatiegegevens van een voertuig erkent en deze gebruikt als basis voor de inschrijving. Op die manier zal de burger niet langer geconfronteerd worden met de slepende procedures en vaak dito extra kosten. 

3) De Directie Inschrijvingen en Homologaties Voertuigen werkt aan een uitbreiding van de toepassingsmogelijkheden van zijn web- applicatie. Op die manier hoopt men reeds volgend jaar ook de ingevoerde voertuigen via WebDIV te kunnen inschrijven.