Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9765

van Bart De Nijn (N-VA) d.d. 8 augustus 2013

aan de minister van Justitie

Europese richtlijn inzake "cross border enforcement" - Implementatie - Verkeersovertredingen door buitenlandse bestuurders - Gegevensuitwisseling - Wederkerigheid

overtreding van het verkeersreglement
snelheidsvoorschriften
alcoholisme
wegverkeer
richtlijn (EU)
geldboete
veiligheidsinrichting
uitwisseling van informatie
vreemdelingenrecht
nationale uitvoeringsmaatregel

Chronologie

8/8/2013Verzending vraag
19/11/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-9764

Vraag nr. 5-9765 d.d. 8 augustus 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Eind november treedt de Europese richtlijn inzake "cross border enforcement" in werking.

Bedoeling is om de gegevensuitwisseling tussen alle EU-landen makkelijker toegankelijk te maken voor de parketten en gerechtelijke instanties om buitenlandse bestuurders effectief te kunnen vervolgen als ze verkeersovertredingen doen. Belangrijkste overtredingen hierbij zijn overdreven snelheid, alcohol achter het stuur, het niet dragen van een gordel en/of het negeren van een rood stoplicht.

Momenteel heeft België buiten een bilateraal akkoord met Nederland en Frankrijk, nog geen systematische uitwisseling met andere EU-landen waarbij afgedwongen kan worden dat informatie uitgewisseld wordt.

Waar er in het verleden in de bilaterale akkoorden problemen waren met het uitwisselen van gegevens en het snel te weten komen van de nummerplaathouders, moet er naar de toekomst toe uit geleerd worden om deze problemen onder de Europese richtlijn zoveel mogelijk te beperken.

Net als bij de bilaterale akkoorden, is het voor de Europese richtlijn dan ook belangrijk dat het zo goed mogelijk wordt geïntegreerd in de nationale wetgeving en dat het zo goed mogelijk opgevolgd wordt.

1) Graag had ik van de bevoegde ministers gehoord hoe het staat met de juridische en praktische implementatie omdat de termijn waarop de Europese richtlijn van start gaat, nadert.

2) Is er een waarborg dat er een principe van wederkerigheid geldt waarin alle landen de nodige gevraagde inspanningen leveren om informatie van overtreders te verschaffen?

Antwoord ontvangen op 19 november 2013 :

  1. De implementatie van de Europese Richtlijn inzake "cross border enforcement" vraagt aanpassingen op verschillende niveaus. De federale Overheidsdienst (FOD) Mobiliteit is piloot in deze materie en heeft daarom een aantal werkgroepen opgericht. Voor de implementatie is er een aanpassing van het koninklijk besluit (KB) van 10 juni 1985 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van de overtredingen van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en haar uitvoeringsbesluiten, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 22 december 2003, nodig, alsook van de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968. Verder moeten er ook technische aanpassingen gebeuren aan de databank van de DIV. De grootste aanpassing voor justitie betreft ICT, met name bepaalde wijzigingen aan de betreffende databanken. Voor de uitvoering van de Europese Richtlijn, zal niet meer de politie instaan voor het versturen van de onmiddellijke inningen aan buitenlanders, maar de politieparketten. Mijn diensten stellen alles in het werk om de processen op tijd af te ronden.

  2. Een waarborg van wederkerigheid is niet voorzien. In principe moeten richtlijnen voor een bepaalde datum worden omgezet, die in de richtlijn zelf wordt vermeld. Indien blijkt dat een Lidstaat daartoe niet in staat was, beschikt de Europese Commissie wel over een aantal middelen om deze Lidstaat aan te zetten de richtlijn zo snel mogelijk om te zetten. De Commissie kan bijvoorbeeld vragen om bijkomende informatie. Indien de Lidstaat hier niet op ingaat, kan de Commissie het Hof van Justitie verzoeken de betreffende staten te veroordelen. Indien een in dit verband gewezen arrest niet wordt uitgevoerd, kan een lidstaat opnieuw worden veroordeeld en kan een boete worden opgelegd.