Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9457

van Marie Arena (PS) d.d. 2 juli 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Landsverdediging

Het zenden van militaire instructeurs naar de Democratische Republiek Congo

Democratische Republiek Congo
militaire samenwerking
militaire opleiding

Chronologie

2/7/2013Verzending vraag
1/8/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3596

Vraag nr. 5-9457 d.d. 2 juli 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Op 26 april laatstleden gaf de Ministerraad zijn goedkeuring aan het zenden van een honderdtal Belgische instructeurs, voor een periode van zes maanden, om de vorming te begeleiden van het 323ste bataljon van de Unité de Réaction Rapide (URR) van de strijdkrachten van de DRC en van de staf van de brigade die deze eenheid en de twee andere bataljons die voorheen werden opgeleid vervolgens zal leiden.

De vorming, die plaatsvindt in Kindu, de hoofdplaats van de provincie van Maniema, zal gedeeltelijk worden ondersteund door de Congolese instructeurs die afkomstig zijn van het 321ste en 322ste bataljon van het Congolese leger die in 2008-2009 en 2011-2012 al door het Belgische leger werden opgeleid. Een groep van een twintigtal Belgische militairen wordt overigens bijna permanent opgesteld in het kamp van Lokandu, op 55 km van Kindu, om er een “coachingmissie” van de achterhoede van het 321ste en 322ste bataljon te verzekeren.

Die twee bataljons, die beschouwd worden als “goed opgeleide en betrouwbare” eenheden van het Congolese leger, werden gerekruteerd in Noord-Kivu, tijdens de strijd tegen de opstand van de Beweging van 23 maart (M23).

Ik heb de volgende vragen:

1) Hoeveel Belgische militairen bevinden zich momenteel in de DRC in het kader van het militaire Belgisch-Congolese partnerprogramma?

2) Hoeveel zal deze derde opleidingsmissie precies kosten en hoe lang zal ze duren?

3) Wat zijn de evaluatieprocedures met betrekking tot de militaire opleidingsmissies en welke evaluaties werden er met betrekking tot de vroegere opleidingsmissies in de DRC gedaan?

4) Tot slot, wat is de Belgische strategie op middellange termijn ten aanzien van de groeiende instabiliteit die de DRC verwoest en de manifeste moeilijkheden waarmee haar leger heeft te kampen?

Antwoord ontvangen op 1 augustus 2013 :

Het geachte lid gelieve hierna het antwoord te willen vinden op de door haar gestelde vragen.

Momenteel zijn 130 Belgische militairen ontplooid in de Democratische Republiek Congo (DRC) in het kader van het Belgisch-Congolees Militair PartnertariaatsProgramma (MPP).

In totaal worden gedurende zes maanden negentig Belgische militairen hiervan gestationeerd te Kindu teneinde het 323ste bataljon (Bn) van de “Unités de Réaction Rapide” (URR) te vormen. Aansluitend zullen tien militairen zich gedurende twee maanden naar dezelfde plaats begeven teneinde de brigadestaf URR te vormen. De kosten verbonden aan deze vormingsopdrachten bedragen 3,95 miljoen euro netto.

Teneinde de activiteiten georganiseerd in het kader van het MPP te optimaliseren onderhoudt Defensie een permanente en transparante dialoog met de Congolezen. Dat veruiterlijkt zich onder andere door de organisatie van een jaarlijkse gezamenlijke evaluatie van de MPP-activiteiten. Tijdens het opstarten van het URR-project was het voorzien dat twee gemeenschappelijke Belgisch-Congolese evaluaties per Bn zouden plaatsvinden alvorens de coaching van deze eenheden te beëindigen. Gezien deze evaluaties enkel kunnen plaatsvinden in het garnizoen en niet in de operationele inzetzone, heeft slechts één van deze evaluaties plaatsgevonden. Nochtans laten verschillende bronnen toe zich een beeld te scheppen van de kwaliteit van de door de Belgische Defensie gevormde eenheden. Zo heeft de Belgische Defensieattaché verschillende werkbezoeken gebracht aan de gevormde Bn. EUSEC heeft administratieve inspectierapporten uitgevaardigd en MONUSCO heeft een samenvattend rapport over de herconditionering van het 321ste Bn URR te Luberizi gepubliceerd. Onlangs zijn achtereenvolgens ook, zowel de Generaal belast met de operaties en Training, vergezeld van het hoofd van de Landcomponent, als de Chef Defensie, Generaal Van Caelenberge naar de Democratische Republiek Congo (DRC) gegaan om zich een duidelijker beeld te vormen van de aan gang zijnde training van het 323ste bataljon (Bn).

De vorming van het 323ste Bn en van de brigadestaf vormen de beste oplossing om tegemoet te komen aan de lessen getrokken uit de recente operaties waaraan de door België gevormde bataljons hebben deelgenomen en om op termijn de Democratische Republiek Congo (DRC) te helpen om beter het hoofd te kunnen bieden aan de onveilige toestand in bepaalde regio’s.

Enerzijds is de noodzaak gebleken om te beschikken over een reserve om de eenheden die gedurende lange tijd ingezet waren buiten de operationele zone te kunnen aflossen en herconditioneren. Anderzijds is er nood aan een commando dat in staat is om deze gespecialiseerde eenheden tewerk te stellen.

Defensie neemt zo deel aan de uitvoering van het Belgische regeringsbeleid ten opzichte van de DRC, in eerste instantie samen met het ministerie van Buitenlandse Zaken en tevens met medewerking van Ontwikkelingssamenwerking. De aanwezigheid van de Belgische Defensie in de DRC schrijft zich ook in in de SSR-politiek (Security Sector Reform) zoals aangeprezen door de Verenigde Naties.