Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9263

van Willy Demeyer (PS) d.d. 7 juni 2013

aan de minister van Justitie

De veiligheid in de gerechtsgebouwen

openbaar gebouw
Regie der Gebouwen
dienstpersoneel
openbare veiligheid

Chronologie

7/6/2013Verzending vraag
25/6/2013Antwoord

Herkwalificatie van : mondelinge vraag 5-1024

Vraag nr. 5-9263 d.d. 7 juni 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Ik stel mijn vraag naar aanleiding van een multidisciplinaire vergadering die we onlangs in Luik hebben georganiseerd om de kwestie van de veiligheid in het gerechtsgebouw aan te snijden.

Uit die ontmoeting met de verschillende betrokken actoren op lokaal niveau bleek dat het algemene probleem van de verantwoordelijkheid voor de veiligheid in de gerechtsgebouwen niet duidelijk omschreven is.

De magistraten stellen zeer concrete vragen: welk veiligheidsniveau is vereist in een gerechtsgebouw? Moet er controle zijn aan de ingang? Moet iemand aanwezig zijn in de zittingszaal of volstaat een patrouille?

Gebouwen worden ter beschikking gesteld aan de huurders: wat met eenieders aansprakelijkheid?

In Luik weigert de staatssecretaris bevoegd voor de Regie der Gebouwen de oplevering van het nieuwe gerechtsgebouw omdat het veel gebreken vertoont. Hoe zit het met de aansprakelijkheid van alle partijen als er problemen rijzen?

De nieuwe voorzitter van de FOD Justitie heeft een werkgroep opgericht om dergelijke problemen op te lossen.

Kan de minister de resultaten meedelen van die werkgroep en de richtlijnen meedelen die ze van plan is te nemen om het probleem van de aansprakelijkheid van de verschillende personen die instaan voor de veiligheid in de gerechtsgebouwen uit te klaren?

Antwoord ontvangen op 25 juni 2013 :

Het concept van de veiligheid in en om gerechtsgebouwen zal in functie van de verrichte risicoanalyse gebaseerd zijn op de integratie van drie basiselementen, namelijk organisatie, bouwfysica en elektronische hulpmiddelen, elk in een oordeelkundige gradatie proportioneel aan het risico aangepast.

1. Bouwfysica en elektronisch beveiliging :

De beschrijving van deze reeks maatregelen is opgenomen in een document, opgesteld door de dienst Infrastructuur van het DGRO. Dit document geeft de algemene richtlijnen en specifieke karakteristieken van een beveiligingsplan weer voor de ontwerper (architect of studiebureau) in het kader van nieuwbouwprojecten of renovatieprojecten en beschrijft de topologie van het gebouw en zijn veiligheidsinstallaties.

2. Organisatie :

De rol van de politie in de gerechtsgebouwen bestaat uit en is beperkt tot de handhaving van de orde in hoven en rechtbanken en de bewaking van de gevangenen ter gelegenheid van hun verschijning voor de gerechtelijke overheden (Artikel 23 paragraaf 4 van de wet van 5 augustus 1997 op het politieambt).

Toegangen, circulatiewegen en cellen, welke noodzakelijk zijn voor een veilige en verantwoorde begeleiding en bewaring van gedetineerden, worden tijdens hun aanwezigheid bewaakt en gecontroleerd door de politiediensten.

In normale omstandigheden moet de politie dus noch de gebouwen bewaken, noch permanent in de zittingszalen aanwezig zijn.

Bij koninklijk besluit van 11 juli 2003 werd ook het veiligheidskorps opgericht. De leden van het veiligheidskorps ressorteren onder de minister van Justitie en behoren dus niet tot de politiediensten.

Binnen de Federale Overheidsdienst (FOD) Justitie is het directoraat-generaal penitentiaire instellingen (DGEPI) verantwoordelijk voor het korps.

De veiligheidsbeambten voeren taken uit die betrekking hebben op de politie van hoven en rechtbanken (handhaving van de orde in hoven en rechtbanken), de overbrenging en bewaking van gevangenen, alsook de overbrenging van gerechtelijke dossiers (met het oog op de uitoefening van het wettelijk inzagerecht).

De politiediensten blijven evenwel bevoegd ter zake.

Gezien vermelde keuze voor een beperkte politie van hoven en rechtbanken bij de oprichting in 2003 van het veiligheidskorps, wordt derhalve in 2005 een tweede groep van veiligheidspersoneel in het leven geroepen, met een duidelijk verschillende taak en statuut, ressorterend onder de rechterlijke organisatie zelf: medewerkers ‘toezicht en beheer’.

In het algemeen zijn de volgende hoofdtaken voor deze groep van medewerkers in de hoven en rechtbanken te onderscheiden :

Aangaande uw vraag voor de oplevering van het gerechtsgebouw dien ik u te verwijzen naar mijn collega, de staatssecretaris voor de regie der gebouwen.

De voorzitter heeft aan de interne dienst voor preventie van de FOD Justitie gevraagd om deze problematiek te onderzoeken, onder andere wat betreft de verantwoordelijkheden van alle actoren en van de beheerder van het gebouw.