Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8541

van Bart De Nijn (N-VA) d.d. 18 maart 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Gedwongen opname - Gebrek aan competente hulpverlening - Mobiele crisis interventieteams - Psy107-project

opname in psychiatrische kliniek
politie
gemeentepolitie
ziekenhuisopname

Chronologie

18/3/2013Verzending vraag
17/6/2013Rappel
18/7/2013Antwoord

Vraag nr. 5-8541 d.d. 18 maart 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De dood van Jonathan Jacob maakte de discussie over de samenwerking tussen justitie, politie en psychiatrie bij gedwongen opname weer brandend actueel. Hoewel de lokale politie van Mortsel uitstekend werk geleverd heeft, zijn er andere situaties bekend waarbij de situatie totaal uit de hand liep. Op 20/03/2009 bijvoorbeeld verwondde Hamza Amallah drie agenten van de lokale politie in Gent bij een gedwongen collocatie waarna hij neergeschoten werd. Verscheidene psychiatrische zorgorganisaties benadrukken al langer dat er een meer structurele en professionele aanpak nodig is voor mensen die gecolloceerd moeten worden. Ze ijveren dan ook voor mobiele crisis interventieteams van verpleegkundigen, psychiaters, psychologen en maatschappelijke assistenten die samenwerken met lokale politie-eenheden. Dit team is dan uitermate uitgerust om de persoon in een crisissituatie de gepaste verzorging en begeleiding te kunnen toedienen zodanig hij op een gecontroleerde manier naar een opname centrum gebracht kan worden. Volgens de huidige procedures neemt de procureur des Konings in acute situaties de beslissing tot gedwongen opname, waarna in de meeste gevallen de lokale politie de opdracht krijgt de patiënt te begeleiden. Van de betrokkenheid van een gespecialiseerd paramedisch team is er in de procedures en wetgeving geen sprake.

Tot op heden zijn er in het kader van het psy107-project beperkte regionaal functionerende mobiele interventieteams opgericht die vooral optreden vóór er een acute crisissituatie ontstaat. Ze leggen de nadruk op ambulante zorgverlening en rehabilitatie van de patiënt. Bovendien zijn deze teams beperkt in aantal en hebben ze bijna geen bekendheid, waardoor ze weinig betrokken worden tijdens een gedwongen opname naar een zorgcentrum.

Ik heb dan ook volgende vragen aan de minister:

1) In hoeveel acute gedwongen opname interventies hebben, sinds de selectie van de projecten op 6 juni 2011, de mobiele crisis interventieteams effectief meegewerkt om de patiënt naar een zorgcentra te brengen?

2) Welke evaluatie maakt de minister van gedwongen opnames waarbij deze mobiele crisisteams interveniëren? Hoe evalueert ze dit in vergelijking met gedwongen opnames waarbij dit niet gebeurt?

3) Meent zij dat er via de lokale politie vooral nadruk moet gelegd worden op veiligheid en openbare orde tijdens een gedwongen opname of geeft dit een afschrikwekkend effect dat mogelijk agressiviteit ontlokt?

4) Erkent de minister dat de inzet van deze mobiele teams vooral voor hulpverlening aan huis is in geval van een crisissituatie of wanneer er onduidelijkheid heerst rond de mate van urgentie?

5) Hoe wil de minister dit project van mobiele psychiatrische crisis interventieteams uitbreiden, zodat het aantal mobiele interventieteams en de bekendheid ervan uitgebreid wordt?

Antwoord ontvangen op 18 juli 2013 :

1. Het is hoegenaamd niet de bedoeling om een beroep te doen op de mobiele crisisinterventieteams om patiënten die, al dan niet krachtens een beschermingsmaatregel, moeten worden opgenomen naar een instelling te brengen. Evenmin is deze mobiele equipe bedoeld om uit te rukken in urgentiesituaties, zoals een MUG doet. De functie 2A van het model van de hervorming van de geestelijke gezondheidszorg is bedoeld om therapeutisch in te grijpen in acute en/of crisissituaties of om die crisissituaties te voorkomen, telkens met de bedoeling om een ziekenhuisopname te vermijden. Hierbij gaan we er van uit dat de mobiele equipe zich niet onmiddellijk naar de zorgvrager moet begeven. 

2. Gedwongen opnames gebeuren niet door de mobiele equipes. 

3. Voor wat betreft uw vraag of er via de lokale politie vooral nadruk moet gelegd worden op veiligheid en openbare orde tijdens een gedwongen opname of dit een afschrikwekkend effect geeft dat mogelijk agressiviteit ontlokt, dien ik u te verwijzen naar mijn collega de minister van Binnenlandse Zaken, daar dit onder haar bevoegdheden ressorteert. 

4. De mobile teams zijn niet oproepbaar door het publiek zoals bij een urgentiedienst. Meestal zal het mobiele team slechts ingrijpen na een gesprek met andere professionele zorgverleners, meestal de huisarts. Voor urgenties blijven de reguliere diensten bevoegd. 

5. In het verleden werd door de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid beslist om vanaf 2011 voor 19 projecten een netwerkcoördinator te financieren. Voor 10 van die projecten werden vanaf die datum eveneens de kosten gerelateerd aan het opstarten en doen functioneren van het netwerk gefinancierd. Vanaf 1 januari 2013 geldt hetzelfde voor de overblijvende 9 projecten, waardoor momenteel 2/3 van het Belgische landschap in die experimentele fase is betrokken.  Die proefprojecten worden wetenschappelijk gevolgd en geëvalueerd. De resultaten zouden een idee moeten geven over de samenstelling van de equipes, de grootte van de activiteitenzones, de caseload, enz. Het blijft mijn bedoeling een “evidence-based” beleid uit te werken. Op basis van de onderzoeksresultaten zal men moeten vastleggen wat er moet worden veralgemeend en hoe dat moet gebeuren.