Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-800

van Bart Laeremans (Vlaams Belang) d.d. 29 december 2010

aan de minister van Binnenlandse Zaken

Brandweer - Politie - Financiering - Criteria

brandbestrijding
politie
begroting

Chronologie

29/12/2010Verzending vraag
2/5/2011Antwoord

Vraag nr. 5-800 d.d. 29 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

Hoeveel subsidie heeft de federale regering verleden jaar aan elk van de gewesten uitgekeerd voor de politie en de brandweer?

De uitgekeerde bedragen zouden niet in verhouding staan tot het aantal inwoners. Indien dit het geval is, vernam ik graag op grond van welke objectieve criteria die verschillen worden gerechtvaardigd.

Antwoord ontvangen op 2 mei 2011 :

In antwoord op zijn vraag kan ik het geachte lid het volgende meedelen :

1.1 Brandweer.

In 2009 werd een totaal van 33 847 239,72 euro subsidies uitgekeerd voor de werking van de brandweer. Hiervan werd een bedrag van 18 812 202,61 euro (55,58 %) toegekend aan het Vlaamse Gewest, 12 421 894,06 euro (36,70 %) aan het Waalse en 2 612 143,05 euro (7,72 %) aan het Brusselse Gewest.

1.2.Politie.

Voor het jaar 2010 werden volgende bedragen toegekend aan de politiezones behorend tot het Vlaamse Gewest: 408 096 773,17 euro (48,24 %), het Waalse Gewest: 309 657 832,13 euro (36,61 %) en voor het Brusselse Gewest: 128 115 654,51 euro (15,15 %). In totaal werd een bedrag van 845 870 259,81 euro toegekend.

2.1.Brandweer.

De grootte van de subsidies voor elk Gewest houdt rekening met een aantal objectieve parameters, zoals het aantal inwoners, het aantal brandweerposten in de zone, het aantal brandweermannen per brandweerzone, het aantal gebouwen, de oppervlakte, ….

2.2.Politie.

De federale dotaties aan de politiezones worden jaarlijks bij koninklijk besluit toegekend. De cijfers worden weergegeven per dotatie en per zone.

De bedragen van de federale basisdotatie worden berekend aan de hand van een norm ter verdeling van de bestaande totale lokale politiecapaciteit, tussen de 589 gemeenten van het land, op basis van veertien relevante indicatoren van de betrokken gemeente, waarvan de impact op de politiecapaciteit aantoonbaar is : bijvoorbeeld: oppervlakte, bevolkingsaantal, gevangeniscapaciteit, criminaliteit, verkeersongevallen (gewonden en doden), kadastraal inkomen, gemiddeld netto inkomen, aantal werknemers in de horeca.

Het resultaat is het theoretisch aantal politiemensen, berekend voor elke gemeente van het koninkrijk. Deze «norm» wordt gebruikt als verdeelsleutel voor de federale financiële middelen.