Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7364

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 23 november 2012

aan de minister van Justitie

Veiligheid van de Staat - Jaarverslag - Buitenlandse veiligheids- en spionagediensten - Bevriende naties

staatsveiligheid
verslag over de werkzaamheden
geheime dienst
Verenigde Staten
Israël
Verenigd Koninkrijk
Frankrijk
spionage

Chronologie

23/11/2012Verzending vraag
24/7/2013Rappel
12/12/2013Antwoord

Vraag nr. 5-7364 d.d. 23 november 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het jaarverslag 2011 van de Veiligheid van de Staat vermeldt onder andere een onderdeel "Spionage en inmenging". Daarbij worden de Russische Federatie en Latijns-Amerika als aandachtspunten opgesomd. Ook in andere plaatsen binnen dit jaarverslag worden specifieke landen vermeld. Andere landen, waarvan iedereen weet dat ze op het vlak van spionage en inmenging uiterst actief zijn, worden niet vermeld, o.a. de Verenigde Staten (CIA), Israël (Mossad), Groot-Brittannië en Frankrijk. Al deze landen (en nog meer) zijn de voorbije decennia vaak op ontluisterende wijze geconfronteerd met ongeoorloofde, maar publiek bekend geraakte praktijken van hun veiligheidsdiensten. Ook in ons land. Niemand zal en kan dus ontkennen dat de veiligheidsdiensten van deze (en andere) landen ook in België actief zijn, niet alleen wegens het grote belang van onze natie, onder meer omdat het een knooppunt is van internationale instellingen en voorzieningen. Het jaarverslag 2011 bevat hierover geen informatie.

Hierover de volgende vragen.

1) Bevestigt de geachte minister de hypothese dat de veiligheids- en spionagediensten van onder andere de Verenigde Staten, Frankrijk, Israël, Groot-Brittannië (en andere landen) manifest actief zijn in ons land?

2) Hoe verklaart zij dat de Veiligheid van de Staat hierover geen enkele melding maakt in haar jaarverslag 2011, terwijl de relevantie buiten kijf staat? Het gaat hier immers over sterk georganiseerde en erg performante veiligheids- en spionagediensten die al eerder hun aanwezigheid verraadden.

3) Kan de geachte minister de gevaarlijke hypothese bevestigen dat de Veiligheid van de Staat geen aandacht besteedt aan wat de inlichtingendiensten van "bevriende" staten in ons land verrichten? Of klopt deze hypothese niet en worden ook deze "bevriende" inlichtingen- en spionagediensten nauwlettend opgevolgd? Waarom ontbreken de werkzaamheden met betrekking tot dit laatste geval in het jaarverslag?

4) Wordt Israël, met de Mossad als hyperactieve veiligheidsdienst, als een bevriende natie beschouwd?

Antwoord ontvangen op 12 december 2013 :

1) De inlichtingendiensten van bovenvermelde en andere landen zijn inderdaad actief in België. Zij onderhouden een werkrelatie met de Veiligheid van de Staat en hebben in bepaalde gevallen verbindingsofficieren op post in Brussel. Deze verbindingspersonen zijn officieel gedeclareerd bij de Veiligheid van de Staat.

Wanneer buitenlandse inlichtingendiensten een activiteit wensen te ontplooien op Belgisch grondgebied, zijn zij verplicht hiervoor de toestemming van de Veiligheid van de Staat te verkrijgen.

Wanneer de Veiligheid van de Staat weet heeft van ongeoorloofde inlichtingenactiviteiten door buitenlandse diensten op Belgisch grondgebied, worden deze activiteiten gemeld aan de bevoegde instanties en worden deze diensten tot de orde geroepen. Hierbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen zogenaamde ‘bevriende’ of andere diensten.

België, en in het bijzonder Brussel, vormt omwille van de hoge concentratie aan internationale instellingen een natuurlijke aantrekkingspool voor allerlei groeperingen en organisaties. Deze situatie wekt vanzelfsprekend de interesse van vele inlichtingendiensten.

Bovenstaande situatie leidt ertoe dat België een veel grotere concentratie aan inlichtingenactiviteiten kent dan andere landen en creëert een aanzienlijke extra werklast voor onze inlichtingendienst.

De opvolging van alle in België aanwezige inlichtingendiensten door de Veiligheid van de Staat is in de huidige omstandigheden en met de huidige middelen niet mogelijk. Enkel wanneer er concrete aanwijzingen zijn van ongeoorloofde inlichtingenactiviteiten is het mogelijk deze specifieke gevallen te onderzoeken.

2) Het jaarverslag van de Veiligheid van de Staat geeft een algemeen overzicht van de wettelijke opdrachten en de activiteiten van de dienst. In zijn voorwoord benadrukt de administrateur-generaal telkens dat het rapport geenszins een exhaustieve lijst geeft van de fenomenen, bedreigingen, groeperingen of individuen die de aandacht van de Veiligheid van de Staat weerhouden. Het is dan ook een vergissing te denken dat het overzicht van geciteerde landen volledig zou zijn. Er moet trouwens op gewezen worden dat de jaarverslagen niet geclassificeerd zijn en er bijgevolg geen geclassificeerde, d.i. gevoelige, informatie in wordt weergegeven.

3) Ik kan uw gevaarlijke hypothese geenszins bevestigen.

Omdat België zich op een centrale positie in Europa bevindt, heeft de Veiligheid van de Staat een zeer uitgebreid netwerk aan relaties met buitenlandse inlichtingendiensten uitgebouwd. Wederzijds vertrouwen en een goede samenwerking met buitenlandse inlichtingendiensten is met andere woorden een integraal onderdeel van een goede werking van de Veiligheid van de Staat en draagt in belangrijke mate bij tot de veiligheid van onze burgers en instellingen.

Om deze reden worden mogelijke gevallen van ongeoorloofde inlichtingenactiviteiten door partnerdiensten, die vaak in andere domeinen een strategisch belang hebben voor België, met de nodige voorzichtigheid behandeld.

Net zoals in elke relatie moeten in de relaties tussen inlichtingendiensten goede afspraken worden gemaakt en worden kleinere overschrijdingen van deze afspraken bijgestuurd middels bilaterale contacten en desgevallend terechtwijzingen.

Een publiek aan de kaak stellen van ongeoorloofde inlichtingenactiviteiten of een publiekelijk verkondigen dat bepaalde diensten worden opgevolgd door de Veiligheid van de Staat kan dus enkel het resultaat zijn van een weloverwogen analyse van de voor- en nadelen voor België die verbonden zijn aan dergelijke aanpak. In vele gevallen zijn deze diensten immers strategische partners in andere werkgebieden en kan een werkrelatie niet zomaar omwille van een incident worden beschadigd of zelfs stopgezet.

4) De veiligheidsdienst van Israël, Shin Bet, is een partnerdienst van de Belgische Veiligheid van de Staat.