Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7022

van Elke Sleurs (N-VA) d.d. 14 september 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Fonds voor de medische ongevallen - Vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg - Rechthebbenden - Ziekenfonds

Fonds voor medische ongevallen
ziekteverzekering

Chronologie

14/9/2012Verzending vraag
27/11/2012Antwoord
18/12/2012Herkwalificatie

Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-2560

Vraag nr. 5-7022 d.d. 14 september 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Krachtens de wet van 31 maart 2010 kan "elke persoon die van mening is dat hij schade als gevolg van gezondheidszorg heeft geleden of zijn rechthebbenden" een aanvraag indienen bij het Fonds voor de medische ongevallen (FMO).

Op de internetsite van het FMO wordt rechthebbende gedefinieerd als :

- de patiënt zelf;

- zijn wettelijke vertegenwoordiger;

- een familielid.

Met betrekking tot deze interpretatie kreeg ik graag enige verduidelijking:

1) Kunt u bevestigen dat het FMO bij de behandeling van de dossiers de term rechthebbende zal interpreteren zoals omschreven op de internetsite ? Worden aanvragen die ingediend worden door een andere partij dan patiënt, wettelijke vertegenwoordiger of familielid als niet ontvankelijk beoordeeld ?

2) Wordt een ziekenfonds automatisch als wettelijke vertegenwoordiger beschouwd ?

3) Hoe wordt de hoedanigheid van rechthebbende geverifieerd (bijvoorbeeld indien deze in het buitenland verblijft) ?

Antwoord ontvangen op 27 november 2012 :

In antwoord op uw vraag deel ik u mede dat er, overeenkomstig artikel 12, paragraaf 1 van de wet van 31 maart 2101 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg, inderdaad een aanvraag kan ingediend worden bij het Fonds voor Medische Ongevallen (FMO) door iedereen die meent schade te hebben geleden als gevolg van gezondheidszorg.  

Dat is in de eerste plaats de patiënt zelf.  

Indien de patiënt zelf zijn rechten niet kan uitoefenen (bijvoorbeeld omdat hij of zij wilsonbekwaam of juridisch handelingsonbekwaam is), dan beschikt zijn wettelijke vertegenwoordiger (bijvoorbeeld de ouders of voogd van een minderjarige patiënt) over de bevoegdheid om een aanvraag in te dienen.  

Daarnaast kunnen ook de rechtsopvolgers een aanvraag tot schadevergoeding indienen. Zij kunnen zowel in naam van de patiënt maar ook als eigen rechthebbende (rechtsopvolger) een schadeloosstelling vragen.  

De rechthebbenden kunnen immers ook schade ondervinden die rechtstreeks een gevolg van het medisch ongeval is. Denken we maar aan het verminderde gezinsinkomen door een medisch ongeval waarbij één van de partners arbeidsongeschikt is geworden. 

Ten slotte kan de patiënt eveneens, via een volmacht, een mandataris aanduiden om in zijn plaats een aanvraag in te dienen.  

Dit laatste geldt ook voor de ziekenfondsen. Zij worden dus niet automatisch als vertegenwoordiger beschouwd. 

De hoedanigheid van de aanvrager wordt in de eerste plaats geverifieerd aan de hand van de documenten die hij/zij dient over te maken aan het FMO en een kopie van de identiteitskaart of het paspoort. Dat volstaat voor wat de eerste fase van de procedure betreft. Daarnaast hebben de betrokken dossierbeheerders toegang tot het rijksregister, indien dit noodzakelijk is voor een verificatie in een volgende fase.  

Voor de Belgische aanvragers die in het buitenland verblijven, geldt dezelfde procedure.  

Ten slotte zal de aanvrager in het kader van zijn hoedanigheid de nodige bewijzen dienen te bezorgen telkens wanneer het Fonds hierom verzoekt. Verificaties aangaande aanvragers die in het buitenland verblijven kunnen mogelijks plaatsvinden via de desbetreffende ambassades. Tot op heden was voornoemde verificatie nog niet aan de orde. De verschillende mogelijkheden worden momenteel onderzocht.