Libië - Heropbouw - Rol België - Beloftes - Projecten
Libië
hulp aan het buitenland
hulpprogramma
5/4/2012 | Verzending vraag |
10/10/2012 | Antwoord |
Ons land heeft in het verleden, onder impuls van de Verenigde Naties, beloofd dat het zijn bijdrage zou leveren aan een vredevolle overgang in Libië. Zo besliste het kernkabinet op 21 maart 2011 om deel te nemen aan de NAVO-operatie Operation Unified Protector tegen het Kadhafi-regime. Gedurende deze interventie heeft ons land een belangrijke rol gespeeld in de strijd tegen de troepen van kolonel Kadhafi.
Het einde van deze militaire interventie betekent echter niet dat er vandaag sprake is van een duurzame vrede en stabiliteit. Zo weigeren de Thuwwar-brigades, de burgermilities die Kadhafi's troepen overwonnen hebben, om de wapens neer te leggen. Dit betekent dat er vandaag nog steeds sprake is van een grote instabiliteit en onzekerheid. Volgens Amnesty International heeft de Nationale Overgangsraad nog niets gedaan om het geweld van de verschillende milities aan banden te leggen. De organisatie vraagt dan ook terecht om de druk op de Nationale Overgangsraad op te voeren.
De overgang naar een stabiel en vredevol Libië is zeker nog niet voltrokken. De omverwerping van het Kadhafi-regime betekent geen voltooiing van de Belgische engagementen. De Belgische regering moet haar gemaakte beloftes waarmaken.
Met dit in het achterhoofd stelde ik de minister graag volgende vragen:
1) Kan hij een duidelijk overzicht geven van de reeds gestarte en nog te starten civiele projecten en initiatieven rond de heropbouw van de Libische staat waarvan de Belgische staat de initiatiefnemer of coördinator is?
2) Kan hij een duidelijk overzicht geven van andere internationale projecten en initiatieven die bijdragen tot de heropbouw van de Libische staat en waarbij er sprake is van een Belgische bijdrage?
3) Kan hij zowel voor de initiatieven die onder vraag 1 als onder vraag 2 vallen, een overzicht geven van de (eventuele) kostprijs en looptijd?
4) Kan hij verduidelijken hoe de samenwerking met de gemeenschappen en gewesten rond dit thema verloopt?
1. Zoals u terecht opmerkt is het Libisch democratisch overgangsproces nog niet afgerond. Het stappenplan dat de Nationale Overgangsraad in augustus 2011 goedkeurde, maakt trouwens melding van juni of juli 2013 als einddatum.
Dit stappenplan wordt, in zijn geheel genomen, goed opgevolgd: in oktober 2011 werd een interimregering aangesteld, de eerste democratische verkiezingen hadden plaats in juli 2012, het verkozen parlement legde in augustus 2012 de eed af en een eerste minister werd aangesteld op 12 september 2012. Het is de technocraat Mustafa Abushagur. De volgende stappen zijn: de vorming van een regering, de opstelling van een grondwet en de goedkeuring ervan bij referendum. Vervolgens zullen nieuwe verkiezingen worden gehouden conform de nieuwe grondwet.
2. België steunt het Libische overgangsproces via verschillende kanalen en op velerlei gebieden.
2.1 Op multilateraal niveau nam ons land de volgende initiatieven :
Toekenning van 850 000 euro steun aan het UNDP voor projecten inzake goed bestuur, het overgangsproces en de economische wederopbouw. Deze projecten worden uitgevoerd in samenwerking met de United Nations Support Mission for Libia (UNSMIL). Ze hebben meer bepaald betrekking op de volgende gebieden: rechtsstaat en justitie, openbaar bestuur, economische wederopbouw en werkgelegenheid, beheer van handvuurwapens en lichte wapens, verkiezingen, nationale dialoog, coördinatie van en steun aan het Libyan Reconstruction Trust Fund.
Tegelijkertijd vervult België een volwaardige rol bij de uitstippeling, de uitvoering en de opvolging van het ondersteuningsbeleid van de Europese Unie. De Internationale Conferentie van Parijs van 2 september 2011 verleende aan de Europese Unie het leadership voor de raming van de Libische behoeften in de volgende drie sectoren: (i) geïntegreerd grensbeheer, (ii) versterking van de civiele samenleving en van de rechten van vrouwen en (iii) media en communicatie. Voor elke sector werden de behoeften geraamd en meegedeeld. Discussies zijn aan de gang op EU niveau over een bijdrage op het vlak van het grensbeheer.
Sinds het einde van het conflict nam de EU ook een aantal maatregelen ter ondersteuning van het overgangsproces en van de stabilisatie van het land in de volgende sectoren : civiele samenleving en openbaar bestuur, onderwijs, gezondheid, verkiezingsondersteuning, veiligheid, migratie. In juli 2012 werd 38 miljoen euro uitgetrokken voor deze projecten.
2.2 Op bilateraal niveau begeleidt België het overgangsproces als volgt :
In antwoord op een dringend verzoek dat de Libische autoriteiten tijdens mijn bezoek aan Tripoli in februari 2012 formuleerden, besliste ons land om 120 gewonde Libiërs in Belgische ziekenhuizen op te vangen via de vereniging Health Care Belgium. De eerste gewonden kwamen in april 2012 aan. In tegenstelling tot wat zich in andere landen heeft voorgedaan, ondergingen alle gewonden vóór hun komst naar België een medische screening. De resultaten zijn overtuigend : de Libische gewonden krijgen verder goede medische zorgen in ons land zonder dat er sprake is van incidenten. De kosten van deze operatie zijn evenwel ten laste van de Libische autoriteiten.
Er is ook beslist om een financiële bijdrage te leveren aan een ontwapeningsprogramma onder leiding van de Verenigde Staten inzake de inventarisatie, de beveiliging en de vernietiging van de conventionele wapens die zich op het Libische grondgebied bevinden. Een Memorandum of Understanding betreffende een bijdrage van 160 000 euro wordt eerstdaags ondertekend met het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken.
In het kader van de economische wederopbouw van het land vond in mei 2012
een multisectorale missie plaats. Een vijftigtal Belgische ondernemingen uit de drie gewesten nam hieraan deel en het resultaat werd positief beoordeeld.
Tijdens zijn bezoek aan Libië in december 2011 bood Vlaams minister-president Kris Peeters bovendien steun van de Vlaamse regering aan het ondernemerschap in Libië aan via het programma Ex-Change. In dit verband werd een bedrag van 208 000 euro toegekend voor het leveren van expertise aan verschillende Libische KMOs. Het programma heeft een looptijd van drie jaar en zal met een identificatiemissie in oktober 2012 beginnen.
Onze ambassade in Tripoli verstrekt de nodige ondersteuning voor de verschillende initiatieven en bilaterale projecten.