Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5706

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 28 februari 2012

aan de minister van Justitie

Commissies ter Bescherming van de Maatschappij - Werking - Gegevens

sociaal verweer
psychiatrie
opname in psychiatrische kliniek
geestesziekte
medische expertise

Chronologie

28/2/2012Verzending vraag
22/8/2012Antwoord

Vraag nr. 5-5706 d.d. 28 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ik ondervroeg de vorige minister van Justitie meermaals over de werking van de Commissies ter Bescherming van de Maatschappij (CBM's). De minister was daarbij van oordeel dat de commissies tot hiertoe wel goed werk hadden geleverd. Experts zoals Johan Baeke (gerechtspsychiater), Peter Hartoch en Henri Heimans (beiden CBM-voorzitters) lieten zich echter meermaals kritisch uit over de werking van deze organen. Ze spreken van een totale willekeur en een ernstig gebrek aan middelen. Zo zou bijvoorbeeld de Antwerpse CBM veel hardvochtiger zijn en systematisch mensen veroordelen tot levenslange internering.

De toenmalige minister kon mij overigens bijna geen enkele van de gevraagde gegevens bezorgen (vraag om uitleg 5-408). Het lijken mij nochtans belangrijke indicatoren om te kunnen oordelen over de al dan niet goede werking van deze organen. De minister gaf wel te kennen dat er op dat moment bij de CBM's een enquête liep om deze gegevens te achterhalen.

Voorlopig ziet het er naar uit dat de CBM's nog wel enkele jaren zullen doorgaan vooraleer de strafuitvoeringsrechtbanken hun taken overnemen. Ondertussen blijven deze onderbemiddelde organen beslissingen nemen, met dergelijke verstrekkende gevolgen voor de betrokkenen.

Hierover de volgende vragen:

1) Zijn de resultaten van de enquête waarvan sprake reeds verwerkt en met welk resultaat? Welke gegevens werden daarbij opgevraagd? Welke conclusies worden er getrokken?

2) Is de minister ook (na de evaluatie) van mening dat de CBM's goed werk leveren? Is zij het met me eens dat er zich een ernstig probleem voordoet rond de professionaliteit en de performantie van de CBM's?

3) De toenmalige minister sprak over het nadere bekijken van de werklast om een vlotte overgang te bewerkstelligen bij de inwerkingtreding van de nieuwe wet op de internering van 2007. Bracht men dit ondertussen al in kaart en met welk resultaat? Kan de minister mij voor de afgelopen vijf jaar de maandelijkse hoeveelheid te behandelen dossiers per CBM bezorgen? Hoe lang duurt de behandeling van een dossier gemiddeld? Hoeveel dossiers behandelt een CBM per zitting? Acht zij dit een haalbare werklast voor een organisatie die op vrijwillige basis werkt? Bestaat er een controle op de kwaliteit en de vorm van deze beslissingen? Wie heeft er allemaal inzage in deze beslissingen?

4) Wat is het aantal invrijheidstellingen (al dan niet op proef) op het totale aantal dossiers dat door de CBM's wordt behandeld (in absolute cijfers en procentueel)? Wat betekent dit per CBM? Zijn er grote verschillen tussen de zeven CBM's inzake het percentage invrijheidstellingen? Kan de minister dit verschil duiden?

5) Bestaat er een controle of een evaluatie op het functioneren van de mensen die in een CBM zetelen? Hoe vaak vindt die plaats en welke criteria worden daarbij gebruikt? Vindt er een evaluatie plaats op het einde van het drie jaar durende mandaat? Bestaat er een procedure om een lid uit zijn functie te ontheffen en gebeurde dat al? Genoten de leden van deze commissies een bijkomende gespecialiseerde opleiding? Welke vergoeding ontvangen die mensen?

6) Erkent en beaamt de minister de kritiek dat de werkwijzen van de verschillende commissies weinig eenvormig zijn? Plant zij een initiatief om te komen tot een grotere eenvormigheid en objectiviteit in de werking van deze commissies (wie weet hoe lang het nog zal duren vooraleer de Strafuitvoeringsrechtbanken deze taken zullen overnemen)?

Antwoord ontvangen op 22 augustus 2012 :

De commissies tot bescherming van de maatschappij zijn onafhankelijke beslissingsinstanties.

Zij zijn niet verplicht om cijfergegevens te registreren. Zelfs indien de commissies tot bescherming van de maatschappij statistieken bijhouden, doen zij dit zeker niet aan de hand van een uniform registratiemodel.   

Ik heb een rondvraag gedaan bij de voorzitters van de verschillende commissies teneinde de gevraagde cijfergegevens te verkrijgen. Zodra ik deze ontvangen heb en voor zover de ontvangen gegevens toelaten uw vraag te beantwoorden, kom ik terug op uw vraag.