Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5683

van Inge Faes (N-VA) d.d. 23 februari 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen

Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle - Werking

Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle

Chronologie

23/2/2012Verzending vraag
8/5/2012Antwoord

Vraag nr. 5-5683 d.d. 23 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) heeft als missie de gezondheid van de bevolking en de werknemers en ook het leefmilieu te beschermen tegen de negatieve effecten van ioniserende straling.

De nucleaire inspecteurs beschikken over een politionele bevoegdheid: zij kunnen handelen overeenkomstig het strafwetboek en stellen processen-verbaal (pv's) op ten behoeve van het parket. Bovendien kunnen zij een echt onderzoek voeren en controle uitoefenen, verhoren afnemen met identiteitscontrole, en dergelijke meer.

Teneinde de werking van deze dienst op dit vlak te kaderen in het opsporingsonderzoek en zijn actoren, had ik graag antwoord op volgende vragen :

1) Hoeveel keer werd het FANC gevat voor deze taken per jaar, en dit sinds 2005? Hoe ziet de geografische spreiding eruit (arrondissementeel/provinciaal?)

2) Kan dit uitgesplitst worden per soort tussenkomst (inspectieprogramma - ingevolge klacht/ongeval - op vraag van derden zoals parket, politie, Bel V, enz.)?

3) Zijn er aan deze tussenkomsten kosten verbonden en door wie moeten die worden gedragen? Werden er gerechtskosten aangerekend? Zo ja, voor welk bedrag?

4) Kunt u duiding geven over de samenstelling van deze dienst wat personeel betreft, hun opleiding en hun taalrol?

5) Wat is het budget van deze dienst onderverdeeld in personeelskosten, werkingskosten en investeringen? Graag een overzicht per jaar sinds 2005.

Antwoord ontvangen op 8 mei 2012 :

Volgens de organieke wet van 15 april 1994 op de werking van het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) hebben sommige nucleaire inspecteurs van het Agentschap inderdaad politionele bevoegdheid en de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie. De FANC-inspecteurs maken slechts met grote terughoudendheid van deze bevoegdheid gebruik, met name wanneer er sprake is van flagrante overtredingen van de wetgeving of kennelijke onwil om zich in regel te stellen. Dit is ook het geval telkens wanneer personen - werknemers, patiënten of omwonenden - bestralingletsels hebben opgelopen of ernstig besmet werden met radioactieve stoffen. Het Agentschap geeft er in alle andere omstandigheden de voorkeur aan om vastgestelde tekortkomingen te melden aan de verantwoordelijke exploitant en hem te overtuigen van de noodzaak om corrigerende maatregelen te treffen.

1. In onderstaande tabellen wordt een overzicht gegeven van het aantal dossiers dat ofwel door het Agentschap bij de verschillende parketten aanhangig werd gemaakt, ofwel omgekeerd, dat door een van de parketten voor nader onderzoek aan het Agentschap werd overgemaakt en waarin een beroep werd gedaan op de tussenkomst van de inspecteurs van het Agentschap. In enkele gevallen gaat het om een dossier dat aanhangig is bij het auditoraat van de arbeidsrechtbank. De tabellen geven de gevraagde geografische spreiding per betrokken parket of arbeidsauditoraat. De tabellen vermelden slechts het aantal nieuwe zaken dat in een bepaald jaar werd opgestart. Het aantal tussenkomsten van het Agentschap in een bepaald dossier, zoals het aantal afgenomen verhoren of het aantal opgestelde PV’s, varieert sterk van geval tot geval. De afhandeling van sommige zaken loopt over meerdere jaren en vereist dus meerdere tussenkomsten van het Agentschap. De werklast die ermee gepaard gaat valt niet af te leiden uit de verstrekte aantallen. In een aantal dossiers verleent het Agentschap steun aan de politiediensten. Ook deze dossiers zijn niet opgenomen in de tabellen.

Een groot aantal dossiers betreft de verwijdering van een illegale radioactieve bliksemafleider die door het Agentschap werd opgespoord en waarbij de eigenaar tot afbraak werd aangemaand. Deze specifieke dossiers zijn afzonderlijk vermeld in Tabel 1. In de periode 2005-2010 ging het om gemiddeld achttien dossiers per jaar. Naast deze dossiers werden gemiddeld nog eens vier andere dossiers per jaar ingeleid bij de parketten (zie Tabel 2).

Tabel 1.

Aantal dossiers aanhangig bij de parketten waarbij het Agentschap is betrokken (radioactieve bliksemafleiders).

Parket

total

2005

2006

2007

2008

2009

2010

totaal

Antwerpen

3

1

 

1

1

 

 

3

Aarlen

1

 

 

 

 

 

1

1

Brugge

3

1

 

2

 

 

 

3

Brussel

22

1

 

10

2

5

4

22

Charleroi

2

 

 

 

1

1

 

2

Dendermonde

2

1

 

 

 

1

 

2

Dinant

7

 

 

4

2

 

1

7

Gent

2

1

 

1

 

 

 

2

Hasselt

4

1

 

 

2

1

 

4

Hoei

2

1

 

 

 

1

 

2

Leuven

2

1

 

 

 

1

 

2

Luik

14

1

 

6

5

1

1

14

Marche-en-Famenne

3

1

 

 

2

 

 

3

Bergen

6

 

 

5

1

 

 

6

Namen

9

1

 

7

1

 

 

9

Neufchateau

1

 

 

 

 

 

1

1

Nijvel

12

 

 

8

3

1

 

12

Oudenaarde

3

1

 

1

 

 

1

3

Tongeren

2

 

 

1

1

 

 

2

Verviers

3

 

 

2

1

 

 

3

Veurne

3

 

 

 

2

 

1

3

Totaal

106

12

0

48

24

12

10

106

Tabel 2.

Aantal dossiers aanhangig bij de parketten waarbij het Agentschap is betrokken (exclusief radioactieve bliksemafleiders).

Parket/Auditoraat

total

2005

2006

2007

2008

2009

2010

totaal

Brussel

4

 

 

2

1

1

 

4

Charleroi

4

 

1

 

1

1

1

4

Dendermonde

2

 

1

1

 

 

 

2

Gent

2

 

 

1

 

1

 

2

Hoei

1

 

 

 

 

1

 

1

Kortrijk

1

 

 

 

 

1

 

1

Leuven

3

 

2

1

 

 

 

3

Luik

6

4

2

 

 

 

 

6

Doornik

1

1

 

 

 

 

 

1

Federaal parket

1

 

1

 

 

 

 

1

Totaal

25

5

7

5

2

5

1

25

2. Alle tussenkomsten van het Agentschap bij de parketten in het kader van de opsporing van illegale radioactieve bliksemafleiders, vermeld tabel 1, waren het resultaat van een inspectie van het Agentschap die uitging van een initiatief van het Agentschap. De aanleiding die geleid heeft tot de overige tussenkomsten, vermeld in tabel 2, kan als volgt worden ingedeeld:

aanleiding van de tussenkomst vanwege het Agentschap

aantal

geplande inspectie

13

niet-geplande inspectie na incidentmelding

5

niet-geplande inspectie na klachtmelding

4

tussenkomst op vraag van het parket

3

totaal

25

3. Er zijn geen specifieke aankopen verricht in het kader van deze tussenkomsten. De gemaakte uitgaven omvatten enkel de directe en indirecte kosten die verbonden zijn aan de inzet van personeel (zie vraag 5). Er werden geen uitgaven doorgerekend als gerechtskosten.

4. De personeelsleden bekleed met de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie maken deel uit van verschillende diensten in het organogram van het Agentschap. In het nieuwe organogram dat in 2007 werd ingevoerd, zijn de verantwoordelijkheidsgebieden van de verschillende diensten thematisch afgebakend volgens de aard van de inrichting of de verrichting waarop zij het toezicht uitoefenen, zoals de nucleaire basisinrichtingen, de geneeskundige toepassingen en de transportverrichtingen. Binnen eenzelfde dienst worden alle toezichtfuncties uitgeoefend. In deze optiek werd er afgestapt van de vroegere organisatorische scheiding tussen de vergunningverlening en de inspecties in afzonderlijke diensten. Dit verklaart waarom de inspecteurs van het Agentschap, inclusief de personeelsleden met politionele bevoegdheid, voortaan geïntegreerd zijn in de equipes van de verschillende diensten. Zij blijven echter formeel bevoegd om op te treden over het ganse nationale grondgebied en in alle toepassingsdomeinen, los van de dienst waaraan zij verbonden zijn. Niet alle inspecteurs hebben overigens politionele bevoegdheid.

De tussenkomsten vermeld in de tabellen 1 en 2 werden verzekerd door tien personeelsleden die de hoedanigheid kunnen inroepen van officier van gerechtelijke politie, zes Nederlandstaligen en vier Franstaligen. Onder hen bevonden zich vier burgerlijk ingenieurs, drie industrieel ingenieurs, twee dokters in de geneeskunde en één licentiaat in de wetenschappen. De betrokken personeelsleden hebben specifieke opleidingen gevolgd om de vaardigheden en technieken die bij hun functie hoort correct te kunnen uitoefenen, zoals over de beginselen van het strafrecht, verhoor- en communicatietechnieken. Uit de verstrekte inlichtingen mag blijken dat de opdrachten van politionele aard slechts een fractie uitmaken van het totale werkvolume van de tien betrokken personeelsleden. Volgens een ruwe raming kan het effectieve werkvolume begroot worden op één fulltime equivalent per jaar.

5. Gebaseerd op de raming van één fulltime equivalent per jaar en rekeninghoudend met de loonschalen van de betrokken medewerkers, kunnen de jaarlijkse kosten worden geraamd op 185 000 euro voor deze activiteit. Dit bedrag is als volgt samengesteld: