Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5440

van Fabienne Winckel (PS) d.d. 1 februari 2012

aan de staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister, en staatssecretaris voor de Regie der gebouwen, toegevoegd aan de minister van Financiën en Duurzame Ontwikkeling, belast met Ambtenarenzaken

Federale Openbare Diensten - Gebouwen - Huurcontracten - Heronderhandeling - Vermindering van de oppervlakte per ambtenaar - Gebouwen waar werken moeten plaatsvinden - Kosten

ministerie
Regie der Gebouwen
huurovereenkomst

Chronologie

1/2/2012Verzending vraag
27/3/2013Antwoord

Vraag nr. 5-5440 d.d. 1 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Frans)

De Regie der Gebouwen zou met een programma gestart zijn om de bezetting van de kantoorgebouwen door de federale openbare diensten te optimaliseren. De ambtenaren zouden over een kleiner aantal gebouwen worden verdeeld en de kantooroppervlakte zou met gemiddeld 25 à 30% verminderen. De oppervlakte per ambtenaar zou geleidelijk aan worden teruggebracht van 20 tot 13,50 vierkante meter.

Tegelijkertijd zou de Regie opnieuw onderhandelen over belangrijke met privépartners gesloten huurcontracten.

Dankzij die operaties zouden verschillende miljoenen euro bespaard worden.

Volgens de pers zouden twee gebouwen onmiddellijk ingericht worden: de zetel van de Regie der Gebouwen aan de Gulden Vlieslaan in Brussel en het Eurostation op het Victor Hortaplein, eveneens in Brussel.

Kan de oppervlakte zomaar voor alle functies van het federale openbaar ambt verminderd worden? Zult u ervoor zorgen dat geen enkel kantoor een oppervlakte van minder dan 13,50 vierkante meter zal beslaan? Welke andere gebouwen komen in aanmerking voor werken? Hoeveel zullen de werken voor de vermindering van de oppervlakte kosten? Hoe zouden de kosten voor de werken en de vermindering van de huur zich verhouden, mochten de gerenoveerde gebouwen op het einde van het contract niet opnieuw worden verhuurd?

Antwoord ontvangen op 27 maart 2013 :

De norm van 13,5 m² (primaire oppervlakte) per voltijds equivalent die alleen maar de bureel oppervlakten betreffen is van toepassing op het voltallige personeel van de federale overheid. Ze maakt het mogelijk om een maximale beschikbare oppervlakte vast te leggen voor de huisvesting van de bezettende diensten. Het is aan de bezetter om deze oppervlakte toe te kennen aan de verschillende functies binnen zijn organisatie. De daadwerkelijk ter beschikking gestelde oppervlakte per werkpost houdt dus verband met de inrichtingskeuzes van de bezettende dienst zelf. De norm wordt toegepast telkens als er een aanvraag voor nieuwe huisvestingen of herhuisvestingen (inhuringen en constructies) is gedaan.

Momenteel loopt er een onderzoek met het oog op de monitoring van een twintigtal gebouwen over het ganse grondgebied, goed voor zo'n 1 000 000 m2. Deze gebouwen krijgen dus voorrang bij de haalbaarheidsstudie betreffende de optimalisering van de gebruikte oppervlakten.

Deze dossiers (met inbegrip van de hoofdzetel van de Regie) worden momenteel bestudeerd door de Regie der Gebouwen en de kostenramingen van de werken zijn nog aan de gang.

In functie van de terugverdientijd van de investeringen die vergeleken wordt met de resterende looptijd van het huurcontract, moet de te verrichten kosten-batenanalyse voor ieder gebouw aantonen of het al dan niet opportuun is om herinrichtingswerken uit te voeren in elk van deze gebouwen.