Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-493

van Lieve Maes (N-VA) d.d. 3 december 2010

aan de vice-eersteminister en minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid

Negatieve loonindexering - Toepassing - Startpositie nieuwe loononderhandelingen

loonindexering
sociale dialoog

Chronologie

3/12/2010Verzending vraag
26/4/2011Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-494

Vraag nr. 5-493 d.d. 3 december 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Door de negatieve inflatie en de toepassing van de daarop volgende negatieve loonindexering was het mogelijk dat de lonen van de werknemers begin 2010 daalden. Enkele sectoren, waaronder de bouwsector, bosontginning, houthandel, zagerijen en papier- en kartonbewerking, lieten op voorhand weten dat ze de negatieve loonindexering niet zouden toepassen.

Tijdens contacten met het bedrijfsleven vernam ik dat sommige bedrijven die aanvankelijk van plan waren de maatregel toch door te voeren, dat uiteindelijk niet gedaan hebben om sociale onrust te voorkomen.

Om die redenen had ik graag volgende vragen beantwoord gezien:

1) Heeft de minister er zicht op hoeveel bedrijven deze loonindexering niet toepasten? Zijn er verschillen merkbaar tussen de sectoren? Graag kreeg ik een overzicht per gewest.

2) Wordt dit meegenomen in de nieuwe berekeningen en in het nieuwe sociaal overleg? Kan een bedrijf dat de negatieve indexatie niet uitvoerde dat bij een volgende indexsprong toch nog compenseren? Zo ja, hoe gebeurt dat in de praktijk? Is dat controleerbaar?

Antwoord ontvangen op 26 april 2011 :

Gelieve hierna het antwoord op de gestelde vragen te vinden :

Alvorens in te gaan op uw vragen, is het van belang uit te leggen hoe de sectoren, ondergebracht in paritaire comités, een loonindexatie toepassen. De indexering van de lonen in de privésector is immers een louter gevolg van de collectieve arbeidsovereenkomsten (CAO’s) die overeengekomen worden tussen sociale partners in de diverse paritaire comités; het is niet de wetgever of de overheid die deze systemen oplegt.

Er bestaan verschillende manieren waarop loonindexatie kan worden toegepast. In België hebben de paritaire comités met de daarin zetelende sociale partners het autonome recht om te beslissen welk indexatiemechanisme zij toepassen en welke index hieraan gekoppeld wordt.

Dit betekent in de praktijk dat er grote verschillen bestaan tussen de verschillende paritaire comités. Toch kan men twee types van indexatiemechanismen onderscheiden.

Ten eerste bestaat er een systeem van vaste loonindexatie op een vooraf afgesproken datum. Het meest voorkomende geval is een loonindexatie op 1 januari.

Ten tweede kan men de lonen koppelen aan een spilindex, waardoor lonen geïndexeerd worden wanneer de spilindex-grens overschreden wordt.

Gezien de verschillen tussen de paritaire comités neemt dit antwoord niet alleen (negatieve) loonindexaties van begin 2010 in rekening, maar ook deze vanaf augustus 2008, aangezien vanaf die periode de index van de consumptieprijzen daalde als gevolg van de financiële crisis.

Mijn departement houdt geen statistieken bij op ondernemingsniveau. Aangezien de sectorale CAO’s bovendien meestal slechts minimumnormen opleggen, is het perfect mogelijk dat een onderneming de negatieve indexering die een sector-CAO zou toelaten, niet toepast.

De paritaire (sub)comités zijn opgedeeld per bevoegdheidsdomein. Bij slechts enkele komt dit overeen met de gewestgrenzen.

Een overzicht op sectorniveau toont dat 35 paritaire (sub)comités een negatieve loonindexatie hebben toegepast.

Bovendien hebben 2 paritaire (sub)comités besloten om in eerste instantie geen negatieve loonindexatie toe te passen, maar dit op een later tijdstip toch te doen.

Er zijn daarnaast 22 paritaire (sub)comités die besloten hebben gedurende de gehele referentieperiode de negatieve loonindexatie niet door te voeren.

Een overzichtslijst van de paritaire (sub)comités die te maken hadden met negatieve loonindexatie bevindt zich in de bijgevoegde bijlagen I, II en III. De indeling is gebeurd op basis van hun beslissing.

Een paritair comité kan autonoom beslissen of en hoe men rekening wenst te houden met het niet uitvoeren van een negatieve loonindexatie.

Bij de sectoren met een vaste indexatiedatum wordt in principe de indexatie berekend door de lonen te vermenigvuldigen met een breuk. In de teller van deze breuk staat de huidige gezondheidsindex. In de noemer staat de gezondheidsindex die van toepassing was tijdens de vorige indexatie. Indien een indexatie vorige keer niet werd uitgevoerd omdat ze negatief was, blijft de noemer behouden. Aldus houdt de huidige indexatie rekening met de volledige evolutie van de gezondheidsindex sinds de laatste doorgevoerde indexatie.

Anderzijds zijn er een belangrijk aantal sectoren die indexeren bij het overschrijden van de (sector-eigen) spilindex grenzen, zowel bij een stijging van de gezondheidsindex boven de plafond-spilindex als bij een daling onder de bodem-spilindex. Wanneer het paritair comité besluit een negatieve indexatie niet door te voeren bij een daling onder de bodem-spilindex, hoeft zij nadien de lonen niet opnieuw aan te passen indien de gezondheidindex weer boven de oorspronkelijke bodem-spilindex komt. Dit gebeurt pas wanneer de gezondheidindex boven de oorspronkelijke plafond-spilindex stijgt.

Uit de praktijk blijkt dat een aantal paritaire comités beslissen de eerstvolgende positieve loonindexatie met een aantal maanden uit te stellen. Deze periode komt volledig of gedeeltelijk overeen met het aantal maanden dat er geen verlaagde lonen doorgevoerd zijn, als compensatie voor de niet uitvoering van de negatieve indexering van de lonen. De lijst van deze sectoren bevindt zich in bijlage IV.

Binnen het sociaal overleg nemen loonindexeringen een belangrijke plaats in. De maximale marge, incl. indexeringen, waarmee lonen mogen stijgen voor een periode van twee jaar, wordt in principe vastgelegd in een interprofessioneel akkoord of bij afwezigheid in een koninklijk besluit op basis van de wet van 26 juli 1996.

De groep van 10 bepaalt deze marge aan de hand van de verwachte loonkostevolutie bij onze buurlanden.

Bijlage I: Paritaire (Sub)Comités die een negatieve loonindexatie hebben toegepast gedurende de referentieperiode:

Nummer Paritair (Sub) Comité

Naam Paritair (Sub)Comité

Datum toegepaste negatieve loonindexatie

102.09

Paritair Subcomité voor het bedrijf van de groeven van niet uit te houwen kalksteen en van de kalkovens, van de bitterspaatgroeven en -ovens op het gehele grondgebied van het Rijk

01/08/2009

106.01

Paritair Subcomité voor de cementfabrieken

01/10/2009 01/09/2009 01/08/2009 01/07/2009 01/06/2009 01/05/2009 01/12/2008

110.00

Paritair Comité voor de textielverzorging

01/01/2010

112.00

Paritair Comité voor het garagebedrijf

01/02/2010

117.00

Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel

01/10/2009 01/09/2009 01/08/2009 01/07/2009 01/06/2009 01/05/2009 01/12/2008

118.00

Paritair Comité voor de voedingsnijverheid

01/01/2010

119.00

Paritair Comité voor de handel in voedingswaren

01/01/2010

121.00

Paritair Comité voor de schoonmaak

01/01/2010 01/07/2009

136.00

Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking - Fabricage van papieren buizen

01/01/2010 01/10/2009 01/07/2009

139.00

Paritair Comité voor de binnenscheepvaart – Sleepdiensten

01/08/2009

140.00

Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek - Verhuisondernemingen - Niet voor het garagepersoneel

01/11/2009

140.01

Paritair Subcomité voor de autobussen en autocars – Garagepersoneel

01/02/2010

140.03

Paritair Subcomité voor het wegvervoer en logistiek voor rekening van derden – Garagepersoneel

01/02/2010

142.01

Paritair Subcomité voor de terugwinning van metalen

01/01/2010

142.04

Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten

01/01/2010

144.00

Paritair Comité voor de landbouw

01/01/2010

145.00

Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf

01/01/2010

148.01

Paritair Subcomité voor de haarsnijderijen

01/01/2010 01/10/2009 01/07/2009

148.05

Paritair Subcomité voor de pelslooierijen

01/09/2009 01/07/2009

149.01

Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie

01/01/2010

149.02

Paritair Subcomité voor het koetswerk

01/02/2010

149.03

Paritair Subcomité voor de edele metalen

01/02/2010

149.04

Paritair Subcomité voor de metaalhandel

01/02/2010

204.00

Paritair Comité voor de bedienden uit de porfiergroeven van het kanton van Lessen, van Bierk-bij-Halle en van Quenast

01/10/2009 01/07/2009

216.00

Paritair Comité voor de notarisbedienden

01/01/2010 01/09/2009 01/08/2009 01/07/2009 01/06/2009

218.00

Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden

01/01/2010

220.00

Paritair Comité voor de bedienden uit de voedingsnijverheid

01/01/2010

227.00

Paritair Comité voor de audiovisuele sector

01/08/2009

302.00

Paritair Comité voor het hotelbedrijf

01/01/2010

306.00

Paritair Comité voor het verzekeringswezen

01/01/2010

308.00

Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie

01/11/2009 01/09/2009 01/07/2009 01/05/2009

309.00

Paritair Comité voor de beursvennootschappen

01/11/2009 01/09/2009 01/07/2009 01/05/2009

310.00

Paritair Comité voor de banken

01/11/2009 01/09/2009 01/07/2009 01/05/2009

326.00

Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf

01/10/2009 01/09/2009

333.00

Paritair Comité voor toeristische attracties

01/01/10

Bijlage II: Paritaire (Sub)Comités die in eerste instantie niet en nadien wel een loonindexatie hebben toegepast gedurende de referentieperiode:

Nummer Paritair (Sub) Comité

Naam Paritair (Sub)Comité

Datum niet toegepaste negatieve loonindexatie

Datum toegepaste negatieve loonindexatie

109.00

Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf

01/10/2009

01/04/2010

215.00

Paritair Comité voor de bedienden van het kleding- en confectiebedrijf

01/10/2009

01/04/2010

Bijlage III: Paritaire (Sub)Comités die een negatieve loonindexatie niet hebben toegepast gedurende de referentieperiode

Nummer Paritair (Sub) Comité

Naam Paritair (Sub)Comité

Datum niet toegepaste negatieve loonindexatie

102.07

Paritair Subcomité voor het bedrijf der kalksteengroeven, cementfabrieken en kalkovens van het administratief arrondissement Doornik

01/10/2009

102.08

Paritair Subcomité voor het bedrijf der marmergroeven en -zagerijen op het gehele grondgebied van het Rijk

01/07/2009

113.04

Paritair Subcomité voor de pannenbakkerijen

01/01/2010 01/07/2009 01/10/2009

120.02

Paritair Subcomité voor de vlasbereiding

03/08/2009 06/07/2009

125.01

Paritair Subcomité voor de bosontginningen

01/01/2010 01/10/2009 01/07/2009

125.02

Paritair Subcomité voor de zagerijen en aanverwante nijverheden

01/01/2010 01/10/2009 01/07/2009

125.03

Paritair Subcomité voor de Houthandel

01/01/2010 01/10/2009 01/07/2009

128.00

Paritair Comité voor het huiden- en lederbedrijf en vervangingsproducten

01/07/2009

128.01

Paritair Subcomité voor de leerlooierij en de handel in ruwe huiden en vellen

01/07/2009

128.02

Paritair Subcomité voor de schoeiselindustrie, de laarzenmakers en de maatwerkers

01/07/2009

128.03

Paritair Subcomité voor het marokijnwerk en de handschoennijverheid

01/07/2009

128.05

Paritair Subcomité voor de zadelmakerij, de vervaardiging van riemen en industriële artikelen in leder

01/07/2009

128.06

Paritair Subcomité voor de orthopedische schoeisels

01/07/2009

133.00

Paritair Comité voor het tabaksbedrijf

01/01/2010 01/10/2009 01/07/2009

136.00

Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking - Papier- en kartonbewerking

01/07/2009

140.00

Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek - Afhandeling op de luchthavens

01/01/2010

140.03

Paritair Subcomité voor het wegvervoer en logistiek voor rekening van derden - Niet voor het garagepersoneel

01/01/2010

143.00

Paritair Comité voor de zeevisserij

01/10/2009

203.00

Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven

01/09/2009

222.00

Paritair Comité voor de bedienden van de papier- en kartonbewerking

01/07/2009

313.00

Paritair Comité voor de apotheken en tarificatiediensten

01/06/2009

323.00

Paritair Comité voor het beheer van gebouwen, de vastgoedmakelaars en de dienstboden

01/01/2010

Bijlage IV: Paritaire (Sub)Comités die een positieve loonindexatie uitstellen als compensatie voor het niet uitvoeren van de voorgaande negatieve indexering(en)

Nummer Paritair (Sub) Comité

Naam Paritair (Sub)Comité

Datum niet toegepaste positieve loonindexatie

Aantal maanden uitstel van de positieve indexering

Vergelijking uitstel positieve indexering / niet uitvoering negatieve indexering

120.02

Paritair Subcomité voor de vlasbereiding

05/04/2010

8 maanden

even lang

125.01

Paritair Subcomité voor de bosontginningen

01/04/2010

3 maanden

korter

125.02

Paritair Subcomité voor de zagerijen en aanverwante nijverheden

01/04/2010

3 maanden

korter

125.03

Paritair Subcomité voor de Houthandel

01/04/2010

3 maanden

korter

133.00

Paritair Comité voor het tabaksbedrijf

01/04/2010

3 maanden

korter

203.00

Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven

01/09/2009

5 maanden

even lang