BOB-Zomercampagne - Regionale verschillen in het aantal alcoholtests - Hoge aantal tests in de provincie Antwerpen
verkeersveiligheid
alcoholisme
bewustmaking van de burgers
politiecontrole
regionale verschillen
23/12/2011 | Verzending vraag |
6/3/2012 | Antwoord |
Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3136
De BOB-zomervakantie liep tussen 10 juni en 29 augustus 2011. Er werden ruim 160 000 ademtests afgenomen. Onderstaande tabel correleert het aantal inwoners (afgeronde aantallen) van de gewesten aan de cijfers van de alcoholtests per gewest.
inwoners aandeel controles aandeel verschil
Vlaams G: 6 000 000 60 % 121 578 74 % 14 %
Waals G: 3 000 000 30 % 39 259 24 % -6 %
BHG: 1 000 000 10 % 3 811 2 % -8 %
10 000 000 100 % 164 648 100 %
De tabel geeft duidelijk aan dat de BOB-campagne relatief veel intensiever in het Vlaams Gewest wordt gevoerd (14 % meer) dan in Wallonië (-6 %) en Brussels Hoofdstedelijk Gewest (-8 %).
Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:
1) Hoe verklaart de minister het grote verschil in de intensiteit waarmee de alcoholtests worden afgenomen in de verschillende gewesten, zijnde 20 % tussen Vlaanderen en Wallonië en zelfs 22% tussen Vlaanderen en Brussels Hoofdstedelijk Gewest?
2) Waar men in Wallonië nog kan veronderstellen dat de relatief grote uitgestrektheid, de lage bevolkingsdichtheid en het relatief hoger aantal kleine politiekorpsen redenen zijn van het geringer aantal alcoholtests, geldt het tegendeel voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Waarom scoort uitgerekend het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het slechtst, hoewel de tests er veruit het eenvoudigst te organiseren zijn? De concentratie van de horeca is er het hoogst en de politiekorpsen beschikken er over veel middelen. Kortom, de alcoholtests kunnen met grote efficiëntie worden georganiseerd.
3) Hoe verklaart de minister dat de provincie Antwerpen alleen al goed is voor 30 % van alle alcoholcontroles?
Het geacht lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.
De drie gewesten zijn zowel geografisch, als op het vlak van de politieorganisatie verschillend. Bovendien heeft elke gewest zijn eigen karakteristieken.
Wallonië is gekend voor zijn lage(re) bevolkingsdichtheid, een lagere verkeersdensiteit, minder verkeersongevallen en meer kleinere politiekorpsen dan in Vlaanderen en Brussel.
Als Europese hoofdstad is Brussel wat haar betreft regelmatig de ontmoetingsplaats van de EU-landen en is zij symbolisch ook de plaats bij uitstek voor manifestaties.
Al deze elementen kunnen een rol hebben gespeeld bij het aantal uitgevoerde ademtesten tijdens de BOB-campagnes in de zomer.
Brussel is gekend voor zijn vele kleine en grote manifestaties en daarnaast zijn er de bijeenkomsten in het kader van de EU. Al deze evenementen vragen van de Brusselse politiezones zeer veel capaciteit en dit gaat ten koste van onder andere het aantal uitgevoerde alcoholcontroles.
Naast het probleem van capaciteit dient ook aandacht te worden besteed aan de manier van controleren. Een kwalitatieve controle vereist naast de afname van een ademtest, de controle van de boorddocumenten en inzittenden. Het is duidelijk dat een dergelijke controle meer tijd in beslag neemt dan enkel de afname van een ademtest.
Een laatste mogelijke reden kan het hoge aantal positieve bestuurders zijn en dit door het uitvoeren van gerichte controles. In deze gevallen dient de volledige alcoholprocedure te worden overlopen, wat ten koste gaat van het totale aantal afgenomen ademtesten.
In de meeste politiezones van de provincie Antwerpen wordt het principe “botsen is blazen” toegepast, waarbij van iedere partij betrokken in een verkeersongeval, een ademtest wordt afgenomen.
Bovendien is er gedurende het ganse jaar aandacht voor de problematiek van het rijden onder invloed, waarbij de geplande controles gelijkmatig over het ganse jaar – en dus ook tijdens de zomermaanden - worden gespreid.
Deze maatregelen kunnen dus een verklaring zijn voor het hoge aantal afgenomen ademtesten in die provincie.