Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-3727

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 16 november 2011

aan de minister van Justitie

Verkeersovertredingen - Identificatie daders - Bewijslast - Youtubefilmpje - Aanpassing juridische kaders

overtreding van het verkeersreglement
bewijs
snelheidsvoorschriften

Chronologie

16/11/2011Verzending vraag
2/12/2011Antwoord

Vraag nr. 5-3727 d.d. 16 november 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Recent meldden de media dat een snelheidsduivel een filmpje op Youtube postte, waarin opnames van zijn snelheidsovertredingen. Omwille de exclusiviteit van zijn wagen, zou een identificatie mogelijk zijn.

Hierover de volgende vragen:

1) Kunnen filmpjes, bijvoorbeeld zoals gepost op Youtube, dienen als bewijslast bij de veroordeling van snelheidsovertredingen? Welke juridische kaders kunnen en moeten hieromtrent worden toegepast?

2) Zijn er tot op heden al casussen waarin dit soort bewijslast door de rechtbank werd aanvaard?

3) Dringen zich hier nieuwe wetgevende initiatieven op en zo ja welke en waarom?

4) Beschikt de geachte minister al over voorstellen hieromtrent? Zo ja, welke en in welk tijdspad?

Antwoord ontvangen op 2 december 2011 :

1. Het strafprocesrecht wordt gekenmerkt door het beginsel van de vrije bewijslevering. Dit houdt in dat, behalve in de gevallen waarin de wet op beperkende wijze een bijzonder bewijsmiddel voorschrijft, het bewijs of het tegenbewijs in verband met een strafbaar feit mag worden geleverd via alle bewijsmiddelen. Ook wanneer de wet in het kader van bepaalde misdrijven specifiek bepaalde bewijsmiddelen vooropstelt, sluit dit niet uit dat het bewijs van het misdrijf ook via alle andere elementen kan worden geleverd.

De rechter beoordeelt in beginsel volkomen vrij de bewijswaarde van de gegevens in het strafdossier.

Het Hof van Cassatie voegt hieraan toe dat deze vrije beoordeling geldt voor zover het gaat om regelmatig ingewonnen bewijselementen, die aan de tegenspraak van partijen werden onderworpen.

De rechter kan bewijs, zoals beeldmateriaal, dat op onrechtmatige wijze verkregen is, enkel nog uitsluiten indien de onrechtmatigheid de betrouwbaarheid van het bewijs heeft aangetast of het gebruik van het bewijs in strijd is met het recht op een eerlijk proces.

De rechter ten gronde, voor wie de zaak in voorkomend geval wordt gebracht, zal de bewijswaarde moeten beoordelen van het desbetreffende filmpje, dat eventueel met andere bewijsmiddelen kan worden aangevuld.

2. Ik beschik niet over statistische gegevens ter zake.

3 en 4. De algemene principes m.b.t. de vrije bewijswaardering door de rechter ten gronde vinden onverminderd toepassing. Een wetswijziging wordt niet opportuun geacht.