Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-3084

van Guido De Padt (Open Vld) d.d. 16 september 2011

aan de minister van Justitie

Verkeersreglement - Sancties - Uitvoering

verkeersveiligheid
overtreding van het verkeersreglement
gerechtelijke vervolging
strafsanctie
voltrekking van de straf

Chronologie

16/9/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-3085
Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4020

Vraag nr. 5-3084 d.d. 16 september 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Peter D'Hondt, politierechter in Dendermonde, verklaarde tijdens het middagjournaal van de VRT op maandag 29 augustus 2011 dat de straffen zoals die vastgelegd zijn in de wegcode voor verkeersovertredingen volstaan. Maar die straffen moeten volgens hem vooral beter worden opgevolgd.

D'Hondt reageerde met zijn uitspraken op de resultaten van een Europees onderzoek. Daaruit bleek dat Belgen het vaakst onder invloed van alcohol of drugs rijden bij ongevallen met zwaargewonden. Sensibilisering alleen is dus niet voldoende volgens de politierechter. Dat moet gepaard gaan met een behoorlijk vervolgingsbeleid, opsporing en bestraffing. De uitvoering van straffen, ook bij verkeersovertredingen, is volgens de politierechter problematisch. Bij verkeersovertredingen is het echter belangrijk heel kort op de bal te kunnen spelen.

De politierechter pleitte ook voor het optrekken van de verjaringstermijn op verkeersinbreuken. Nu ligt die bij gewone inbreuken op de wegcode op één jaar. Maar blijkbaar ontsnappen een hele reeks verkeersovertreders momenteel aan bestraffing. Daarom is hij voorstander van een verjaringstermijn van drie jaar, zoals die nu al geldt voor het rijden onder invloed van alcohol of drugs.

D'Hondt pleitte ook voor een veralgemening van het verval van het recht op besturen. Volgens de politierechter moet de mogelijkheid om het rijbewijs in te trekken ook in andere dan verkeerszaken opgelegd kunnen worden.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Beschikt de staatssecretaris over cijfergegevens voor 2008, 2009, 2010 en de eerste helft van 2011 betreffende het aantal en de aard van de uitgesproken straffen voor verkeersovertredingen in ons land, eventueel opgesplitst per arrondissement? Kan hij ook meedelen over welke overtredingen het precies ging?

2) Deelt de staatssecretaris de mening van de politierechter dat de uitvoering van de straffen voor verkeersovertredingen problematisch is? Kan hij zijn standpunt beargumenteren met het nodige cijfermateriaal? Kan de staatssecretaris bijvoorbeeld meedelen hoeveel verkeersovertreders in dezelfde periode niet tijdig bestraft konden worden en dus vrijuit gingen wegens verjaring? Acht hij het optrekken van de verjaringstermijn een gepaste maatregel? Of lijkt een efficiëntere afhandeling van verkeersovertredingen hem een betere optie? Hoe wil hij die mogelijkheid dan praktisch uitwerken?

3) Zien de staatssecretaris en de minister heil in de mogelijkheid het verval tot het recht op sturen ook mogelijk te maken voor andere inbreuken tegen de wetgeving dan de verkeerswetgeving? Zo ja, voor welke inbreuken zou dit volgens hen ook mogelijk moeten zijn en waarom?