Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2853

van Bart Tommelein (Open Vld) d.d. 27 juli 2011

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen

Vrije radio's - Playlists - Gebrek aan transparantie - Correct uitkeerbeleid vanwege de beheersvennootschappen

radiouitzending
lokale media
privé-media
auteursrecht

Chronologie

27/7/2011Verzending vraag
21/11/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2853 d.d. 27 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Infra een mail die recent werd rondgezonden naar diverse artiesten vanwege de Belgische Vereniging van Auteurs, Componisten en Uitgevers (SABAM):

"Zoals u weet zijn er ongeveer 200 radio's in België, waaronder de welgekende grotere radio's en de wat minder gekende lokale radio's. De 30 grote radiozenders bezorgen ons dag in dag uit hun playlists, waarmee we een correcte verdeling kunnen doen naar de rechthebbenden van de werken die effectief gedraaid worden. De resterende 170 kleinere, lokale radiozenders zijn niet of zeer moeilijk in staat om ons hun nauwkeurige playlists te bezorgen. Om de rechten die deze radio's betalen zo correct mogelijk te kunnen verdelen, werden er in het verleden, conform het algemeen reglement, tot en met 2009 het hele jaar door steekproeven uitgevoerd. Ook hebben we in het verleden de mogelijkheid geboden aan lokale artiesten om zelf te melden wanneer ze werden gevraagd om in programma's van lokale radio's op te treden. Omdat dit systeem van "signalisatie" tot een te brede interpretatie leidde en oorzaak van misbruiken kon zijn, hebben we beslist om daar van af te stappen. Ondertussen hebben interne analyses op basis van de gevoerde steekproeven aangetoond dat het repertoire uitgezonden op lokale radio's voor 70 % overeenstemt met wat wordt uitgezonden op nationale zenders. Om u niet dus langer dan nodig te doen wachten hebben we besloten om in 2010 bij wijze van overgang het budget van de lokale radio's te verdelen op basis van alle programma's waarover we beschikken. Voor de toekomst zullen we ons voor het jaar 2011 zowel op de playlists van 6 lokale radio's als op steekproeven uitgevoerd bij alle andere radiostations baseren.".

Deze gang van zaken kan niet door de beugel. De geïnde rechten moeten correct worden uitbetaald aan de rechthebbenden, zo niet begeeft SABAM zich juridisch op glad eis. De oplossing is geenszins bijzonder ingewikkeld en technisch onhaalbaar zoals Sabam aangeeft. In Nederland slaagt men erin de geïnde rechten 99% correct te verdelen aan de juiste rechthebbenden en dit zonder rompslomp van playlists of "vogelpik" schattingen. Via audio fingerprinting kan de Nederlandse evenknie van SABAM de gespeelde liedjes op alle radiofrequenties veel correcter toewijzen. Bovendien kan het systeem reruns doen, wat discussies achteraf vermijdt. Wat in Nederland kan moet ook bij ons kunnen.

Graag had ik hieromtrent dan ook volgende vragen voorgelegd:

1) Hoe reageert de geachte minister op de vaststelling dat Sabam en de andere beheersvennootschappen het niet erg vinden om wat betreft de toewijzing van de geïnde rechten naar de auteurs toe tot 30 % van de liedjes die gespeeld worden op de diverse vrije radio's op basis van eigen controversiële schattingen toe te wijzen? Heeft hij of zijn departement hieromtrent reeds klachten ontvangen? Is hij bereid bij te sturen?

2) Kan hij oplijsten hoe men het probleem van playlists op vrije radio's in het buitenland benadert en meent hij niet dat enkele van de aldaar gebruikte oplossingen hier ook kunnen worden toegepast? Zo neen, waarom niet? Zo ja, is hij bereid hieromtrent te overleggen met de betrokken beheersvennootschappen?

3) Hoe reageert hij op de mogelijkheid om audio fingerprinting aan te wenden om exacte playlists te bekomen van de vrije radio's en aldus de geïnde rechten correct te kunnen uitkeren? Kan dit uitvoerig worden toegelicht?

Antwoord ontvangen op 21 november 2011 :

1) Een verdeling van auteursrechten door een beheersvennootschap geschiedt nooit 100 % exact. Er dient steeds te worden overgegaan tot een kosten-batenanalyse tussen de te verdelen bedragen en de verdelingskosten.

Wat betreft de berekening van de verdeling van de in 2010 door radio’s betaalde rechten, heeft de Belgische vereniging van auteurs (SABAM) inderdaad besloten zich enkel te baseren op de werken uitgezonden door de nationale en de regionale radio’s, ondanks het feit dat 30 % van de programmering door lokale radio’s van de programmering door nationale of regionale radio’s zou verschillen. Om die 30 % op te vangen heeft SABAM tot en met 2009 een steekproef van één dag per maand bij de lokale radio’s uitgevoerd, alsook het systeem van “signalisaties” door de rechthebbende ingevoerd.

Uit de gegevens waarover de Controledienst beschikt blijkt dat 95,54 % van de radio-inkomsten van SABAM van de nationale en de regionale radio’s komen. De lokale radio’s vertegenwoordigen dus slechts 4,45 % van de radio-inkomsten die SABAM na aftrek van haar kosten aan de auteurs over zal maken. De 30 % heeft dus enkel betrekking op 4,45 % van de radio-inkomsten, waardoor ze in werkelijkheid slechts 1,33 % zou vertegenwoordigen, wat neerkomt op een bedrag van 68 795 euro.

Na aftrek van SABAM’s kosten en na verdeling onder de talrijke rechthebbenden blijken de betrokken bedragen bescheiden te zijn. Dit verklaart mogelijk ook waarom zowel SABAM als de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie, tot nog toe enkel één en dezelfde klacht ontvangen hebben. Het onderzoek van de Controledienst hieromtrent is momenteel nog lopende.

Deze zaak is ook momenteel nog hangende voor de rechtbank. Het geachte lid zal begrijpen dat ik me hierover niet kan uitspreken.

2) en 3) Harmonisatie en internationale samenwerking tussen de diensten welke op de vennootschappen voor het beheer van auteursrechten controle uitoefenen, zijn momenteel nog ver te zoeken, waardoor het niet gemakkelijk is een dergelijke vraag te beantwoorden.

De raadpleging van de websites van de zustermaatschappijen van SABAM in Nederland, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland bevestigt het uitblijven van harmonisering. Voor sommige maatschappijen is de specificiteit van de programmering van de lokale radio’s een onderwerp, terwijl anderen het nut niet inzien van dit onderwerp aan te snijden. Wat de manier betreft om deze specificiteit te weerspiegelen, is er geen éénduidig antwoord. De voor zowel auteurs als radio-omroepen geldende verplichtingen tot rapportering en de meningen over de betrouwbaarheid van deze rapportering lopen uiteen. De tendens om eerder te vertrouwen op aangiftes van radio-omroepen schijnt echter naar voren te komen. Het onderscheid binnen de radio-omroepbedrijven tussen de lokale en de overige radio’s en de gevolgen uit het behoren tot de categorie ‘lokale radio’s’ verschillen eveneens aanzienlijk.

Met betrekking tot Nederland blijkt uit de gegevens waarover de Controledienst beschikt dat BUMA/STEMRA een stuk hardware gebruikt dat “SOUNDWARE” heet en toelaat werken te identificeren op basis van “audio fingerprinting”. Gezien de kosten wordt dit systeem slechts voor de nationale radio’s toegepast. Voor de regionale en de lokale radio’s wordt de “audio fingerprinting” alleen voor generieken en jingles gebruikt. Bijgevolg laat het Nederlandse systeem, in tegenstelling met wat het geachte lid zegt, niet onmiddellijk toe om het probleem te regelen van de specificiteit van de programmering van de lokale radio’s.

Het lijkt mij niettemin aangewezen dat beheersvennootschappen in binnen- en buitenland blijvend aandacht besteden aan de mogelijkheden van een digitale registratie van afgespeelde nummers.