Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2801

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 19 juli 2011

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen

Controledienst van de beheersvennootschappen van de auteursrechten - Werking

auteursrecht

Chronologie

19/7/2011Verzending vraag
12/9/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2801 d.d. 19 juli 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In zijn antwoord op mijn schriftelijke vraag 5-2300 gaat de geachte minister dieper in op de werking van de Controledienst van de beheersvennootschappen van de auteursrechten. Een aantal van deze antwoorden geeft aanleiding tot de volgende vragen:

1) Kan hij het onderzoek dat de Controledienst instelde naar aanleiding van de gevoelige stijging van de klachten in 2010 bezorgen? Welke belangrijkste conclusies trekt hij uit dit onderzoek en zullen deze aanleiding geven tot een beleidsverandering? Zo ja, welke en wanneer?

2) Hij stelt - omwille de federale aard van deze bevoegdheid - dat de Controledienst de dossiers niet klasseert naar taaloorsprong. Het gaat hier over 37 dossiers in 2010, 14 in 2009 en 35 in 2008. Wil hij aan zijn ambtenaren opdracht geven om deze dossiers te klasseren naar gewest, als dit niet kan per provincie, als dit niet kan per postnummer?

3) Hoe is de verdeling van de jaarlijkse klachten (sinds 2006) over het soort klachten? Hoe evalueert en duidt hij deze verdeling en de evolutie in de tijd?

4) In zijn antwoord stelde hij dat "… bepaalde categorieën van schuldenaars van die vergoeding onvoldoende geïnformeerd waren." Hoe reageerden de beheersvennootschappen op deze vaststelling? Is deze toestand ondertussen verbeterd?

Antwoord ontvangen op 12 september 2011 :

1. Zoals aangegeven in mijn antwoord op parlementaire vraag nr. 5-2300 is het onderzoek nog steeds lopende. De resultaten van het onderzoek zullen in het jaarverslag van de controledienst beheersvennootschappen worden gepubliceerd. Na het afronden van het onderzoek zullen de beheersvennootschappen SIMIM en URADEX gecontacteerd worden. Indien vereist zal de controledienst de nodige aanbevelingen maken.

2. Volgende tabel kan worden gegeven waarbij het aantal dossiers m.b.t. de billijke vergoeding per taaloorsprong werd onderverdeeld:

Jaar

Nederlandstalige dossiers

Franstalige dossiers

Totaal

2008

31

4

35

2009

4

10

14

2010

32

5

37

3. De meeste klachten die ingediend werden bij de controledienst handelden over een retroactieve inning vanwege de billijke vergoeding. In sommige dossiers ontvingen de gebruikers een betalingsverzoek met terugwerkende kracht van meer dan vijf jaar. De controledienst verdedigt het standpunt dat een billijke vergoeding slechts voor een periode van vijf jaar kan worden teruggevorderd op voorwaarde dat er daadwerkelijk opgenomen muziek werd afgespeeld op een publieke plaats tijdens die periode. De bewijslast hiervan ligt bij de beheersvennootschappen. Vooral in het jaar 2008 ontving de controledienst hierover veel klachten. In 2009 daalde het aantal klachten en in 2010 was er een kleine toename te merken.

Daarnaast handelde een groot deel van de klachten over het ontvangen van een aangifteformulier van de billijke vergoeding ook al was men niet betalingsplichtig. In dit aangifteformulier werd vermeld dat men dit formulier dient terug te sturen op straffe van een boete. De controledienst heeft de beheersvennootschappen SIMIM en URADEX verzocht om deze vermelding te schrappen, daar niemand gehouden kan worden tot het betalen van een billijke vergoeding indien men geen opgenomen muziek afspeelt op een publieke plaats. De beheersvennootschappen SIMIM en URADEX hebben deze vermelding uit hun aangifteformulier geschrapt.

Een ander voorwerp van klachten die geregeld terugkomt, is de aanrekening van een bijkomend forfaitair tarief bij een laattijdige aangifte van de billijke vergoeding. Na analyse van deze klachten diende de controledienst te oordelen dat SIMIM en URADEX gerechtigd waren om een bijkomend forfaitair tarief te vorderen en dit overeenkomstig de van kracht zijnde uitvoeringsbesluiten.

4. In verschillende dossiers met betrekking tot de billijke vergoeding werd er vastgesteld dat bepaalde gebruikers onvoldoende geïnformeerd waren. De controledienst lichtte de gebruikers zelf in met betrekking tot de regelgeving rond de billijke vergoeding. Nadien werd SIMIM op de hoogte gebracht. SIMIM staat namelijk in voor de behandeling van de klachten van de billijke vergoeding. Zij werd verzocht om in de toekomst een betere informatieverstrekking te verzorgen naar de gebruikers van de billijke vergoeding toe. SIMIM engageerde zich op dit punt. Omtrent een al of niet verbetering van de toestand is het voorlopig te vroeg om hierover reeds uitspraak te doen. Het aantal klachten in 2011 dient afgewacht te worden om na te kunnen gaan of er sprake is van een dalende trend.