Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2172

van Bart Tommelein (Open Vld) d.d. 21 april 2011

aan de minister van Justitie

Europees Hof voor de rechten van de mens - Veroordeling voor laattijdige behandeling van geïnterneerden - Cijfers - Beleid

Europees Hof voor de rechten van de mens
opname in psychiatrische kliniek
sociaal verweer
gedetineerde
officiële statistiek

Chronologie

21/4/2011Verzending vraag
8/9/2011Rappel
27/9/2011Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-2171
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-2173

Vraag nr. 5-2172 d.d. 21 april 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Nederland is onlangs door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens veroordeeld wegens schending van het recht op vrijheid en veiligheid. Een gedetineerde die aan paranoïde schizofrenie leed, heeft dertien maanden moeten wachten op behandeling in een kliniek. In ons land klaagt men reeds lang over het totaal gebrek van begeleiding van geïnterneerden. Sommige geïnterneerden staan reeds jaren op wachtlijsten voor behandeling. Ik verwijs naar de uitzending "de Koloniën" die onlangs op televisie werd uitgezonden waaruit duidelijk bleek dat geïnterneerden aan hun lot worden overgelaten. Dit is onmenselijk en zoals heden blijkt ook strijdig met de mensenrechten.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Is ons land reeds in het verleden veroordeeld wegens schending van het recht op vrijheid en veiligheid? Zo ja, hoe vaak is ons land hiervoor door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) veroordeeld en wat is vervolgens gedaan met deze veroordeling?

2) Hoe reageert u op de Nederlandse veroordeling en zijn er ook in ons land gelijkaardige gevallen van laattijdige behandeling? Kan u uitvoerig en cijfermatig toelichten?

3) Wat is volgens het EHRM op basis van eerdere Arresten een aanvaardbaar termijn waarbinnen een veroordeelde en/of een Geïnterneerde moet worden behandeld in een psychiatrisch kliniek? Wat vindt u een aanvaardbaar termijn?

4) Is het nodig om, conform de uitspraak van het EHRM, de regels ten aanzien gedetineerden die psychiatrische behandeling nodig hebben te wijzigen? Betekent dat dat de wachtlijsten voor psychiatrische behandeling van gedetineerden zullen worden aangepakt? Zo ja, kan u dit concreet toelichten wat betreft het aantal bijkomende psychologen en/of psychiaters en wat betreft het bijkomend budget?

5) Hoe lang moeten veroordeelden en respectievelijk geïnterneerden gemiddeld wachten op een psychiatrische en /of een psychologische behandeling? Kan u de gemiddelde wachttijd aangeven alsook aangeven hoeveel geïnterneerden en /of veroordeelden momenteel een aanvraag voor behandeling hebben lopen? Wat is de langste wachttijd geweest in het afgelopen jaar en hoe vaak is dat voorgekomen?

6) Hoeveel geïnterneerden zijn er in ons land en dit op jaarbasis respectievelijk voor de jaren 2008, 2009 en 2010? Kan u deze cijfers duiden?

7) Hoeveel psychiaters en of psychologen zijn er in fulltime equivalenten op jaarbasis werkzaam om de geïnterneerden en respectievelijk de veroordeelden te begeleiden?

8) Wat kunnen de gevolgen zijn als een gedetineerde met een psychiatrische stoornis (te) laat begint met behandeling? Klopt het dat de behandeling dan meer tijd in beslag neemt en soms te laat komt? Kan dit zeer uitvoerig worden toegelicht?

Antwoord ontvangen op 27 september 2011 :

1.

Alle arresten waarbij het Europees Hof schendingen van het EVRM vaststelt, geven aanleiding tot uitvoeringsmaatregelen die onder toezicht staan van het Comité van ministers van de Raad van Europa. In de meeste gevallen betreft het individuele maatregelen ten aanzien van de verzoekende partijen, zoals de schadeloosstelling die reeds werd toegekend in de zaak Houtman & Meeus. Een veroordeling kan echter ook aanleiding geven tot meer algemene maatregelen zoals een wetswijziging (bijvoorbeeld in de zaak Van Droogenbroeck met de wet van 17 juli 1990 tot wijziging van de Wet van 1juli 1964 tot bescherming van de maatschappij tegen abnormalen en gewoontemisdadigers). De uitvoering van het arrest Aerts moet dan weer geplaatst worden in het kader van de algemene maatregelen die destijds werden genomen ter verhoging van het aantal opvangplaatsen in de instellingen van sociaal verweer.

2. Het is vooreerst belangrijk er op te wijzen dat slechts een deel van alle geïnterneerden verblijft in een inrichting die onder mijn bevoegdheid valt. Het is (vooralsnog) de Commissie ter Bescherming van de Maatschappij die de plaats van opname aanwijst. Elke inrichting die daarvoor geschikt is vanuit het oogpunt van veiligheid en verzorging komt daarvoor in beginsel in aanmerking. Dit kan dus ook een private inrichting zijn (bv. een psychiatrisch ziekenhuis), of een instelling van sociaal verweer die valt onder de bevoegdheid van de deelstaten (bijvoorbeeld Les Maronniers in Doornik). Ongeveer 1/4de van de geïnterneerden verblijft in een strafinrichting, waar ze ongeveer 10 % van de totale gevangenispopulatie uitmaken. (De dagelijkse gemiddelde populatie geïnterneerden in 2010 bedroeg 1 095 op een totale gemiddelde gevangenispopulatie van 10 535).

Ik vermoed dat uw vraag gaat over de gevallen waarin de CBM een bepaalde inrichting aanwijst voor opname, waar betrokkene echter - wegens plaatsgebrek - niet onmiddellijk terecht kan, zodat hij op een wachtlijst terechtkomt. Slechts in deze gevallen is er immers een (tijdelijke) discrepantie tussen de beslissing van de CBM en de feitelijke verblijfplaats van de geïnterneerde. Het beeld is verschillend in Vlaanderen en in Wallonië.

In Wallonië zijn er drie inrichtingen tot bescherming van de maatschappij. Eén federale, die onder mijn bevoegdheid valt, te Paifve, en twee die onder de bevoegdheid van het Waals Gewest vallen: Les Maronniers te Doornik (voor mannen) en Le Chêne aux Haies te Bergen (voor vrouwen). Zowel voor Paifve (205 plaatsen) als voor Les Maronniers (370 plaatsen) gelden er wachtlijsten. Voor Paifve staan er momenteel 95 geïnterneerden op de wachtlijst en bedraagt de gemiddelde wachttijd 2 à 2,5 jaar. Voor Les Maronniers staan er gemiddeld 100 à 105 geïnterneerden op de wachtlijst en bedraagt de gemiddelde wachttijd 1,5 jaar. Daarnaast zijn er de psychiatrische afdelingen van de gevangenissen van Bergen, Lantin, Jamioulx, Vorst en Namen, waar de geïnterneerden verblijven in afwachting van hun opname in de door de CBM aangewezen inrichting.

In Vlaanderen bestaan er enkel afdelingen van sociaal verweer binnen de gevangenis van Merksplas, Turnhout en Brugge. Het gebeurt ook dat, vooraleer de opname in een door de CBM aangewezen afdeling kan worden gerealiseerd, er een wachttijd moet worden doorlopen, die wordt doorgebracht in de psychiatrische vleugel van de gevangenis van verblijf. Het grootste knelpunt in Vlaanderen vormt het gebrek aan plaatsen in het externe zorgcircuit. De bouw en ingebruikname van de forensische psychiatrische centra in Gent (272 pl.) en Antwerpen (180 pl.) zal hier voor een deel aan tegemoet komen. Tegen eind 2013, begin 2014 zouden geïnterneerden die nu in gevangenissen verblijven een plaats moeten krijgen in het externe forensische of reguliere zorgcircuit.

3. Het Europees Hof spreekt zich niet in abstracto zin uit over na te leven termijnen maar oordeelt in concreto op basis van de voorliggende feiten en rechtsvragen. Algemeen kan men ook stellen dat het Hof de duur van de detentie koppelt aan de omstandigheden van de detentie, met name de mate waarin de betrokkene al dan niet geniet van de nodige medische en therapeutische begeleiding. Dit laatste is vaak determinerend voor het bepalen van de redelijke termijn.

4. Zoals door niemand wordt betwist, laat de behandeling van psychiatrische patiënten zich moeilijk concipiëren binnen de gevangenis. De oplossing schuilt dus niet zozeer in de uitbreiding van de zorgcapaciteit binnen de gevangenissen, maar in de uitbreiding van de plaatsingsmogelijkheden van geïnterneerden in het externe zorgcircuit. De Federale Overheidsdienst (FOD) Justitie is in dit verhaal echter slechts één van de actoren, naast de FOD Volksgezondheid, de deelstaten en de private inrichtingen.

De uitbreiding van het externe zorgcircuit (waaronder ook de oprichting van de forensische psychiatrische centra in Gent en Antwerpen moet worden begrepen) betekent niet dat de psychiatrische afdelingen van de gevangenissen zullen sluiten: er zal immers altijd een restcategorie blijven van personen die in observatie gesteld worden, of verdachten met een geestesstoornis. De zorgequipes die verbonden zijn aan elke psychiatrische afdeling van een gevangenis blijven dus zeker noodzakelijk. Deze zorgequipes (bestaande uit een psychiater, een psycholoog, een ergotherapeut, een maatschappelijk werker, een opvoeder en een psychiatrisch verpleegkundige) hebben echter vooral een pretherapeutisch kerndoel. Ze begeleiden de geïnterneerden en bereiden hen voor op een toekomstige opname in het gewone zorgcircuit.

Voor wat de gewone veroordeelden aangaat, moet de mogelijks aangewezen externe behandeling voor zijn psychiatrische problemen uiteraard gekaderd worden in de strafuitvoering die zij op dat moment ondergaan. Deze behandeling zal dan moeten plaats vinden in het kader van de een of de andere strafuitvoeringsmodaliteit die het hem toelaat zich buiten de gevangenis te begeven. Uiteraard wordt aan de veroordeelde met psychiatrische problemen ook binnen de gevangenis, op diens vraag, de zorgen verstrekt die zijn toestand vereist, net zoals dat het geval is voor de veroordeelden met andere, niet-psychiatrische medische problemen.

5. De penitentiaire administratie beschikt niet over de gevraagde cijfers.

6. Ik beschik enkel over de cijfers van de geïnterneerden die in een inrichting verblijven die onder mijn bevoegdheid valt. In 2008 waren er dat gemiddeld 1 013, in 2009 1 061 en in 2010 1 095. Navraag bij alle CBM’s in juni 2009 leert dat dit telkens ongeveer 1/4de van het totaal aantal geïnterneerden is.

7. Elke gevangenis met een psychiatrische afdeling beschikt over een zorgequipe. Er zijn zorgequipes in de gevangenissen van Antwerpen, Gent, Brugge, Leuven-Hulp, Turnhout, Merksplas, Vorst, Jamioulx, Lantin, Bergen, Namen en Paifve. Naargelang van de grootte van de afdeling, en dus het aantal geïnterneerden, zijn dat voltijdse of deeltijdse krachten. Er bestaan uiteraard verschillen tussen de gevangenissen, aangezien de infrastructuur en de concrete doelgroep verschillend kunnen zijn. De zorgequipes begeleiden niet alleen geïnterneerden, maar ook verdachten die in observatie werden gesteld, en gewone veroordeelden met psychiatrische problemen. Het is de zorgpsychiater die daarover een beslissing neemt.

Momenteel zijn er voor de genoemde gevangenissen in totaal 19,79 FTE psychologen en 27,38 FTE zorgpsychiaters.

8. Deze vraag laat zich niet in algemene zin beantwoorden. Uiteraard hangt alles af van het individuele geval. Het is natuurlijk ook niet omdat een geïnterneerde op een wachtlijst staat voor een bepaalde inrichting, dat hij ondertussen in de gevangenis verstoken zou blijven van elke behandeling.