Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-1677

van Louis Ide (N-VA) d.d. 7 maart 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Methadongebruikers - Registratie - Bevoegdheid - Aantallen

drugverslaving
Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
verdovend middel
officiële statistiek

Chronologie

7/3/2011Verzending vraag
14/4/2011Antwoord

Vraag nr. 5-1677 d.d. 7 maart 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Zoals de minister kan besluiten uit mijn vorige vraag om uitleg nr.4-1421 (Handelingen, nr. 4-11, blz. 64), ben ik geen voorstander van het overhevelen van de registratie van methadongebruikers naar het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG). Mede omwille van het feit dat de opgebouwde expertise bij het Instituut voor Farmaco-Epidemiologie van België (IFEB) zat en deze dreigde verloren te gaan.

Uit haar antwoord destilleerde ik geen enkele intentie om haar plannen betreffende de overheveling alsnog te wijzigen. Over een verklaring over de overheveling liet zij me ook in het ongewisse. Dat brengt me vandaag tot de volgende vragen:

1) Wat is de stand van zaken in dit dossier?

2) Is het FAGG vandaag volledig bevoegd voor de registratie?

3) Hoeveel methadongebruikers zijn er geregistreerd sinds de overheveling. Hoeveel methadongebruikers zijn er in 2010 geregistreerd? Graag kreeg ik deze gegevens opgesplitst per gewest.

4) Zijn er concrete bewijzen dat de dubbelregistratie van methadongebruikers gedaald is en dat het FAGG er in slaagt methadonshopping tegen te gaan?

Antwoord ontvangen op 14 april 2011 :

1) Momenteel buigt een multidisciplinaire werkgroep zich over een aanpassing van het koninklijk besluit van 19 maart 2004 tot reglementering van de behandeling met vervangingsmiddelen. De registratie van de behandelingen, en daarbij aansluitend de uitwerking van een computersysteem dat in staat moet stellen eventueel shoppinggedrag in realtime op te sporen, is slechts één aspect van de wijziging van het koninklijk besluit.

De afwezigheid van directe informatie in verband met het opsporen van shoppinggedrag was één van de tekortkomingen van de methode ingevoerd door het Instituut voor Farmaco-epidemiologie van België (IFEB). De feedback naar de artsen werd méér dan een maand na de feiten gegeven en de Provinciale Geneeskundige Commissie werd onvoldoende adequaat geïnformeerd, of niet.

U begrijpt dat binnen de context van een regering van lopende zaken het finaliseren van dit voorstel van koninklijk besluit moeilijk is.

2) Het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG) is inderdaad belast met de verzameling van deze gegevens, en werkt hiertoe samen met de bevoegde diensten van de Federale Overheidsdienst (FOD) Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu teneinde de diverse behoeften, zowel naar controle op de vervangingsmiddelen als naar epidemiologische gegevens, in kaart te kunnen brengen.

Het nieuwe registratiemodel zal, in tegenstelling tot het vorige, maximaal geïntegreerd worden in bestaande systemen en samenwerkingsverbanden. Dit moet leiden tot efficiëntiewinst.

3) Aangezien momenteel het project in studiefase verkeert, bestaat er nog geen aangepast gecentraliseerd systeem voor de registratie van de behandelingen door middel van vervangingsmiddelen. Echter, basisgegevens zijn vanzelfsprekend beschikbaar via Pharmanet.

4) De studiefase toont dat er een aantal interessante pistes bestaan die het mogelijk kunnen maken om de shopping op het ogenblik van het voorschrijven of afleveren te detecteren ; Deze pistes worden echter momenteel nog uitgewerkt en zullen onderwerp uitmaken van een proefproject. Dit zal een veel accuratere meting van het aantal dubbelregistraties of pogingen tot dubbelregistratie mogelijk maken, wat nu het geval niet is.