Violent Crime Linkage System (VICLAS) - Verwaarloosde toestand - Maatregelen - Veranwoordelijkheid
misdaad tegen de personen
gegevensbank
openbaar ministerie
politie
15/2/2011 | Verzending vraag |
21/3/2011 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1339
VICLAS, de Violent Crime Linkage System, startte in 2003. Deze databank verzamelt gegevens over gewelddelicten en blijkt uitzonderlijk belangrijk bij de opsporing van mensen die vaak in de Algemene Nationale Gegevensbank (ANS) niet meer te vinden zijn. Specifiek voor seksuele delicten bewees deze databank haar relevantie. VICLAS wordt gevoed door de gegevens die politiemensen daar vrijwillig inbrengen, er bestaat hieromtrent geen verplichting.
Volgens de ondervoorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie, bevindt VICLAS zich in een verwaarloosde toestand. De gerechtelijke politie beschikt over te weinig mensen om de databank operationeel te houden. Een vraag daaromtrent aan het College van procureurs-generaal leverde een negatief antwoord: VICLAS blijkt geen prioriteit.
Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:
1) Hoe evalueert en duidt u het bericht dat VICLAS wordt verwaarloosd en niet meer efficiënt zou zijn? Beaamt u dat de politiediensten daardoor een belangrijk instrument voor de opsporing van vele delicten verliezen?
2) Gaat u akkoord met de reactie van het College van procureurs-generaal om VICLAS geen prioriteit meer te geven? Zo ja, met welke argumentatie? Zo niet, welke concrete maatregelen nam of plant u om VICLAS terug optimaal efficiënt te maken? Overweegt zij om politiemensen te verplichten VICLAS te voeden met hun informatie? Zo ja, wanneer neemt u deze beslissing? Zo neen, op basis van welke argumenten verdedigt u deze beslissing?
3) Hoe verantwoordt u aan de bevolking dat een cruciaal opsporingsinstrument zoals VICLAS in zulke verwaarloosde toestand verzeilde? Waar legt u de verantwoordelijkheid voor deze spijtige evolutie? Draagt u hier ook zelf schuld? Zo niet, hoe verdedigt u deze vaststelling?
Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vraag.
Deze parlementaire vraag valt niet onder onze bevoegdheid, maar onder de bevoegdheid van de Federale Overheidsdienst (FOD) Justitie.