Buitenlandse investeringen - Samenwerkingsakkoord - Federale overheid en gewesten
investering in het buitenland
samenwerkingsakkoord (Belgisch institutioneel kader)
1/2/2011 | Verzending vraag |
14/3/2011 | Antwoord |
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-1112
Op 7 februari 1995 sloten de federale overheid en de gewesten een samenwerkingsverband met betrekking op de buitenlandse investeringen.
Kan de geachte minister mij een stand van zaken over de uitvoering van dit samenwerkingsakkoord verstrekken, met hierbij onder andere de volgende gegevens:
1) Hoe wordt dit samenwerkingsakkoord aangestuurd, wie zorgt voor de regie? Hoe evalueert de geachte minister de kwaliteit van de synergie? Behoudt dit akkoord de noodzakelijke relevantie?
2) Welke kosten zijn er aan dit samenwerkingsverband verbonden op gebied van personeel, administratieve en technische werkingskosten, investeringen, eventuele subsidies, …? Hoe evolueerden deze kosten jaarlijks sinds 2006? Hoe evalueert en duidt hij deze ontwikkelingen?
3) Tot welke concrete maatregelen, plannen en systemen leidde dit samenwerkingsakkoord? Kan hij deze detailleren en evalueren?
4) Vervullen de betrokken partners op een gelijkwaardige wijze hun opdrachten binnen dit samenwerkingsverband, of stelt hij verschillen vast? Zo ja, welke en met welke redenen?
5) Hoe wordt de afbakening van bevoegdheden gerespecteerd in deze samenwerking? Beweegt de federale overheid zich niet oneigenlijk binnen de actieradius van de gewesten?
Op 7 februari 1995 (Belgisch Staatsblad van 29 juni 1995) werd een samenwerkingsakkoord “Buitenlandse investeringen” gesloten tussen de Gewesten en de federale Staat. Voor de federale Staat werd dit akkoord ondertekend door de minister van Buitenlandse Handel en minister van Europese Zaken, toegevoegd aan de minister van Buitenlandse Zaken en door de minister bevoegd voor Economische Zaken. Het antwoord op de door u gestelde vraag met betrekking tot de uitvoering van dit samenwerkingsakkoord behoort dan ook tot hun bevoegdheid.
Aanvullend kan ik u evenwel het volgende meedelen. Omdat fiscaliteit een niet onbelangrijke rol speelt wanneer een investeringsbeslissing wordt genomen door een buitenlandse kandidaat investeerder, werd, naar aanleiding van voormeld samenwerkingsakkoord, beslist om binnen mijn departement een cel “fiscaliteit van de buitenlandse investeringen” op te richten, belast met voorlichting en ondersteuning van kandidaat buitenlandse investeerders met betrekking tot Belgische fiscale wetgeving.
Op verzoek van de Verbindingscel, die werd opgericht ingevolge het samenwerkingsakkoord van 7 februari 1995, of één van haar leden, verleent voormelde cel “fiscaliteit van de buitenlandse investeringen” haar medewerking, en dit niet alleen qua informatieverstrekking maar tevens in een rol van fiscale bemiddeling tussen de investeerder en de administratie.
Het secretariaat van de verbindingscel wordt verzorgd door de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie, KMO, Middenstand en Energie Zaken en het voorzitterschap wordt om beurt waargenomen door de vertegenwoordigers van de Gewesten waardoor voor mijn departement aan de deelname aan dit overlegorgaan geen specifieke kosten verbonden zijn.
De cel wordt tevens ook op regelmatige basis rechtstreeks aangesproken door (kandidaat) buitenlandse investeerders en/of hun vertegenwoordigers wanneer deze fiscale vragen hebben. De cel “fiscaliteit van de buitenlandse investeringen” blijft dan ook binnen haar bevoegdheid, zijnde de federale fiscale wetgeving. Voor niet-fiscale vragen en in een geest van federale loyauteit brengt de cel de kandidaat investeerders in contact met de Gewestelijke investeringsagentschappen.
De cel werkt ook steeds meer samen met de fiscale kantoren omdat ook zij dikwijls een belangrijke rol spelen om een buitenlandse groep te overtuigen om een Belgische vennootschap of een Belgisch filiaal op te richten.
De cel “fiscaliteit van de buitenlandse investeringen” bestaat uit vier ambtenaren-experten in de internationale fiscaliteit, aangeduid na een selectieprocedure, aangevuld met een beperkt secretariaat.
De ondersteunende rol van deze cel wordt in ruime kring (waaronder de Gewestelijke investeringsagentschappen) gewaardeerd waardoor deze cel door de jury van Taxman-award 2010 werd genomineerd wegens “ de inspanningen die deze dienst levert om door een doelgerichte voorlichting over de fiscale stimuli in België buitenlandse investeerders aan te trekken “.
Voor het overige verwijs ik u naar het antwoord dat door mijn collega’s zal worden verstrekt.