Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10867

van Fabienne Winckel (PS) d.d. 15 januari 2014

aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister

het koninklijk besluit betreffende het gebruik van vloeibaar gemaakte petroleumgassen voor de aandrijving van auto's

verbrandingsgas
benzine
verontreiniging door auto's
technische keuring

Chronologie

15/1/2014Verzending vraag
25/3/2014Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3918

Vraag nr. 5-10867 d.d. 15 januari 2014 : (Vraag gesteld in het Frans)

Op 5 mei 2013 trad een nieuw koninklijk besluit in werking betreffende het gebruik van vloeibaar gemaakte petroleumgassen voor de aandrijving van auto's. Dat besluit vervangt het besluit van 9 mei 2001 en legt lpg-installaties meer recente en strengere voorwaarden op inzake veiligheid.

Een van de nieuwe normen die van toepassing zijn op installateurs, monteurs, keuringsinstellingen en examencentra gaat over de vervanging van de buigzame vulleidingen. Die moeten niet langer om de 15 jaar, maar minstens om de 10 of 6 jaar worden vervangen naargelang de brandstoftank in de kofferbak of in de personenruimte zonder vouwdak van de wagen werd gemonteerd. Het beginsel van een hydraulische wederbeproeving van de installatie werd behouden, maar de test moet nu om de 10 of 6 jaar worden gedaan, terwijl dat onder de oude reglementering om de 15 jaar was.

Het nieuwe koninklijke besluit voorziet in een overgangsperiode van 2 jaar om de eigenaars in staat te stellen de lpg-installatie van hun voertuig aan de nieuwe reglementering aan te passen.

Mijnheer de staatssecretaris,

ik deel de bekommernis voor meer veiligheid, die onder meer door internationale regelgeving wordt opgelegd. Meent u niet dat die tussentijdse wetswijziging (de verplichting om de geldigheidsperiode van beproeving van de brandstoftank, die 15 jaar bedroeg, op 10 of 6 jaar te brengen) per slot van rekening de consumenten bestraft die van plan waren van brandstof naar lpg over te schakelen op basis van een aflossing van 15 jaar?

Iedereen heeft het over de strijd tegen de ozonpieken, de schadelijke CO2-uitstoot en ander fijn stof, de zoektocht naar nieuwe en vernieuwbare groene energie en besparingen. Moet het gebruik van die propere en goedkopere brandstof net niet worden aangemoedigd? Is het ook niet raadzaam om na te denken over bijvoorbeeld de herinvoering van de premie die in 1999 was ingevoerd en in 2013 was geschrapt of over een belastingaftrek voor de uitgaven voor een lpg-installatie voor de personen die voor die vorm van brandstof kiezen, en dit in het kader van een meer globaal en coherent beleid in overleg met de ganse regering?

Antwoord ontvangen op 25 maart 2014 :

Het koninklijk besluit heeft tot doel de veiligheid voor de gebruikers van LPG-installaties te garanderen en mag zeker niet gezien worden als ontmoediging voor het gebruik van LPG.

Ik ben inderdaad van mening dat het gebruik van LPG en van schonere brandstoffen in de sector van alternatieve transporten in het algemeen gepromoot moet worden, en dit om onze bevoorrading te diversifiëren.

De herziening van het koninklijk besluit van 9 mei 2001 gebeurde in overleg met alle bij deze sector betrokken partijen, en de beslissing werd goedgekeurd door de Commissie administratie-industrie (CAIN), waarin alle betrokken beroepsverenigingen zijn gegroepeerd (automobielsector, Febiac, GOCA, Agoria, Febetra, TLV, ...).

Om onze normen zoveel mogelijk af te stemmen op die van de buurlanden, wordt een nieuwe controle van de installatie niet meer om de vijftien jaar gevraagd, maar wel om de tien of de zes jaar, al naar gelang het geval. Dit voorstel om de periodiciteit te verkorten werd sterk ondersteund door de erkende controleorganismen die over een aanzienlijke professionele ervaring beschikken.

De bezitters van een wagen die reeds uitgerust was met een LPG-installatie voor de inwerkingtreding van dit besluit, beschikken, op grond van artikel 25 van voormeld besluit, over een periode van twee jaar om zich te conformeren.

Wat de fiscaliteit betreft gaat het, enerzijds om een regionale bevoegdheid (de aanvullende LPG-taks) en anderzijds, om een bevoegdheid van mijn collega van Financiën (aftrekbaarheid van de installatiekosten van een LPG-tank). De Gewesten zijn eveneens voor de bijkomende subsidies bevoegd.