Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10648

van André du Bus de Warnaffe (cdH) d.d. 18 december 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

de toepassing van de derdebetalersregeling door tandartsen

tandarts
ziekteverzekering
remgeld

Chronologie

18/12/2013Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode

Voorlopig antwoord (pdf)

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4174

Vraag nr. 5-10648 d.d. 18 december 2013 : (Vraag gesteld in het Frans)

Het koninklijk besluit van 9 februari 2009, aangenomen ingevolge het nationaal akkoord tandheelkundigen-ziekenfondsen 2009-2010 maakt sommige bepalingen van dit akkoord van toepassing met betrekking tot de derdebetalersregeling: de tandheelkundige die is toegetreden tot het akkoord moet zich er inzonderheid toe verbinden maximum 75% van de door hem geattesteerde verstrekkingen bedoeld in artikel 6, eerste lid, 3° tot en met 6°, van het koninklijk besluit van 10 oktober 1986 via de derdebetalersregeling aan te rekenen. Die prestaties bestaan voor patiënten tot hun 18de verjaardag uit consultaties in het kabinet of thuis, preventieve behandelingen, conserverende verzorging en radiografieën, en zijn in principe uitgesloten van de derdebetalersregeling, behalve in uitzonderlijke omstandigheden.

Wanneer de Nationale commissie tandheelkundigen-ziekenfondsen vaststelt dat een tandheelkundige dit maximumquotum van 75% geattesteerde verstrekkingen via de derdebetalersregeling niet naleeft en hij het dubbele van de mediaan van het consumptiebedrag der verstrekkingen overschrijdt, trekken de verzekeringsinstellingen de derdebetalersregeling in voor alle verstrekkingen (behalve uitzonderingen) die hij aanrekent.

De “sociale tandartsen” bevinden zich in deze situatie aangezien een grote meerderheid van hun patiënten zeer lage inkomsten heeft. Deze tandartsen overschrijden dikwijls de quota en worden dan gesanctioneerd: ze mogen de derdebetalersregeling niet meer toepassen voor het geheel van de prestaties die ze aanrekenen (behalve uitzonderingen) en kunnen dus niet langer de patiënten verzorgen die de kosten voor tandzorg niet kunnen betalen. Dat gaat in tegen het mechanisme van de derde betaler, dat personen die zich in een moeilijke situatie bevinden, ertoe aanspoort zich te laten verzorgen, en dat dus duidelijk bijdraagt tot de toegankelijkheid van de zorg.

Mevrouw de minister, ik heb volgende vragen:

1) Hebt u contact gehad met deze sociale tandartsen en werd u op de hoogte gebracht van de moeilijkheden die ze ondervinden om de derdebetalersregeling toe te passen voor al hun patiënten die daar recht op hebben?

2) Hoeveel tandartsen werden sedert de invoering van deze maatregel gesanctioneerd omdat ze de regels niet hebben nageleefd?

3) Wordt overwogen om deze maatregel te evalueren? Worden wijzigingen in het vooruitzicht gesteld?