Schriftelijke vraag nr. 5-10531

van Lies Jans (N-VA) d.d. 5 december 2013

aan de staatssecretaris voor Leefmilieu, Energie en Mobiliteit, toegevoegd aan de minister van Binnenlandse Zaken en Gelijke Kansen, en staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister

Bob-campagne - Nachtelijke alcoholcontroles - Aantallen - Spreiding - Financiële opbrengst

alcoholisme
verkeerscontrole
politiecontrole
verkeersveiligheid
officiële statistiek
geografische spreiding

Chronologie

Vraag nr. 5-10531 d.d. 5 december 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het belang van verkeersveiligheid en meer bepaald de verbetering ervan kan moeilijk overschat worden. Het is weliswaar zo dat de trend van het aantal verkeersdoden over een termijn van tien jaar dalend is, maar als we naar het aantal doden per aantal inwoners kijken dan zien we dat de situatie veel slechter is dan in de ons omringende landen. Uit de cijfers van het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV) weten we dat België, met elk jaar 88 verkeersdoden per miljoen inwoners, nog steeds dubbel zo slecht presteert als Nederland (39 verkeersdoden per miljoen inwoners) en een kwart slechter dan Frankrijk (68 verkeersdoden per miljoen inwoners). En daarbij moet ook vermeld worden dat het aantal verkeersdoden slechts 1% van alle verkeersslachtoffers in België representeert.

"Een veilige, vlotte en duurzame mobiliteit" behoort ook tot een van de absolute prioriteiten van de staatssecretaris. Zo lezen we dat tegen 2020 het aantal doden op onze wegen gedaald moet zijn tot maximum 420. Als een van de maatregelen om dit doel te bereiken stelt de staatssecretaris voorop dat hij zal toezien op "een versterking van de campagnes tegen en controles op alcoholgebruik achter het stuur, in het bijzonder in het weekend."

In dat kader werden in april van dit jaar ook meer alcoholcontroles aangekondigd, men ging de "extra inkomsten uit de verhoogde alcoholboetes investeren in meer alcoholcontroles".

Het is dan ook een beetje verwonderlijk om vandaag in de pers te lezen dat slechts 1 op de 6 alcoholcontroles 's nachts gebeurt, terwijl juist dan meer dronken chauffeurs op de baan zijn. Politievakbond NSPV klaagt de bestaande gang van zaken aan, er werden in absolute cijfers weliswaar meer controles uitgevoerd dan vorig jaar maar blijkbaar op verkeerde tijdstippen. Ook de keuze van de locatie zou te wensen overlaten. Daar waar de controle-acties geconcentreerd zijn op grote snelwegen, kiezen de dronken bestuurders juist voor kleinere wegen.

Graag had ik dan ook volgende vragen gesteld:

1) Heeft de geachte staatssecretaris weet van deze problematiek? Is het effectief zo dat men het opgelegd aantal controles haalt door er meer overdag uit te voeren en minder 's nachts?

2) Indien ja, welke stappen zal hij ondernemen om tot een meer evenwichtige spreiding van alcoholcontroles te komen?

3) Kan hij cijfergegevens verschaffen, over het aantal uitgevoerde alcoholcontroles 's nachts en het aantal uitgevoerde controles overdag voor de afgelopen vier jaren? Graag een opdeling per gewest en per politiezone.

4) Kan de geachte staatssecretaris eveneens cijfers verschaffen van de financiële opbrengst van de uitgevoerde alcoholcontroles voor de voorgaande vier jaren? Ook hier graag een opdeling per gewest en per politiezone.

Antwoord ontvangen op 27 februari 2014 :

1. Tijdens de vorige BOB-campagne werd 24 % van het totaal aantal ademtesten ’s nachts gerealiseerd. Indien er enkel rekening wordt gehouden met de gerichte controles, gaat het om 26 % van het totaal aantal alcoholcontroles. We kunnen dus zeggen dat circa 1 ademtest op 4 ’s nachts werd afgenomen.

Dat er meer bestuurders gecontroleerd worden overdag dan ‘s nachts is aan meerdere oorzaken te wijten. Controles moeten op ieder ogenblik worden uitgevoerd en niet alleen tijdens de weekendnachten, wetende dat die periode slechts 16 uren beslaat op een totaal van 168 uren tijdens de week. Het is verder essentieel dat de bestuurders zich bewust zijn van het feit dat ze overal en altijd kunnen worden gecontroleerd.

Daarbij moet opgemerkt worden dat het aantal controles ’s nachts minder hoogt ligt omdat er dan minder voertuigen te controleren vallen. Een controle ’s nachts neemt gemiddeld meer tijd in beslag, gezien het verhoudingsgewijs hoger aantal positieve tests tijdens de nacht.

2. Het begrip “kwaliteit” vormt een centraal aspect in de lopende BOB-campagne. Om een verhoging van de kwaliteit te realiseren, werd de politiediensten gevraagd om de nodige aandacht te schenken aan de principes zoals “botsen is blazen” en aan de uitvoering van de acties in de periodes die een groot risico met zich meebrengen zoals weekendnachten. Het belang van alcoholcontroles is dus genoegzaam bekend in de politiezones door de nadruk die er op gelegd werd in de BOB-omzendbrief. Dit belang werd ook nog extra onderstreept in de aanbevelingen van de Staten Generaal voor Verkeersveiligheid.

Gezien de autonomie van elke politiezone, kunnen er geen quota opgelegd worden. Elke zone stelt dus individueel haar prioriteiten vast en voert haar controles uit in overeenstemming met het zonaal veiligheidsplan. Er is desalniettemin een niet dwingend referentiekader dat in de werkgroep handhaving van de Federale Commissie Verkeersveiligheid werd goedgekeurd en dat goedgekeurd werd door de Vaste Commissie van de Lokale Politie.

3. Hieronder vindt u de opgave van de uitgevoerde alcoholcontroles en het aantal vastgestelde inbreuken overdag en ’s nachts tijdens de laatste 4 BOB-campagnes. Het betreft het totaal van de afgenomen ademtesten met inbegrip van het aantal positieve ademtesten tussen 0,5 en 0,8 promille en vanaf 0,8 promille, die respectievelijk aanleiding geven tot het opstellen van een onmiddellijke inning of van een proces-verbaal.

Teneinde de overzichtelijkheid en de relevantie van de gegevens te bewaren (195 lokale zones en de Federale wegpolitie) wordt het overzicht per gewest gegeven. Voor de Federale Wegpolitie Brabant kan geen opsplitsing worden gemaakt.

Bron: Centrex

4. De vervolging en de inning van de boetes vallen niet onder mijn bevoegdheid. Ik heb hiervoor contact op genomen met de Dienst Strafrechtelijk beleid van Justitie maar mocht hierop nog geen antwoord ontvangen.