Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10291

van Guido De Padt (Open Vld) d.d. 4 november 2013

aan de minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden

Treinbegeleiders - Beschermingsmaatregelen - Risicotreinen - Instroom - Uitstroom

Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
reizigersvervoer
lichamelijk geweld
geweld
werkgelegenheidsstatistiek

Chronologie

4/11/2013Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode

Vraag nr. 5-10291 d.d. 4 november 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Uit een antwoord op een eerder gestelde parlementaire vraag aan de geachte minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking (vraag nr. 5-8717 van 16 april 2013), blijkt dat "het aantal treinbegeleiders in een trein wordt bepaald op basis van de samenstelling van de treinen en de noden in het kader van het transportplan".

1) Kan de geachte minister verduidelijken wat onder "samenstelling van de treinen" en de "noden in het kader van het transportplan" wordt bedoeld? Betekent dit dat de inzet van het aantal treinbegeleiders in een trein, mede wordt bepaald door de potentiële agressie op een trein? Worden dergelijke "risicotreinen" stelselmatig in kaart gebracht en wordt bij de inzet van het aantal treinbegeleiders hiermee rekening gehouden? Wil hij de laatst gekende lijst van risicotreinen mededelen?

2) Kan de geachte minister alsnog de in- en uitstroom van treinbegeleiders voor de jaren 2008, 2009, 2010, 2011, 2012 en 2013 mededelen?